Mondeling Tentamen Geneesmiddelen
Hoorcollege 1: introductie & actualiteit
- geneesmiddelen zonder merknaam (verlopen patent) worden generieke geneesmiddelen
genoemd, met merk zijn spécialité geneesmiddelen
- moleculen van geneesmiddelen komen terecht in leverpoortader = first pass effect
❖ omzeilen door middel van subcutaan, intraveneus, rectaal of sublinguaal gebruik
- actieve metaboliet = producten die in het lichaam een farmaceutische werking hebben
- inactieve metaboliet = lichaam ontdoet zich van geneesmiddel door het om te zetten in inactieve
metabolieten
Hoorcollege 2: algemene farmacologie
- farmacologie = verklaring van werking van farmaca (= biologisch actieve verbindingen, incl.
toxines) in lichaam van mens of dier
- farmacokinetiek = wat lichaam doet met farmacon, hoe geneesmiddel door lichaam gaat
❖ absorptie = transport van geneesmiddel van plaats van toediening naar algemene
circulatie
➢ snelheid bepaalt door: eigenschappen geneesmiddel, toedieningsweg en -vorm
➢ percentage tablet in lichaam opgenomen is biologische beschikbaarheid
❖ distributie = verdeling van stoffen over het lichaam via weefsels en circulatie
➢ mate en snelheid afhankelijk van fysisch-chemische eigenschappen
geneesmiddel
➢ verdelingsvolume = volume dat theoretisch nodig is om gemeten
bloedconcentratie te verklaren na medicatie dosis
■ groot verdelingsvolume: geneesmiddel bevindt zich buiten bloedbaan
■ klein verdelingsvolume: geneesmiddel bevindt zich in bloedbaan
❖ metabolisme = omzetten van lichaamsvreemde stoffen via enzymen in lichaam tot
metabolieten
➢ bio-transformatie: omzetting moederstof → type-1-reactie, via hydrolyse,
oxidatie of reductie
■ actieve vorm substraat zo snel omgezet dat metaboliet niet meer
werkzaam is → snelle CYP-enzymen (CYP-inducers)
■ als CYP-enzymen traag werken, heb je overdosis (CYP-inhibitors)
➢ conjugatie: koppeling aan andere stoffen → type-2-reactie, aan acetaat,
suikergroepen of sulfaten
❖ excretie = verwijderen van geneesmiddel en/of metabolieten uit lichaam
➢ lever: door metabolisme en/of secretie in gal
➢ nieren: door filtratie (passief) of secretie (actief)
➢ klaring = volume bloed dat per tijdseenheid van geneesmiddel wordt ontdaan
■ eerste orde kinetiek = per tijdseenheid een bepaald percentage
werkzame stof geklaard
■ nulde orde kinetiek = per tijdseenheid wordt geen constante 'fractie'
maar constante 'hoeveelheid' geëlimineerd (alcohol)
● bij stijging van dosis neemt klaring af en plasmaconcentratie stijgt
excessief
➢ halfwaardetijd = tijdsduur voor halvering van geneesmiddelconcentratie
■ bij 5x halfwaardetijd is stof weg
- farmacodynamiek = hoe farmacon het lichaam beïnvloed
❖ werking van twee middelen gaat elkaar tegen (antagonisme)
❖ werking van twee middelen versterken elkaar (summatie & synergisme)
,Hoorcollege 3: bijwerkingen & adverse drug events
- farmacovigilantie = wetenschap en activiteiten m.b.t. opsporing, beoordeling, kennis en
preventie van schadelijke effecten van drugs of andere met drugs verband houdende problemen
- bijwerking = reactie die schadelijk en ongewenst is en die optreedt bij doses die normaal worden
gebruikt bij mens voor preventie, stellen van diagnose, behandeling van ziekte of wijziging van
fysiologische functie
❖ Adverse Drug Event (ADE) = medisch verschijnsel dat tijdelijk verband houdt met
gebruik van geneesmiddel, maar niet perse met oorzakelijk verband
➢ problemen ten tijde van gebruik pilletje
➢ causaliteit aantonen is moeilijk; bij minder ernstige bijwerkingen stoppen met
medicijn en herstarten om eventuele causaliteit aan te tonen
➢ herkennen met BAT-M: bekend in literatuur, andere oorzaken uitgesloten,
tijdsrelatie en mechanisme van bijwerkingen
❖ Adverse Drug Reaction (ADR) = reactie op geneesmiddel die schadelijk en onbedoeld
is, en die optreedt bij doses die normaal bij mens worden gebruikt voor profylaxe,
diagnose, therapie of voor wijzigen van fysiologische functie
➢ herkennen met Naranjo Algortime
- bijwerkingen categoriseren op:
❖ ernst (seriousness) en hevigheid (severity)
❖ eigenschappen van bijwerking
➢ dechallenge: wat gebeurt er bij het stoppen van het geneesmiddel
➢ rechallenge: wat gebeurt er bij het opnieuw starten van het geneesmiddel
❖ type (A t/m G)
➢ bizarre: zeldzaam, onvoorspelbaar, eigenaardig, hoge mortaliteit
➢ chronic: cumulatieve dosis, lange-termijn
