,Inhoudsopgave
Hindoeïsme................................................................................................................................................... 3
Boeddhisme.................................................................................................................................................. 8
Jodendom.................................................................................................................................................... 12
Christendom................................................................................................................................................ 16
Islam............................................................................................................................................................ 20
, Hindoeïsme
Naam en oorsprong
Het Hindoeïsme is veel kleurig en veelvormig, je kunt eigenlijk niet van
één religie spreken.
De naam ‘Hindoeïsme’ komt van rivier de Indus, die in Pakistan uitmondt
in de zee. De Indiërs zelf noemen hun religie ‘Sanatana dharma’, dat
betekent de eeuwige leer of bestemming.
Het Hindoeïsme kent geen stichter of organisatie, het is een resultaat van
een ontwikkelingsproces.
‘Alle rivieren stromen naar dezelfde zee’, oftewel: alle religieuze wegen
brengen je naar hetzelfde doel: de uiteindelijke verlossing.
Het Hindoeïsme is in twee lagen te onderscheiden:
1. De oeroude natuurreligie van de oorspronkelijke bewoners van India.
Hier werden allerlei natuurkrachten als goden (deva’s) gezien: de
god van het vuur, de god van de aarde, de god rond rivieren, bomen
etc.
2. De religie van de Ariërs. Dit zijn volksstammen die van 2000 voor gjt
heel India zijn gaan beheersen en hun stempel hebben gezet op de
sociale orde, later uitgegroeid tot het kastenstelsel.
Dharma – bestemming – kosmische orde – kaste
In de wereld heerst een kosmische orde, deze houdt alles in evenwicht.
Tot deze orde behoort ook het kastenstelsel. Door je geboorte kom je in
een kaste: dit is een sociale groep met dezelfde naam, beroep, tradities en
religieuze praktijken.
De vier hoofdkasten:
- Brahmanen (priesters, zieners, filosofen -> hogere beroepen)
- Ksatriya’s (de strijders: ridders, prinsen en koningen, landbestuurders en
militairen)
- Vaisya’s (boeren, kooplieden, handelaren en geschoolde arbeiders)
- Sjoedra’s of dasa’s (ongeschoolde arbeiders, slaven en bedienden)
Een deel van de oorspronkelijke bevolking van India kwam in de vier kaste
terecht, een ander deel viel buiten het systeem. Zij worden de
‘onaanraakbaren’ genoemd en richten vooral het ‘onreine’ werk. De vier
kasten kennen ook nog duizenden subkasten of jati’s.
Wil je de uiteindelijke verlossing bereiken, dan moet je je houden aan de
regels van je kaste. Zo behoor je bijvoorbeeld ook binnen je eigen kaste te
trouwen.