Massage samenvatting Thijs Naves
maandag 25 maart 2024 13:39
Tonus normaliseren (animaal/vitaal Nociceptief)
1. Tonus normaliseren:
- "Tonus" verwijst naar de spanning of toon van de spieren in rust. Het normaliseren van tonus
betekent het terugbrengen van de spieren naar een normaal, evenwichtig niveau van spanning.
2. Animaal:
- "Animaal" verwijst naar het animale zenuwstelsel, dat betrokken is bij bewuste, wil gestuurde
activiteiten. Het kan hier duiden op het bewust beïnvloeden van de spierspanning via bewuste
inspanning, zoals bijvoorbeeld door middel van gerichte oefeningen, strekoefeningen of andere
fysieke activiteiten die onder controle van de wil staan.
3. Vitaal:
- "Vitaal" kan hier verwijzen naar het vegetatieve zenuwstelsel, dat autonoom (onbewust) de
vitale functies van het lichaam reguleert. Het autonome zenuwstelsel kan invloed hebben op de
spierspanning als reactie op verschillende interne en externe prikkels.
4. Nociceptief:
- "Nociceptief" betekent gerelateerd aan nociceptie, het vermogen om pijn waar te nemen. Het kan hier suggereren dat het
normaliseren van tonus gebeurt via het herkennen en reageren op pijnsignalen, mogelijk met behulp van nociceptieve
feedbackmechanismen.
Algemeen (supraspinaal)
Grote bewegingen over groot huidoppervlakte. Hierdoor worden de signalen naar de hersenen geactiveerd wat zorgt voor
ontspanning in het algemeen. Je kan hierbij denken aan bijvoorbeeld veranderd gedrag, stress symptomen, hoge arousal
(overprikkeld), algemene verstoring van het vegetatieve systeem (ademhaling, transpiratie, huidskleurveranderingen)
Sederen
, - Verlagen van de arousal
- Herstel selectief gedrag → adequater reageren
- Parameters:
• Groot huidoppervlak (veel segmenten)
• huidgericht, oppervlakkig
• Buiklig (veilig, geborgen, ademhaling)
• Rustige, rustgevende massage: vloeiend, langzaam ritme, voorspelbaar
• technieken: effleurages, petrissages en schuddingen
Roboreren
- Verhogen van de arousal
- Alerter maken
- Parameters:
• Groot huidoppervlak (veel segmenten)
• huidgericht, oppervlakkig
• Activerende massage: hoog tempo, wisselend ritme
• technieken: effleurages, petrissages en specifieke technieken als harkengriff, kloppingen, huidrollen
Segmentaal (spinaal)
Kleiner huidoppervlakte. Denk hierbij aan bijvoorbeeld segmentaal verstoorde spiertonus, segmentaal begrensde pijnsensaties,
transpiratie, vasodilatatie of vasoconstrictie, pilo-erectie. Voor spinaal masseren moet eigenlijk geen olie gebruikt worden. Anders ga
je verglijden en kan je geen rek meer toepassen.
Somatische reflexkring (spiertonus)
Beïnvloeden somatische reflexkring in geval van detoniseren musculatuur (verlagen tonus)
- Kerntechniek is petrissages: langzaam, vloeiend ritme met duidelijk langdurig rekmoment op spier
- Joint play → bewegingsritme van petrissage en joint play dient hetzelfde te zijn
- Schuddingen: direct of indirect
- Bij toniseren (verhogen tonus) tegenovergestelde Parameters
- De therapeut legt de hand op het lichaam, dit merkt het lichaam op en gaat via een afferente baan naar het ruggenmerg toe. Dit komt
via de efferente baan terug. En komt in de skeletspier. Je creëert inhibitie en je krijgt ontspanning.
Toniseren
Diep in de spieren. Je kijkt lokaal en probeert een spier met eventuele hypotrofie weer te activeren
Gericht op: spier- en gewrichtsweefsel
Ritme: snel (hypotone spier)
Tempo:hypotone spier: sneller, abrupt.
Technieken: , abrupte petrissages (hypotone spieren), joint-play, schuddingen (direct en indirect)
Intensiteit (druk): laag
Tijd: langdurig
Detoniseren
Theorie:
Verstoringen basistonus
• Supraspinale verschijnselen:
• veranderd gedrag
• stress symptomen
• algemene verstoring van het vegetatieve systeem (ademhaling, transpiratie, huidskleurveranderingen)
• Spinale verschijnselen:
• segmentaal verstoorde spiertonus
• segmentaal begrensde pijnsensaties
• Hyperaemie
• transpiratie of vasoconstrictie
• pilo-erectie (kippenvel)
• Spinaal niveau → Beïnvloeden somatische reflexkring
• Rustige ritmische passieve bewegingen in alle bewegingsrichtingen (binnen fysiologische grenzen) in combinatie met rustige
langdurige rek van hypertone spieren
• Joint play (afwisselende facilitatie hypertone en hypotone musculatuur → normotoon)
• Langzame rek (bij petrissage) → verlaging basistonus door adapteren tonische component spierspoel
• Verklaring detoniseren
• Stimuleren van afferente vezels van het animale segment
• Animale segment is het bewegingssegment
• Spierspoel
• Peessensoren (Golgi)