De wettelijke bewijsregels zijn geschreven voor de gewone dagvaardingsprocedure.
In verzoekschriftprocedures zijn zij van overeenkomstige toepassing, tenzij de aard
van de zaak zich hiertegen verzet (Art. 284 Rv). In kort geding gelden de wettelijke
bewijsregels niet. In arbitrage gelden deze regels ook niet, tenzij ze van toepassing
zijn verklaard door de partijen. Het scheidsgerecht is vrij ten aanzien van de
toepassing van deze regels (Art. 1039 lid 1 Rv).
In het burgerlijk proces hoeven alleen de feiten te worden bewezen die door de
wederpartij zijn betwist en die tot de beslissing van de zaak kunnen leiden. Feiten die
door de ene partij zijn gesteld en door de wederpartij niet of onvoldoende zijn betwist,
staan zonder bewijslevering tussen partijen vast (Art. 149 lid 1 Rv).
Vatbaar voor bewijs zijn feiten waaruit het gelden van een regel van gewoonterecht
kan worden afgeleid (Art. 79 lid 2 RO). Ook subjectieve rechten zijn vatbaar voor
bewijs (Art. 149-150 Rv). Bewijs wordt door partijen geleverd. Rechter mag niet
ambtshalve de feiten aanvullen, behalve met feiten van algemene bekendheid en
algemene ervaringsregels (Art. 149 lid 2 Rv).
Bewijslast: verplichting rustend op de eiser of gedaagde in een geding om bewijs te
leveren. Art. 150 Rv - hoofdregel: de partij die zich beroept op rechtsgevolgen van
door haar gestelde feiten of rechten, draagt de bewijslast van die feiten of rechten.
Omkeringsregel: hiermee kan de rechter een uitzondering maken op de
bewijslastverdeling. Indien door een partij een bepaald risico voor het ontstaan van
schade in het leven is geroepen en dat risico heeft zich verwezenlijkt, dan mag door
een rechter binnen zekere gronden het conditio sine qua non verband (causaal
verband) als gegeven worden aangenomen, behoudend tegenbewijs van die partij.
Stelplicht: verplichting tot het stellen en bewijzen van feiten is niet verplicht, maar
het niet-voldoen kan voor de partij wel een nadeel opleveren. Bewijslast gaan aan de
stelplicht vooraf (Art. 21 Rv).
Bewijswaardering (Art. 152 Rv): de rechter beoordeelt of het bewijs geleverd is.
Uitzondering is dwingend bewijs (Art. 151 Rv). De rechter is hier verplicht om de
bewijskracht te erkennen.
Authentieke en onderhandse partij akten leveren dwingend bewijs op. (Art.
157 lid 2 Rv).
Verschil tegenbewijs en omkering van bewijslast:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper casperbeumer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,44. Je zit daarna nergens aan vast.