➢ delayed: zeldzaam, kan dosis-gerelateerd zijn, soms zichtbaar na ontwenning
➢ end of use: terugkaatsende reacties van ontwenningsverschijnselen
➢ failure: frequent, dosis-gerelateerd, invloed kinetica, interacties
➢ genetic: farmacokinetisch of -dynamisch
- verhogen van medicatieveiligheid door:
❖ verbeteren voorschrijven en duidelijke instructie aan patiënten
➢ juridisch kader: voorafgaand duidelijk/schriftelijk patiënt inlichten over
voorgestelde behandeling en bijbehorende risico’s
➢ nadelen van bespreken:
■ nocebo effect: negatief verwachtingseffect veroorzaken
■ attributie: onterecht toeschrijven van symptomen aan geneesmiddel
❖ monitoring van gebruik geneesmiddelen en bijwerkingen rapporteren
Hoorcollege 4: anticonceptie & dysmenorroe
- follikelstimulerend hormoon (FSH) rijpt follikel tot ovulatie en stimuleert daarna corpus luteum
- luteïniserend hormoon (LH) zorgt voor ontwikkeling van corpus luteum
- progesteron maakt baarmoederslijmvlies klaar voor eventuele zwangerschap en remt FSH en LH
→ slijmprop baarmoederhals (luteale fase)
- oestrogeen zorgt voor ovulatie (piek) en voor opbouw baarmoederslijmvlies en remt FSH
- soorten anticonceptie:
❖ hormonale anticonceptie
➢ combinatiepreparaten (oestrogeen + progestageen)
■ werkzaamheid minder afhankelijk van therapietrouw, cycluscontrole
■ stopweek met bloeding en tromboserisico
➢ progestageen-alleen
■ minder bijwerkingen, geen stopweek en langwerkend
■ doorbraakbloedingen en afhankelijk van therapietrouw
❖ niet-hormonale anticonceptie: condoom, vasectomie, koperspiraal
, - combinatiepillen
❖ één-fase pil = elke pil het dezelfde samenstelling (30 of 35 μg Ethinylestradiol)
❖ meerfasenpillen = dosering oestrogeen en progestageen verschilt per dag (5-6-10 of
7-7-7)
➢ soms met één week placebopillen in plaats van stopweek
❖ contra-indicaties: verhoogd tromboserisico en hormoonafhankelijke tumoren
❖ interactie: leverenzym-inducerende middelen (CYP3A4), zoals carbamazepine
❖ kosten: 2-10 cent p/d (tot 18 jaar vergoed; tot 21 jaar eigen risico; >21 jaar niet vergoed)
- vaginale ring: bestaat uit ethinylestradiol + etonogestrel
❖ contra-indicaties: verhoogd tromboserisico en hormoonafhankelijke tumoren
❖ interactie: leverenzym-inducerende middelen (CYP3A4), zoals carbamazepine
❖ kosten: €5,80 per maand
- anticonceptiepleister: bestaat uit ethinylestradiol + norelgestromine
❖ één pleister p/w gebruiken → drie weken achtereen pleister gebruiken, dan één week niet
❖ contra-indicaties: verhoogd tromboserisico en hormoonafhankelijke tumoren
❖ interactie: leverenzym-inducerende middelen (CYP3A4), zoals carbamazepine
❖ kosten: €9,42 per maand
- spiraal
❖ koperspiraal
➢ contra-indicaties: anatomische afwijkingen uterus + SOA
➢ direct werkzaam, geen afname bloedverlies en pijnklachten menstruatie
➢ kosten: €69 (exclusief plaatsing) voor 5-10 jaar
❖ hormoonspiraal: bestaat uit levonorgestrel (Mirena of Kyleena)
➢ contra-indicaties: anatomische afwijkingen uterus + SOA
➢ direct werkzaam, werking vooral lokaal op baarmoederslijmvlies
➢ kosten: €132 (exclusief plaatsing) voor 5 jaar
- implantatiestaafje: bestaat uit etonorgestrel (Implanon)
❖ interactie: CYP3A4 inductoren
❖ direct werkzaam, subcutaan in bicepsplooi van niet-dominante arm
❖ kosten: €1,82 (exclusief plaatsing) voor 3 jaar (of 2 jaar bij overgewicht)
- prikpil: bestaat uit medroxyprogesteron (depo-provera)
❖ geen interacties of contra-indicaties
❖ direct werkzaam na intramusculair toedienen (iedere 12 weken)
❖ kosten: €19,85 per twaalf weken
- minipil: bestaat uit desogestrel (Cerazette)
❖ interacties: CYP3A4 inductoren
❖ direct werkzaam, bij >12u te laat innemen al aanvullende anticonceptie voor 7 dagen
❖ kosten: €0.11-0.13 per dag
- dysmenorroe = hevige pijn bij menstruatie
❖ analgetica gedurende 3 hevigste dagen van menstruatie (NSAID, paracetamol)
➢ als dit niet helpt, hormonale anticonceptie
- hypermenorroe = abnormale hoeveelheden bloedverlies bij menstruatie
❖ NSAID gedurende 3 hevigste dagen menstruatie, daarna hormonale anticonceptie
➢ tranexaminezuur gedurende 3 hevigste dagen menstruatie
- noodanticonceptie door middel van morning-after-pil (levonorgestrel 1,5mg éénmalig) of
koperhoudend IUD
❖ bij voorkeur binnen 12u, niet later dan 72u
❖ bijwerkingen: hoofdpijn, misselijkheid, menstruatie/bloedverlies
❖ bij overgeven binnen 3u = opnieuw