Hoofdstuk 1
Het bestuursrecht bevat regels die de overheid nodig heeft om te kunnen en mogen besturen.
Er wordt onderscheidt gemaakt in het algemeen bestuursrecht (Awb) en het bijzondere bestuursrecht
Het publiekrecht regelt de relatie tussen overheden onderling en tussen de burger en overheid. De
overheid is dan een rechtspersoon (Een exclusieve bevoegdheid)
Er bestaat ook een onderscheid tussen materieel en formeel bestuursrecht.
- Materiele bestuursrecht: Bevat rechtsnormen waarin voor burgers en bestuursorganen
aanspreken of verplichtingen zijn opgenomen.
- Formeel bestuursrecht: De procesrechtelijke regels die de burger nodig heeft om tegen het
optreden van de overheid iets te ondernemen.
De bronnen van het bestuursrecht zijn
- Het internationale recht
- De nationale wet
- Jurisprudentie
- Ongeschreven bestuursrecht (Gewoonterecht)
o Vertrouwensbeginsel
o Rechtszekerheidsbeginsel
De kenmerken van het bestuursrecht zijn
- Legaliteitsbeginsel: De bevoegdheid om als overheid te handelen mag slechts voor zover de
wettelijke regels en rechtsbeginselen dit toestaan
- Specialiteitsbeginsel: De overheid moet vele algemene belangen behartigen.
Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat. Overheidsmacht is verspreid ovewr alle
verschillende niveau’s (Gemeente, provinciaal, landelijk etc.)
De overheid die als ‘burger’ optreeft moet rekening houden met de algemene beginselen van
behoorlijk bestuur (Art. 3:1 lid 2 AWB & 3:14 Awb)
De overheid kan op allerlei manieren comminuceren met de burger. Burgers kunnen ook gebruik
maken van een advocaat.
Eenieder kan zich in het verkeer met bestuursorganen laten bijstaan of door een gemachtige laten
vertegenwoordigen (Art. 2:1 lid 1 Awb)
De overheid mag dit weigeren als tegen de persoon ernstige bezwaren bestaan, dit mag niet als een
advocaat bijstand verleent of de vertegenwoordiger is (Art. 2:2 Awb).
Documenten die aan een bestuursorgaan zijn gericht terwijl een ander bestuursorgaan bevoegd is,
moeten worden doorgezonden naar het bevoegde orgaan (Art. 2:3 Awb).
,Hoofdstuk 4.4
Alleen bestuursorganen kunnen Awb-besluiten nemen. Art. 1:1 Awb regelt wanneer er sprake is van
een bestuursorgaan
1. Een orgaan van een krachten publiekrechtelijke ingestelde rechtspersoon (Art. 1:1 lid 1 sub a)
2. Een ander persoon of college met openbaar gezag bekleed (Art. 1:1 LID 1 sub B).
De eerste groep worden de a-organen genoemd. De tweede groep de b-organen.
Zelfstandig bestuursorganen (ZBO’S) zijn bestuursorganen die niet in een hiërachische relatie tot een
openbaar lichaam zijn.
,Hoofdstuk 2
Een bestuursorgaan kan op drie manieren een bevoegdheid verkrijgen:
1. Attributie: Het toekennen (= het scheppen) van een nieuwe bevoegdheid.
2. Delegatie: Het overdragen van een bevoegdheid aan een ander.
o Er moet een wettelijk voorschrift zijn dat delegatie mogelijk maakt (Art. 10:15 Awb)
Delegans: Degene die de bevoegdheid overdraagt
Deze raakt de bevoegdheid kwijt (Art. 10:17 Awb)
Kan wel zijn bevoegdheid terug krijgen door het delegatiebesluit in te
trekken (Art. 10:18 Awb)
Delegataris: Degene die de bevoegdheid verkrijgt
3. Mandaat: De bevoegdheid om in een naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen (Art.
10:1 Awb)
o Verschil met delegatie is dat er bij mandaat geen bevoegdheden worden
overgedragen.
o Dit moet schriftelijk worden verleend.
, Hoofdstuk 3
Onder belanghebbende wordt verstaan: Degene wiens belang rechtstreeks bij het besluit is
betrokken (Art. 1:2 Awb).
Volgens de rechter ben je pas belanghebbende als je aan de volgende voorwaarden voldoet: (OPERA-
criteria)
1. Je hebt een objectief bepaalbaar belang
o Het moet meetbaar zijn (Vrezen, mijn gevoel, etc dus NIET)
2. Je hebt persoonlijk belang
o Je belang moet zich voldoende onderscheiden van dat van andere
3. Je hebt een eigen belang
o Het belang waarvoor je opkomt moet een belang van jezelf zijn.
4. Je hebt rechtstreeks betrokken belang
o Iemands belang moet voldoende direct door het besluit zijn geraakt. Er moet
voldoende causaal verband zijn tussen het besluit en iemands belang.
5. Je hebt een actueel, voldoende zeker belang
o Je belang moet op het moment dat het besluit is genomen aanwezig zijn en mag niet
een in de toekomst gelegen onzeker belang zijn.
Rechtspersonen kunnen belanghebbende zijn met betrekking tot hun eigen belangen (Art. 1:2 Awb).
Om als rechtspersoon voor je collectieve en algemene belangen op te komen moet je:
1. Rechtspersoon zijn (Art. 2:3 BW)
2. Het betreffende belang in het bijzonder behartigen. Een rechtspersoon moet de doelstelling
in de statuten voldoende specifiek omschrijven.
3. De belangenbehartiging laten blijken uit de statutaire doelomschrijving en de feitelijke
werkzaamheden
4. Actief zijn
Voor verengingen met beperkte rechtsbevoegdheid geld nog dat:
1. Er contributie betalende leden moeten zijn
2. Er met regelmaat een ledenvergadering is
3. De organisatie als geheel deelneemt aan het rechtsverkeer
4. Het doel van de vereniging uit de statuten moet blijken.
Een bestuursorgaan kan belanghebbende zijn. Art. 1:2 lid 2 Awb bepaalt dat de aan het
bestuursorgaan toevertrouwde belangen als zijn belangen worden beschouwd. Daarnaast geldt ook
dat er sprake moet zijn van actueel belang en dat het bestuursorgaan door het besluit rechtstreekst
wordt geraakt.
Bij het toetsen welke toevertrouwde belangen het bestuursorgaan heeft, let de bestuursrechter met
name op specifieke taken en zijn bevoegdheden die ten aanzien van bijzondere wetten aan het
bestuursorgaan zijn toebedeeld.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper acfokker. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.