SAMENVATTING
STRAFRECHTELIJKE
SANCTIES
2024
1
, STRAFRECHTSGESCHIEDENIS EN THEORIEËN
HET NEDERLANDSE STRAFRECHTELIJKE SANCTIESTELSEL
Week 1
1.1 STRAFRECHTSGESCHIEDENIS
MISDAADRECHT IN DE WERSTERSE WERELD TOT EN MET DE MIDDELEEUWEN (500-1500)
Misdaad houdt een schending van de vrede en de relaties tussen mensen in; misdaad geldt als intermenselijk conflict
Het is aan de conflictpartijen zelf om de schade te herstellen
Primair door onderhandelingen over schadevergoeding – subsidiair door proportionele wraakneming door het slachtoffer/de
nabestaanden (vind ik zelf moeilijk met het oog op financiële situatie en vermogen om goed te kunnen onderhandelen)
Geen dwingende uitspraken van boven de partijen staande autoriteiten – autoriteiten dienen als bemiddelaars indien gewenst
Later (ca. 1200): autoriteiten verplichten conflictpartijen tot onderhandelingen. Bij niet-slagen leggen de autoriteiten straf op
Herstel van vrede en verzoening van conflictpartijen zijn het doel
Het slachtoffer/de benadeelde is volwaardig procespartij (zo hoort het toch ook, want eigenlijk best raar dat degene die het in de
eerste instantie aangaat geen belangrijke rol speelt. De staat is niet het slachtoffer)
Uitzondering: politieke misdaden, dan wel publiek strafrecht
MISDAADRECHT TIJDENS ANCIEN RÉGIME (1500-1800)
Misdaad geldt als aantasting van de maatschappelijke orde en het gezag van de vorst
Misdaad is geen privéaangelegenheid meer, maar een exclusieve zaak van de staat
Het gebruik van geweld wordt een staatsmonopolie
De standaardreactie op criminaliteit bestaat uit wrede, openbare straffen van overheidswege
Bestraffing vindt plaats ter manifestatie van de absolute macht van de vorst/staat
Strafdoelen: wraak, afschrikking en onschadelijkmaking
Aan de belangen van het slachtoffer van vlees en bloed wordt voorbijgegaan: het slachtoffer is exit!
OVERGANG VAN OUDE NAAR NIEUWE MISDAADRECHT (1500-1800)
Overgang van horizontaal naar verticaal misdaadrecht
Overgang van privaat naar publiek misdaadrecht
Overgang van herstelgericht naar bestraffend misdaadrecht
Incl. overgang van lijf- en doodstraffen naar (levenslange) gevangenisstraf
Waarom deze overgang?
o Civilisatietheorieën – Norbert Elias
o Machtstheorieën – Michel Foucault
WORTELS VAN HET PUBLIEKE STRAFRECHT (CA. 1200)
De inquisitie (inquisito = onderzoek) = kerk
Hanteerde geen accusatoire, maar inquisitoire procedure (inspiratie: Romeinse recht ui ca. 200 na Christus)
Wereldrijke machthebbers zagen grote voordelen in deze procedure en gingen haar toepassen op alle misdaden
Macht is een belangrijke factor geweest, zie Ancien Régime
MISDAADRECHT SINDS DE VERLICHTING (1800-1945)
Afschaffing van de laatste rechten van het private strafrecht door Napoleon: het publieke strafrecht komt tot volle bloei
Er vindt een strafrechtshervorming plaats in reactie op het inhumane en ineffectieve strafrecht uit het Ancien Régime
Meer rechtsbescherming, maar ook flinke groei van het strafrecht
Lijf- en doodstraffen worden vervangen door (levenslange) gevangenisstraffen
Het strafrecht zelf wordt niet ter discussie gesteld
Wel wordt ingezien dat straf omstreden is – straf = intentionele leedtoevoeging en moet ultimum remedium zijn.
