Bijeenkomst 5 – Emotionele veiligheidstheorie
Indirecte en directe effecten van destructieve conflicten
* Indirecte effecten: via ouders. Kenmerken bij indirecte effecten, zijn: opvoeding, ouder-kind relatie
(spill-over theorie), beschikbaarheid en psychopathologie. Bij het indirecte pad stellen ouders zich
anders op. Zij hebben minder aandacht voor het kind, zijn autoratief. Er is minder aandacht voor
ondersteuning en grenzen. Het kan ook zijn dat de conflicten persoonlijke klachten toe laat nemen.
* Directe effecten: kindreacties. Deze reacties van kinderen zijn vaak affectief, fysiologisch (verhoogde
cortisol bij blootstelling, afgestompte cortisolreactie medieert effect op externaliserend, interactie
tussen fysiologische regulatie en conflicten: meer intern/extern gedrag), gedrag, cognitief
(representaties, appraisals).
Emotionele veiligheidstheorie
Specifieke directe effecten van conflicten: posttraumatische stress (angststoornis)
Kenmerken van posttraumatische stress, zijn:
Wanneer situatie (levens)bedreigend is
Voor zelf en/of ander
Intense angst, machteloosheid en stress
Overweldigend
Geen veiligheid, geen hulp; ontwrichting van het leven
Symptomen van posttraumatische stress (angststoornis)
- Herbeleving
o Flashbacks, nachtmerries
- Vermijding
o Van herinneringen, gevoelens, gesprekken
o Van plaatsen, activiteiten, personen
o Hypoactiviteit (dempen, ‘’numbing’’, desinteresse)
o Gevoel van vervreemding
- Verhoogde prikkelbaarheid
o Slaapstoornissen (in- en doorslapen)
o Hyperalterheid
o Schrikreacties
o Concentratieproblemen
o Irritatie en woede-uitbarstingen
Emotionele veiligheidstheorie
Emotionele veiligheidstheorie gaat meer over dan alleen de reactie.
Het brengt veel verder in kaart, wat voor een reacties kinderen nu
allemaal hebben op die beangstigende situatie. Bij herziening van
deze theorie, hebben we het begrip van emotionele restrictie nog
niet goed uitgelegd. Belangrijkste nieuws is het middelste gedeelte.
Angst voor conflicten met de reacties die daarop volgen is uniek
voor dit model. Waarom conflicten gevolgen hebben komt voort uit
de kern van het model: voel je je veilig ten opzichte van de ouder-
,ouder relatie? In het oude model zat het middelste gedeelte er ook in, alleen wordt het middelste
gedeelte beter toegelicht. Wat is nu de kern van die security?
Behavior control system (ethologie): social defense system (SDS)
Wat is de belangrijkste verandering in de emotionele security, is over nagedacht. Waarom zijn de
reacties van kinderen zo sterk? Het idee is dat ze teruggegaan naar biologische theorieën, evolutie
theorieën om te kijken wat zijn nu de basissystemen waar mensen gedrag rondom organiseren.
Bedreiging is belangrijk, maar de angst van conflicten sluit vooral aan bij het feit dat je niet wil dat je
groep uit elkaar gaat. Je bent mogelijk niet meer beschermd. Dat verklaart dat die angst zo sterk is.
Controlesystemen kan je zien als een thermostaat. Als er een conflict is die kan escaleren, dan slaat
de thermostaat aan: je zoekt vluchtroutes, zodat dreiging kan worden verminderd. Wat het betekent
dat als dit systeem geactiveerd is, dat andere systemen geen aandacht meer kunnen worden gegeven
(spelen, leren). Eerst moet de dreiging gesust zijn, voordat je met andere dingen bezig kan zijn.
- Destructief conflict (interpersonal threat) is bedreiging
- Gedrag als reactie op conflict is georganiseerd vanuit SDS en gericht op overleving
- Doel gedragssysteem is dreiging verminderen
- Angst staat centraal
- Bij dreiging slaat ‘thermostaat’ aan
- Dit activeert strategieën om dreiging te verminderen, op te
heffen
- Gevolg: er is minder energie en aandacht om aan andere
doelen te werken en vaardigheden uit te bouwen
Coping en aanpassing van kinderen in huizen met een hoog
conflict: de herformulering van de emotionele veiligheidstheorie
Wanneer je kijkt naar gehechtheid (rechterkolom) is het
belangrijkste doel nabijheid vinden. Als je angstig bent, ziek bent,
wil je graag contact met je ouders. Het gaat om bescherming van
gevaar, het doel van gehechtheidsgedrag helpt je hierbij overleven.
Het gehechtheidssysteem helpt je, omdat je ouders je helpen bij overleven. Dit is afhankelijk hoe je
toenadering bij je ouders kan krijgen.
* Social devent system: Dit gaat over bedreiging van buiten, maar het gaat om de relaties binnen je
groep. Wanneer je die groep niet meer hebt, verminderd dit de kans op overleven. Je hebt elkaar
nodig in de groep, om goed te kunnen overleven. Angst voor andere relaties. Er is duidelijk
onderscheid gemaakt bij verschillende sociale groepen. Waar iedereen op reageert bij dreiging in de
groep. De kern gaat over het feit dat als een kind een ruzie heeft gezien, dan sluit het zich af voor
andere dingen. Beide systemen: gehechtheid en ouder-ouder relatie zijn belangrijk voor het kind.
Verschillende reacties van kinderen
Organisatie van gedrag
Gedrag begrijpen in context en functie van gedrag in
ontwikkelingsperspectief
Davies en Martin formuleren vier gedragspatronen
1. Veilig
2. Mobiliserend: je gaat iets doen, ouders af leiden.
Ouders proberen een andere kant op te laten sturen.
