Samenvatting Marketing Technieken & Sociale Marketing
Minor: Communicatie over gezondheidszorg (VU)
Sociale marketing (SM) = gedrag beïnvloeden voor social good. Het is de toepassing van commerciële
marketingconcepten en technieken om positieve maatschappelijke of sociale veranderingen te
bewerkstelligen.
Hoe kunnen marketingtechnieken worden gebruikt voor activiteiten gericht op het veranderen van gewoonten
en voorkeuren van individuen, te vergroting van hun eigen gezondheid en welzijn, of dat v.d. maatschappij?
Overeenkomsten (commerciële) Marketing & SM
Vermijden ‘one size fits all’ aanpak
o Aansluiten bij specifieke wensen v.d. doelgroep, en niet bij iedereen hetzelfde doel.
Combinatie van activiteiten
o Gedrag veranderen doe je met meerdere activiteiten.
Gefaseerd planningsproces
o Vaste stappen, bijv. inzicht krijgen in doelgroep > behoeftes in kaart brengen >
marketing/interventie mix maken.
Verschillen (commerciële) Marketing & SM
Commerciële marketing = Marketing is alles wat
een bedrijf doet om de verkoop van producten of
diensten te bevorderen.
Sociale marketing = Systematische toepassing
van marketing, naast andere concepten en
technieken om specifieke gedragsdoelen te
bereiken, voor een sociaal doel. Doel:
gedragsverandering.
Doel marketing = Winst, financieel.
Doel SM = Gedragsverandering met individuele en/of maatschappelijke winst.
Vormen van marketing
1. Consumentenmarketing (BTC)
a. Marketing gericht op mensen, verstuurt boodschappen naar mensen;
b. Unilever: grootste consumentenmarketeer (Iglo, Knorr, Dovce, Bertolli, etc.)
Bertolli: Unilever geeft het idee van ‘even in Italië’ met Bertolli, maar het is een NL product.
2. Business to business (B2B)
a. Industriële marketing;
b. Marketing is gericht op bedrijven, naar bedrijven communiceren;
c. Boon Edam = Europees marktleider voor draaideuren.
3. Non-profit marketing
a. Marketing zonder winstoogmerk (je kan alsnog winst maken, maar dat is niet het doel).
4. Internationale marketing
a. Cultuur en wetgeving;
b. 5 cultuurdimensies Hofstede: Machtsafstand, individualisme/collectivisme,
masculiniteit/feminiteit, onzekerheidsvermijding, lange termijn vs. korte termijn.
1
,Rollen in marketing
Betaler – Bepaler – Gebruiker (3 typen consumenten)
Tot wie richt je je interventie? Wie benader je met je marketing stunt voor je product? Bij een draaideur is dit
bijvoorbeeld anders dan bij chocoladerepen.
Voorbeeld casus: Boon Edam
1. Gebruiker: Mensen die door de deur lopen. Alleen belangrijk als er een ongeluk gebeurd
2. Betaler: Overheidsgebouw, in dit geval niet belangrijk.
3. Bepaler: Architect van het gebouw > belangrijk voor Boon Edam
Marketing mix
Omgevingsvariabelen = het probleem, bijv chlamydia.
Strategie = marketingmix, namelijk de 6 P’s.
4p’s > 6p’s = de essentie van marketing:
1. Product > Wat?
a. Wat verkoop ik? Wat is de boodschap?
b. Oplossing of waarschuwing voor slaapproblemen
2. Plaats > Waar?
3. Prijs > Voor hoeveel?
4. Promotie > Wat is het? Communicatie mix?
a. Welke instrumenten zet ik in voor promotie: reclame, influencers, folders, etc.
5. Proces > Hoe?
a. Hoe lever ik mijn product? Hoe kopen mensen het product? (bijv. een kerstboom)
6. Personeel > Wie?
o Wie ben je? Vanuit welk bedrijf ga je promoten? Promoot je iets als groepje studenten?
Facetten van marketing/dienstverlening
Dienstverlener – Consument – Dienst – Dienstverleningsproces – Relatie. Concurrentie en andere
omgevingsinvloeden: oftewel de belangrijkste concurrenten. Probeer al deze facetten te betrekken voor goede
communicatie.
Diensverleningsproces touch point (raakvlak) vinden.
Belangrijk: je moet leveren, er moet iets heen en weer gaan. Als je een relatie hebt, wordt het makkelijker.
Bestaande of nieuwe klanten inpakken met verschillende strategieën.
2
, Facetten dienstverlening > leiden tot het begrip attitude
Dienstverlener/bron: verstuurder boodschap
o Naam, grootte, financiële situatie, cultuur
Consument: ontvanger boodschap (BTC of B2B)
o B2B/BTC, beide typen, schatting aantal/omvang en factuurbedrag
o Gebruiker
o Betaler
o Bepaler
Hoe specifieker je consument, hoe effectiever de boodschap.
Dienst: de boodschap
o Belangrijkste diensten uit het totaalpakket
o Gedrag stimuleren of remmen en wat precies remmen of stimuleren?
Dienstverleningsproces: communicatie plaats
o Hoe lever je het: back-office vs front-office
o Back-office geen direct klantcontact vs front-office wel klantencontact
Relatie: verhouding tot/met de consument
o Eenmalig/frequent, vrij/formeel, weinig/veel switchen
o Ken je doelgroep: Over het algemeen is communicatie makkelijker als je de doelgroep kent.
Concurrentie en andere omgevingsinvloeden: naast het speelveld
o Oftewel de belangrijkste concurrenten.
Een andere manier om de eigen activiteiten en de relatie met de klant in kaart te brengen betreft het ‘Business
Model Canvas’.
Vormen van marketing
Industriële marketing – marketing van het ene naar het andere bedrijf, komen geen eindklanten aan
bod.
Gebruikers, betalers, bepalers kunnen verschillen wie ze zijn.
Non profit marketing – marketing zonder winstoogmerk (je kan alsnog winst maken, maar dat is niet
het doel).
Internationale marketing – cultuur en wetgeving. Vijf cultuurdimensies van Hofstede:
o Machtsafstand;
o Individualisme/collectivisme;
o Masculiniteit/feminiteit;
o Onzekerheidsvermijding;
o Lange termijn vs korte termijn.
Nieuwe wereldmerken.
3