Forensische psychologie - master klinisch forensische psychologie
Leerdoelen
I. Kennis en begrip van belangrijke basisterminologie te reproduceren en toe te passen in de
verklaring van antisociaal en crimineel gedrag.
II. (Behandelingsgerichte) Verklaringsmodellen van antisociaal gedrag bij jeugdigen en volwassenen te
gebruiken in de verklaring van antisociaal en crimineel gedrag.
III. De link tussen stoornis en delict te leggen en deze kennis toe te passen op casussen binnen de
forensische psychologie. Daarnaast kan de student verschillende theorieën over de link tussen
stoornissen en criminaliteit uitleggen en kritisch evalueren.
IV. Belangrijke inzichten op het gebied van jeugddelinquentie toe te passen in de context van
jeugddetentie en jeugdbehandeling. Daarbij kan de student kritisch reflecteren
op wetenschappelijk onderzoek inzake jeugddelinquentie en hierover een onderbouwde mening
formuleren.
V. Risicofactoren en theorieën binnen verschillende forensisch psychologische thema's (huiselijk
geweld, zedendelinquentie, moord) respectievelijk identificeren en toepassen
Tentamen
Grotendeels meerkeuze vraag en twee open vragen.
Hoorcollege 1: introductie, geschiedenis en ethische kwesties
Literatuur
Helfgott, J., & Wallenborn, J. (2021). History of forensic psychology. In C. Garofalo and J.J. Sijtsema
(eds.), Clinical Forensic Psychology: Introductory Perspectives on Offending. Palgrave McMillan.
Key Points
• Origins of forensic psychology began in Ancient Greece and India with insanity defenses,
which gained modern traction in eighteenth- and nineteenth-century Europe
• Forensic psychological research progressed in the United States and Europe in the nineteenth
century with a focus on eyewitness testimony, memory recall, and practical application to the
practice of law
• From the 1960s through the 2000s, forensic psychology distinguished itself academically and
professionally as an established field
• Today, the scope of research and professional practice has broadened and diver- sified to
include forensic evaluation, risk assessment, and treatment of civilly and criminally confined
populations
• The future of the field will face challenges and possibilities in the assessment of diverse
populations, the ethics of labeling, and technology advances
BIPOC: black, indigenous and people of color. Worden onderbelicht in onderzoek naar forensische
psychologie.
,Philippe Pinel heeft een schrift geschreven over ‘manie zonder delusie’ in een van de eerste
conceptualisaties van ‘insanity’ als een meer morele (affectieve) dan intellectuele aandoening. Deze
ontwikkeling heeft de weg vrijgemaakt voor toekomstig onderzoek naar diagnostiek.
McNaughten Rule (1843): werd een standaard in strafrechtzaken waarbij krankzinnigheid kon worden
gepleit om ontoerekeningsvatbaarheid als vonnis te verkrijgen.
Cattel (1895): the psychologie van de getuigenis. Heeft onderzoek gedaan met studenten naar de
betrouwbaarheid van ooggetuige verklaringen. Er is aangetoond dat deze verklaringen vrijwel altijd
uiteenlopen en daardoor niet betrouwbaar zijn.
Freud & Munsterberg (20e eeuw): probeerden psychologie te integreren in het rechtssysteem.
Werden destijds alleen nog niet echt serieus genomen, maar achteraf wel veel bijgedragen aan
ontwikkelingen in moderne forensische psychologie.
In 1954 beoordeelde de rechtbank dat een getuigenis/verklaring van psychologen toelaatbaar zijn in
rechtszaken.
In 1962 mochten psychologen getuigen en uitspraken doen over mentale gezondheid in strafzaken,
ook zonder medisch diploma.
In 1969 is de American Psychology-Law Society ontstaan. Eerste professionele organisatie.
American Psychological Association (2001): forensische psychologie is officieel herkend als
specialisatie binnen de psychologie en speelt grote actieve rol in rechtssysteem.
APA (2006): ‘guidelines on multicultural education, training, research, practice, and organizational
change for psychologists.
In onderzoeken tussen 1998 – 2003 benoemde 47,5% niks over ras/cultuur en ging maar 9,5% de
diepte in over ras en cultuur. à Dit is heel opmerkelijk gezien de disproportioneel hoge representatie
van BIPOC in het criminele rechtssysteem. Duidt op theoretische en empirische tekortkomingen in
kennis over BIPOC. Ook zijn de forensische instrumenten niet onderzocht op BIPOC.