Daarom worden verscheidene theorieën (her)uitgedacht ter rechtvaardiging van het publieke strafrecht:
o Vergeldingstheorieën – Kant & Hegel
o Preventietheorieën – Beccaria & Betham
o Verenigingstheorieën
CONTEMPORAINE CONFLICTBEHEERSING (SINDS 1945)
Vergelding is basis, maar wel ruimte om straf aan te passen op het individuele geval ter specifieke preventie
Focus overheid verschuift naar bereiken van veiligere samenleving, waarbij strafrecht meer werd gezien als primair instrument om
veiligheid te vergroten
Op misdaadbestrijding gerichte aanpak, waarbij nadruk ligt op verwijderen van daders uit samenleving ter wille van bescherming
Toenemende afhankelijkheid van risicobeoordelingen voor individuele daders
2
, 1.2 HET WEZEN VAN DE STRAF
KLASSIEKE DEFINITIE
Intentionele leedtoevoeging
Bewuste toebrenging van iets negatiefs/een kwaad (proportionele wraakneming)
Opzettelijke benadeling/beschadiging (vergelding)
2 benaderingen van de samenhang tussen vergelding, straf en wraak:
o Primitief-instinctieve benadering – straf wortelt via vergelding in wraak(zucht). Wraak
en vergelding zijn niet hetzelfde (wraak is mateloos en onredelijk, vergelding gematigd
en redelijk), maar toch heeft vergelding haar wortels i/d menselijke drang tot wraak:
wraak en vergelding kunnen niet van elkaar worden gescheiden.
o Moreel-intuïtieve benadering – straf wortelt via vergelding in de morele overtuiging dat
daders straf verdienen. Straf is een eis die uit gerechtigheid voortvloeit. Deze
gerechtigheid kan niet helemaal met rede/logica worden gevat en daarom dient
strafoplegging te worden gezien als een intuïtieve rechtvaardigheidseis. Deze
gerechtigheid Dit wordt vooral aangehangen door christelijk geïnspireerde
strafrechtgeleerden.
GULDEN REGEL: behandel een ander zoals je zelf behandeld wilt worden morele basisregel: gij zult een ander
niet schaden
Iemand opzettelijk schaden staat op gespannen voet met/is in strijd met de Gulden Regel en de hieruit
voortvloeiende morele basisregel.
Link met subsidiariteitsbeginsel
WAAROM STRAFFEN WIJ EIGENLIJK?
Gulden Regels in kader van puppytraining:
1. Beloon gewenst gedrag
2. Negeer ongewenst gedrag, dan houdt het na een tijdje vanzelf op OF buig ongewenst gedrag door afleiding
om naar gewenst gedrag
3. Zet bij zelfbelonend ongewenst gedrag ook afleiding in OF treedt preventief op.
4. Straf ter afschrikking als laatste redmiddel
5. Straf nooit ter vergelding
Zouden we die regels niet ook moeten toepassen op mensen?
1.3 STRAFRECHTTHEORIEËN
VERGELDINGSTHEORIEËN
Straf, omdat er een misdaad is gepleegd (quia peccatum)
Onlosmakelijk verband tussen misdaad, schuld en straf
Indeterminisme/wilsvrijheid
Positieve en negatieve vergeldingstheorieën
Waarom mag/moet er worden gestraft:
o Ter uitboeting van schuld
o Ter herstel van de status quo ante
o Ter herstel van het evenwicht tussen baten en lasten in de samenleving
o Ter expressie/communicatie van de morele afkeuring van misdaad
o Ter bevrediging van wraakgevoelens
PREVENTIETHEORIEËN
Straf, zodat er geen misdaad wordt gepleegd (ne peccetur)
Straf als noodzakelijk kwaad: noodzakelijk ter bescherming van samenleving door afschrikkende werking
Determinisme/ontbreken wilsvrijheid (mens als homo calculus/economicus)
(lastig meetbare) realisering van doel cruciaal voor rechtvaardiging van straf
Waarom mag/moet er worden gestraft:
o Ter onschadelijkmaking (incapacitatie)
o Ter speciale/generale afschrikking
o Ter speciale/generale normversterking
o Ter resocialisatie
o Ter preventie van eigenrichting door bevrediging van wraakgevoelens
KEUZETHEORIE
= men drijft naar geluk/genot en vermijdt pijn
Door misdaad te bestraffen, wordt de pijn groter dan het geluk en zal een calculerend mens (on)bewust
afzien van criminaliteit d.m.v. een rationele keuze
In praktijk blijken de afschrikkingstheorieën te worden overschat. Menselijk gedrag is vaak een kosten-
batenanalyse, maar beïnvloed door emoties, stoornissen, persoonlijkheid, verslavingen, omgeving e.d.
3
,VERENIGINGSTHEORIEËN
In verlichting is er sprake van een permanente spanning tussen verschillende ideeën
Heersende verenigingstheorie: vergelding is het wezen van de straf en binnen de bandbreedte van de vergelding is
er ruimte voor het doel van preventie.
