Juridische analyse
Inleiding burgerlijk procesrecht
Rechterlijke macht in burgerlijke zaken
1. Hoge raad -> 1/5 elke keer als je bij de Hoge Raad komt zie je 5 rechters staan. Dit
kost €30.000,- en duurt 3 jaar.
2. Gerechtshof -> 2/4/3 -> 2, 3 raadsheren, 4 noven
3. Rechtbank
- Rechtbank sector civiel -> 11/3, soms 1
- Rechtbank sector kanton -> ongeveer 30/1 (altijd 1 rechter, je hebt hier geen
advocaat nodig)
1. Absolute competente
(art. 93 W.v.Rv.): hoe hoog? Welke level? Welk niveau?
Rechtbank sector Kanton:
Tot en met €25.000,-
Ongeacht het bedrag: arbeidsovereenkomst, huurovereenkomst, pacht,
consumentenkoop (bij een winkel)
Rechtbank sector civiel:
Boven €25.000,-
2. Relateve competente
= locatie
Rechter van de WOONPLAATS VAN DE GEDAAGDE (Art. 99 W.v.Rv.)
UITZONDERING (Art. 101 W.v.Rv.): keuzevrijheid bij CONSUMENTENZAKEN
4 tentamenvragen + antwoorden
Welke rechter is absoluut en relatef bevoegd?
1. A uit Almelo heef €30.000,- loon tegoed van zijn werkgever B uit Enschede.
Antwoord: A is de eiser en B is de gedaagde.
- Rechtbank sector Kanton -> arbeidsovereenkomst
- Woonplaats van gedaagde B, dus Enschede
2. A uit Amsterdam koopt in Enschede een auto van meneer B uit Groningen voor
€28.000,-. De koopprijs wordt niet betaald.
Antwoord: A is de gedaagde en B is de eiser.
- Rechtbank sector Civiel -> boven €25.000,- en GEEN consumentenkoop etc.
- Woonplaats van gedaagde A, dus Amsterdam
3. A huurt een woning in Enschede van B uit Hengelo. De huurachterstand bedraagt
€26.000,-
Antwoord: A is de gedaagde en B is de eiser.
- Rechtbank sector Kanton -> huurovereenkomst
, - Woonplaats van gedaagde A, dus Enschede
4. Meneer A uit Hengelo koopt op een beurs in Utrecht een keuken van de
keukengigant uit Enschede voor €40.000,-. De keuken deugt niet. A wilt geld terug.
Antwoord: A is de eiser en B is de gedaagde.
- Rechtbank sector Kanton -> consumentenkoop
- Keuzevrijheid wat betref locatie want dit is een consumentenzaak -> dus keuze uit
Hengelo en Enschede.
Inleiding burgerlijk procesrecht
Rechtsmiddelen: dat stel je in als je het niet eens bent met de uitspraak van de rechter.
Rechter
Eiser Gedaagde
Als de eiser er niet is gaat het proces NIET door.
Als de gedaagde er niet is gaat het proces WEL door.
Rechtsmiddelen:
1. Verzet
Als de gedaagde niet verschijnt, dan krijgt de gedaagde een verstekvonnis, hierbij
verliest de gedaagde altijd
Je gaat naar dezelfde rechter binnen 4 weken
2. Hoger beroep
Binnen 3 maanden
Als je van RECHTBANK hoger in beroep wilt dan kom je altijd bij GERECHTSHOF
Gerechtshof
Rechtbank sector civiel
Rechtbank sector kanton
Je mag alleen hoger in beroep als het om een zaak gaat van meer dan €1750,-
Ze gaan de feiten en recht controleren
Je kunt maar 1 keer hoger in beroep per zaak
3. Cassatie bij de Hoge Raad
Binnen 3 maanden na het hoger beroep
Alleen het recht word gecheckt. Feiten worden NIET gecheckt.
Tentamenvraag:
Meneer A uit Groningen verkoopt een boot aan B uit Leeuwarden voor €30.000,-. B betaalt
niet.
1. Welke rechter is relatief bevoegd?
A is eiser en B is de gedaagde.
- Rechtbank sector civiel -> meer dan €25.000,- en valt niet onder de uitzonderingen
- Woonplaats van de gedaagde -> dus Leeuwarden
, 2. Wat gebeurt er als B niet bij de zitng verschijnt?
B verliest en krijgt een verstekvonnis thuis
3. Elke rechter geef B ongelijk. Welke rechtsmiddelen heef B nu?
1. Verzet -> bij dezelfde rechter
2. Hoger beroep -> bij het gerechtshof
3. Cassatie bij de Hoge Raad
Tentamenvraag:
Meneer A uit Groningen verkoopt een boot aan B uit Leeuwarden voor €15.000,-. B betaalt
niet.
1. Welke rechter is relatief bevoegd?
A is eiser en B is de gedaagde.
- Rechtbank sector kanton -> onder de €25.000,-
- Woonplaats van de gedaagde -> dus Leeuwarden
2. Wat gebeurt er als B niet bij de zitng verschijnt?
B verliest en krijgt een verstekvonnis thuis
3. Elke rechter geef B ongelijk. Welke rechtsmiddelen heef B nu?
1. Verzet -> bij dezelfde rechter
2. Hoger beroep -> dit mag NIET want de grens ligt bij meer dan €1750,-
3. Cassatie bij de Hoge Raad -> dit mag WEL want hier zit geen prijs aan vast.
Indelingen recht en rechtsbronnen
Privaatrecht 1
Recht: 4 indelingen:
1. Natonaalrecht – internatonaal recht
Nationaal recht:
Regels/wetartikelen die alleen in een bepaald land gelden.
Internationaal recht:
! Europese unie, internationaal recht gaat voor!
2. ! Dwingend recht – aanvullend recht
Dwingend recht:
Zijn regels waar men niet van af mag wijken.
Voorbeelden recht herkennen: Men mag niet/ men heef de plicht/ niet geoorloofd.
Sancties.
Nietigheid.
Aanvullend recht:
Regels waar je niet van af mag wijken, tenzij je zelf iets hebt geregeld.
Huurrecht, 100 artikelen