APA (2017): De richtlijnen uit 2017 roepen psychologen op om veel van de lacunes te onderkennen,
zoals beoordelingsinstrumenten die niet gevalideerd zijn bij diverse populaties, het vertrouwen op
voornamelijk witte steekproeven in onderzoek, en de behoefte aan cultureel aangepaste interventies
die bijzondere implicaties hebben voor de forensische psychologie.
Forensische psychologie in de media:
Deze afbeeldingen in de media zijn belangrijk in de mate dat ze het potentieel hebben om juryleden
en publieke percepties te beïnvloeden die van invloed kunnen zijn op beslissingen, wetgeving en
beleid in verband met de geestelijke gezondheid en het strafrecht, en het potentieel hebben om de
belangstelling voor academische programma's op het gebied van de forensische psychologie te
vergroten. (…) Een groot deel van de populariteit van de forensische psychologie in de afgelopen
dertig jaar kan gedeeltelijk worden toegeschreven aan afbeeldingen in de media en de populaire
cultuur in de jaren negentig. Toch heeft de media niks te maken met de enorme groei in theorie en
onderzoek, en enkel met groei in interesse.
Fundamentele theorieën:
, - Juridische psychologie: is de wetenschappelijke studie en praktijk van psychologie in het
rechtssysteem. De grote verscheidenheid aan onderwerpen die hierbij betrokken zijn,
omvatten familierecht, voogdij over kinderen, getuigenissen van kinderen, competentie,
forensische beoordeling, jurypsychologie, interpersoonlijk geweld, herinnering van
ooggetuigen en valse bekentenissen.
- Criminele psychologie: is de studie die zich verdiept in de psychologische complexiteit en
motivaties van de criminele geest en de daarmee samenhangende praktijken binnen het
strafrechtsysteem. Er is geen universele theorie dat crimineel gedrag verklaart. Er worden
eerder verschillende theorieën in elkaar verworven om met elkaar tot een verklaring te
komen (psychopathologisch, fysiologisch, biologisch, neurologisch, sociologisch). Dus:
crimineel gedrag is het product van een reeks gebeurtenissen die wordt beïnvloed door een
oneindige mogelijkheid van variabelen en interacties tussen individu en omgeving die
nauwkeurig kunnen worden onderzocht en opzettelijk kunnen worden onderbroken.
- Gedragstheorieën vormen een logische basis voor de verklaring van crimineel gedrag. De
twee gedragstheorieën die hier worden besproken zijn conditionerings- en leertheorieën.
Conditioneringstheorieën stellen dat gedrag wordt gevormd door het koppelen van stimuli
(klassieke conditionering) en bekrachtiging en bestraffing (operante conditionering).
Conditioneringstheorieën zijn geworteld in het onderzoek van de vroege gedragstheoretici
Skinner (operante conditionering) en Pavlov (klassieke conditionering). Toegepast op
criminaliteit stellen deze theorieën dat blootstelling aan positieve en negatieve bekrachtiging
het crimineel gedrag zal vergroten of verkleinen. In de leertheorie wordt crimineel gedrag
voortgebracht door sociaal leren, waarbij iemands beslissing om een misdaad te plegen tot
stand komt door observatie en associatie met anderen.
- Politiepsychologie is de studie en toepassing van psychologische kennis en klinische praktijk
op wetshandhaving om de politie en de openbare veiligheid en het welzijn te verbeteren. De
exacte oorsprong van het politiegebruik van psychologen is onduidelijk, maar lijkt op eerste
gebruik in 1919. Maakt psychologische screening en counseling mogelijk.
- Victimologie is de studie van degenen die reële of bedreigingen van fysieke, psychologische,
sociale of financiële schade hebben ervaren die verband houden met een poging tot of
daadwerkelijke misdaad. Victimologie onderzoekt hoe slachtoffers sociaal worden
waargenomen en gedefinieerd, waarom sommigen kwetsbaarder zijn voor slachtofferschap,
waarom slachtoffers zich op een bepaalde manier gedragen, hoe slachtoffers worden
behandeld binnen het strafrechtsysteem, de kosten en gevolgen van schade, en hoe
slachtoffergenezing kan plaatsvinden. gefaciliteerd worden. Herstelrecht is een rechtsmodel
dat zich richt op misdaad als schade, waarbij het slachtoffer centraal staat en het evenwicht
wordt gezocht tussen slachtoffer, dader, gemeenschapsbehoeften en belangen in een poging
de schade te herstellen en gerechtigheid te herstellen.