1.4 STRAFRECHTELIJKE SANCTIES
STRAFFEN (ART. 9 T/M 36 SR)
Vergeldings- en preventiecomponent
Hoofdstraffen
o Gevangenisstraf
o Hechtenis
o Taakstraf
o Geldboete
Bijkomende straffen
o Ontzetting van bepaalde rechten
o Verbeurdverklaring
o Openbaarmaking van rechterlijke uitspraak
Art. 9 SR:
Lid 1: opsomming hoofdstraffen en bijkomende straffen
Lid 2: in plaats van vrijheidsstraf of geldboete kan een taakstraf worden opgelegd – behoudens bij in de wet
bepaalde gevallen (art. 22b Sr)
Lid 3: naast een vrijheidsstraf of taakstraf kan tevens een geldboete worden opgelegd
Lid 4: naast een vrijheidsstraf van maximaal 6 maanden kan tevens een taakstraf worden opgelegd
Lid 5: een bijkomende straf kan zowel afzonderlijk als tezamen met hoofdstraffen en andere bijkomende straffen
worden opgelegd.
Art 10Sr: GEVANGENISSTRAF
1.Gevangenisstraf is levenslang of tijdelijk (max 30 jaar)
2.De duur van de tijdelijke gevangenisstraf is ten minste een dag en ten hoogste 25 jaren
3.Zij kan voor ten hoogste dertig achtereenvolgende jaren worden opgelegd in de gevallen waarin op het
misdrijf levenslange en tijdelijke gevangenisstraf ter =[0okeuze van de rechter zijn gesteld. Ook in gevallen
van strafverhoging door samenloop van misdrijven, terroristische misrijven, herhaling van misdrijf of
bepaalde in art. 44 kan de tijd van 25 jaar worden overschreden
4. Zij kan in geen geval de tijd van dertig jaar te boven gaan.
Voorwaardelijke veroordeling
GS van maximaal 2 jaar: geheel of gedeeltelijk voorwaardelijk (art. 14a lid 1 Sr)
GS van meer dan 2 jaar en maximaal 4 jaar: maximaal 2 jaar voorwaardelijk (art. 14a lid 2
Sr)
Algemene en eventueel bijzondere voorwaarden
Proeftijd van 2 (of 3 of 10) jaar (art. 14b Sr)
Voorwaardelijke invrijheidsstelling
GS van maximaal 1 jaar: geheel uitzitten (art 6:2:10 lid 1 Sv)
GS van meer dan 1 jaar en maximaal 2 jaar: 1 jaar + 1/3 deel van restant uitzitten (art.
6:2:10 lid 1 sub a Sv)
GS van meer dan 2 jaar: 2/3 uitzitten, met maximum van 2 jaar VI (art. 6:2:10 lid 1 sub b
Sv)
Algemene en eventueel bijzondere voorwaarden (art. 6:3:11 Sv)
Proeftijd in beginsel gelijk aan periode voorwaardelijk deel (art. 6:1:18 lid 2 Sv)
MAATREGELEN (ART 36A T/M 38Z SR)
Geen vergeldingscomponent, maar wel preventie- (TBS, ISD) en/of herstelcomponent (schadevergoeding,
ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel)
Onttrekking aan verkeer
Ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel
Schadevergoedingsmaatregel
Terbeschikkingstelling (TBS)
o Met dwangverpleging
o Met voorwaarden
Plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD)
Vrijheidsbeperkende maatregel
Levenslang toezicht op ex-zeden en geweldsdelinquenten
VERGELDING VS PREVENTIE
Vergelding
Verbeurdverklaring
Geldboete
Gevangenisstraf (maar ook preventie) = maatschappijbeveiliging + afschrikking + resocialisatie
4
, Preventie
Onttrekking aan verkeer
Ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel (ook herstel)
Schadevergoedingsmaatregel (ook herstel)
TBS + ISD = maatschappijbeveiliging + resocialisatie
RECHTERLIJK PARDON – ART. 9A SR
Indien de rechter dit raadzaam acht in verband met
1) De geringe ernst van het feit
2) De persoonlijkheid van de dader
3) De omstandigheden waaronder het feit is begaan
4) Dan wel die zich nadien hebben voorgedaan
Kan hij in het vonnis bepalen dat geen straf of maatregel zal worden opgelegd
Voorbeeld: eierschaalschedel-arrest rechterlijk pardon toegepast
SANCTIESOORT, -MODALITEIT EN -MAAT
Sanctiesoort: gevangenisstraf, taakstraf, geldboete, TBS, etc.
Sanctiemodaliteit: voorwaardelijk of onvoorwaardelijk
Sanctiemaat: de duur, de hoogte etc
STRAFRECHTELIJKE SANCTIONERING DOOR OM
In kader van strafbeschikking ex art 257a e.v. SV:
Taakstraf van maximaal 180 uur
Geldboete
Onttrekking aan verkeer
Schadevergoedingsmaatregel
Rijontzegging van maximaal 6 maanden
5