Ander probleem voorstellen van jezelf. Je zoekt een
gevaar op, maar dat is blijkbaar een strategie die erin
resulteert dat het conflict ophoud.
3. Dominant: De boel overnemen, je gaat dirigeren. Je
onderdrukt angst, maar gaat ook aan de slag. Dat
jezelf de omgeving probeert te organiseren op jouw
manier. Als een mannetje gaat staan en op die manier helpt dat om die conflicten te
verminderen. Dit kan resulteren in agressief gedrag.
4. Demobiliserend: Kinderen kruipen weg, maken zich klein, willen onzichtbaar worden om
op die manier zo min mogelijk van het conflict mee te maken. Om in die situatie de best
passende manier voor deze persoon.
Er is nog niet veel onderzoek gedaan naar de vier gedragspatronen (hele rijtjes niet lezen). De kern is
duidelijk: je hebt een veilige relatie, je reageert niet snel op ruzies. Je houd veel energie over voor
andere dingen. Op basis van andere reacties kun je best een andere houding aannemen. Het is heel
, dynamisch. Bovendien weten we dat nog niet zeker, omdat het nauwelijks nog is onderzocht. Het is
een reguleersysteem.
Wanneer je kijkt naar het veilige profiel, kan dit ook betekenen dat je
wellicht in een theorie makkelijker bent van een slachtoffer situatie.
Het kan twee dingen veroorzaken. Conclusie het kan alle kanten op
gaan. Conflicten kunnen veranderen, opgelost worden enzovoort.
Kwalitatief onderzoek: ouderschap na geweld tussen partners
a) Wat is het begrip van mishandelde vrouwen over de mate
waarin hun jonge kinderen zijn blootgesteld aan of bekend
zijn met huiselijk geweld
b) Wat zijn de verbindingen die moeders maken tussen hun
eigen ervaringen van slachtofferschap door partners en
eventuele moeilijkheden van hun kinderen
c) Wat zijn de uitdagingen van het ouderschap die specifiek zijn voor de context van huiselijk
geweld
Kwalitatieve analyse onderzoek om ook naar ervaringen van ouders te kijken. Wat is de beleving van
hoe kinderen reageren op geweld(situaties) die ze hebben meegemaakt. Kwalitatief onderzoek is dan
wel erg handig in plaats van vragenlijsten.
Voorbeelden
Moeder van een zesjarige: Zij was degene die die toekeek. Zij was degene die altijd binnenkwam om
hem te zien. Weet je, of hij me verbaal misbruikte of dingen gooide, dingen in huis brak.
Facilitator: Dus ze was precies daar toen het gebeurde?
Moeder van een zesjarige: Ze was daarbinnen. Toen we de laatste keer vertrokken, de laatste keer
dat we weggingen had hij zijn handen in mijn nek en ze keek hem aan en ze zei ‘’Papa, ga je mama
pijn doen?’’ Kus mama en zeg tegen mama dat het je spijt. ‘’Dus ze is altijd de genezer’’.
Uitspraak van een zesjarige: mobiliserend, actief gemengd. Ze bemoeit zich met het conflict.
Moeder: Als mijn dochter mij en mijn vriend zien spelen en we luid zijn, elk geluid dat ze hoort, begint
te gillen. Ze begint te huilen. Als ze naar mijn oma gaat, speelt mijn grootmoeder met haar en praat te
hard, ze begint te huilen. Dit is omdat het geluid dat ik en haar vader hebben gebruikt om te vechten,
haar stoort.
Er is sprake van een trauma, reageren op geluid. PTSS, mobiliserend in de zin dat je iets doet
in een relatie. Op afstand er al iets mee doen.
Het was meestal verbaal. Zijn vader vertelde me wat ik waard was, hij liet me gewoon de hele tijd
vallen. Mijn zoon is eraan gewend geraakt dat te zien, nu probeert hij het met mij te doen. Ik probeer
hem te vertellen dat het verkeerd is, het klopt niet.
Dominant, die voortbeweegt in de ouder-kind relatie.
Mijn dochter praat tegen me alsof ze mijn mand of vader is, weet je. ‘’Mama, heb je me horen zeggen
dat ik wat ontbijtgranen heb gekregen?’’ En ik kijk haar aan en zeg: ‘’ Maar je kunt in de keuken gaan
en halen.’’ Ze zegt: ‘’Nee, sta op en haal het’’.
Demobilizing behavior: je gaat proberen onzichtbaar te zijn, geen beeld hebben waar je bent
tijdens de situatie.
In dit bovenstaande voorbeeld gaat het voornamelijk over moeders, maar ook vaders zijn slachtoffer
van geweld. Beide partijen maken gebruik van geweld. Er zit wel verschil in psychisch en fysiek
geweld. Er is maar een relatief kleine groep, waarin sprake is van een toxische omgeving, en waarvan
sprake is van één terroristische persoon. Er is een wisselwerking. Door escalatie van psychisch
geweld, kan het conflict escaleren. Terroriserende relaties komen relatief weinig voor!
Sociale verdediging
Als je je energie moet steken in dreiging, dan heb je minder energie
en tijd over om je omgeving te ontdekken, vriendschapsrelaties aan te
gaan, sociale vaardigheden te ontwikkelen en je hebt minder energie
over om te kijken naar anderen. Dus vanuit dit social defense,
waarom kinderen minder optimaal functioneren en op allerlei
gebieden problemen ervaren. De energie gaat naar die bedreiging en
dus niet naar de andere aspecten.