De moderne criminologie ontstond halverwege de 18e eeuw en deze periode markeert de vroege
oorsprong van de studie van crimineel gedrag en de rol van de psychologie bij het begrijpen van de
criminele geest. De klassieke criminologie uit de 18e eeuw, die de wortels van de misdaad
lokaliseerde in de vrije wil en utilitaire motieven, ontleend aan de werken van Jeremy Bentham en
Cesare Beccaria, verschoof in de 19e en 20e eeuw naar de positivistische criminologie en de
zoektocht naar deterministische oorzaken van misdaad. Met deze verschuiving speelden psychologen
een steeds grotere rol in de studie en behandeling van crimineel gedrag. Erkenning en evolutie van
het construct van psychopathie, discours over de scheidslijn tussen waanzin en slechtheid en de wet
van waanzin, en vroege correctionele hervormingsinspanningen heeft een multidisciplinair traject
uitgestippeld voor theorie, onderzoek en praktijk in de huidige criminele psychologie.
, Psychologische theorieën bieden verklaringen op microniveau voor crimineel gedrag, waarbij gekeken
wordt naar de vroege psychodynamische ontwikkeling, informatieverwerking en cognitie, en
conditioneringsprocessen.
Forensische beoordelingsinstrumenten die in de jaren negentig zijn gepubliceerd en voor wijdverbreid
gebruik beschikbaar zijn gekomen, hebben bijgedragen aan een explosie van empirisch onderzoek
naar forensische beoordeling van gevaar (zoals PCL-R en VRAG). à in 1990 nieuwe wet wat de SVP als
forensisch beoordelingsinstrument vereiste.
De toekomst van forensische psychologie
Forensische beoordelingsinstrumenten moeten steeds geavanceerder worden en rekening houden
met verschillen in de meting van risicobeoordeling naar geslacht, leeftijd, cultuur, bekwaamheid en
seksuele geaardheid. (...) Een groter bewustzijn van de krachtige effecten die etikettering heeft voor
zowel slachtoffers als daders kan aanleiding geven tot veranderingen in de behandeling en
beoordeling van deze individuen. Etikettering kan transformerend zijn en de identiteit en het gedrag
van individuen binnen het strafrechtsysteem beïnvloeden. (...) Technologische vooruitgang en hun
invloed op ons leven zijn een drijvende kracht die de toekomst van de forensische psychologie op een
groot aantal cruciale manieren voortstuwt. Het is dus absoluut noodzakelijk dat ook de forensische
psychologie actueel blijft. Informatie van sociale-mediasites wordt nu bijvoorbeeld gebruikt door
forensische psychologen, waarschijnlijk vanwege het wijdverbreide gebruik ervan, de rijkdom aan
persoonlijke informatie en de gemakkelijke toegankelijkheid. Uit recent onderzoek is gebleken dat
forensische psychologen nu veelvuldig gebruik maken van sociale netwerksites bij forensische
beoordelingen van de geestelijke gezondheid en deze sites beschouwen als nuttige bronnen van
informatie over individuen voor het onderbouwen van psycho-holegale evaluaties, meningen en
rapporten. Dit onderstreept ethische zorgen, zoals toestemming, nauwkeurigheid en authenticiteit
van de informatie.
Hoofdstuk 27 à good lives model (blz 538)
Aantekeningen slides
Klinische forensische psychologie: wetenschap die zich bezig houdt met afwijkend (antisociaal)
gedrag, persoonlijkheid, cognities, preventie + interventie, diagnostiek en is een snijvlak met andere
takken van psychologie.
Zorginstellingen:
- Forensisch psychiatrische poliklinieken deeltijdbehandeling/dagbesteding
- Forensische woonbegeleiding (niveau 1)
- Forensisch psychiatrische afdelingen + longcare (niveau 2)
- Forensisch psychiatrische klinieken (niveau 3)
- Forensische verslavingszorg klinieken
- Forensisch psychiatrische centra (niveau 4)
Criminele carrière start vaak op jonge leeftijd, waarbij geldt: hoe eerder de fout in, hoe hardnekkiger
de problemen.
Leerdoelen van de forensische psychologie
- Expert op het gebied van GGZ van ontregelde volwassenen en jongeren (wanneer gaat
normale ontwikkeling mis, wat zijn risico- en beschermende factoren, hoe kan ik deze
vaststellen, wat zijn effectieve behandelingen en hoe voer ik deze uit?)
- Scientist-practioner (kritisch nadenken over klinische praktijk en vraagstukken analyseren)