Beatrice de Graaf De hisorisering van veiligheid: Introductie
Doel: veiligheid historiseren (= in plaats en tijd verankeren aan de hand van sociaal-
wetenschappelijke concepten)
Conze: het begrip ‘securitas’ speelde gedurende de Middeleeuwen nog niet zo’n grote rol in
het dagelijks leven. Het overheersende concept in die periode was ‘pax’, dat een staat van
spirituele rust en orde aanduidde en niet of nauwelijks betrekking had op een geografisch
afgebakende territoriale vrede of veiligheid.
Copenhagen school: veiligheid is een subjectief proces dat verloopt via de ‘speech acts’ van
relevante ‘actoren’ als autoriteiten, politieke partijen, bewindslieden en maatschappelijke
groepen. Hun voornaamste bijdrage aan het veiligheidsdebat is de constateringdat veiligheid
pas een zaak van beleid en politiek wordt als het zodanig op de agenda wordt gezet.
Dit is nuttig voor historici omdat ze aanzetten om veiligheidsbeleid niet te zien als een black
box waarbij alleen de uitkomst telt, maar uitvoeriger stil te staan bij historische contingenties
en bestuurlijke, politieke en persoonlijke keuzes.
Om veiligheid te historiseren moet worden onderzocht hoe toekomstige toestanden van
veiligheid in verschillende periodes werden verbeeld en gedacht.
Volgens de socioloog Barbara Adam leeft de mens in collectieve, zeer specifieke en
historisch bepaalde timescapes (de verschillende manieren waarop tijdgenoten hun tijd
beleven en hun toekomst ervaren).
Om de ontwikkeling van veiligheidsbeleid door de tijd heen systematisch te kunnen volgen,
is een consistent werkbegrip van veiligheid nodig. Een concept dat recht doet aan de
complexiteit en dynamiek van veiligheid, wordt hier ontleent aan Michel Foucault: dispositief.
Foucault gebruikte het begrip om het samenspel van machtsrelaties op een bepaald
moment in tijd te kunnen benoemen zonder die relaties te hoeven reduceren tot vaste
structuren. Dit begrip is goed toe te passen op veiligheidsbeleid,omdat veiligheid altijd wordt
beargumenteerd vanuit het nut, de noodzaak en de urgentie om een dreigend sociaal
probleem aan te pakken.
Om een veiligheidsdispositief op de politieke agenda te krijgen is in moderne democratieën
altijd een bepaalde mate van legitimiteit vereist.
Jonna Nyman Securitization theory
Securitization theory is ontwikkeld door de Copenhagen school en heeft 2 centrale
contributies geleverd aan de benadering van veiligheid:
● Het had als doel om veiligheid verder te verbreden dan de traditionele politieke en
militaire sectoren, en introduceerde ook milieu, economisch en maatschappelijk.
● Het gaf een ‘constructivist operational method’ voor het begrijpen en analyseren van
de manier waarop en wanneer problemen veiligheidsproblemen worden.
Securitization = het proces waardoor een probleem een veiligheidsprobleem wordt gelabeld.
Securitization is het proces waardoor een probleem gedramatiseerd wordt en gepresenteerd
wordt als een probleem van hoogste prioriteit. Zodanig is security een ‘speech act’, het
gebruik zelf is de handeling - het zeggen van ‘veiligheid’ is de securitizing factor waardoor
het probleem wordt verplaatst van normale politiek naar de veiligheidssfeer, en daarmee het
legitimeren van de buitengewone maatregelen om met de dreiging om te gaan.
Er zijn 3 factoren die de kans dat de securitization succesvol is hoger maken:
, ● De handeling van spreken zelf met nadruk op prioriteit, urgentie en overleving
● De securitization actor is in een positie van autoriteit wat de publieke acceptatie
verhoogt
● De kenmerken van de dreiging
Securitization is het gevolg van het falen van de overheid.
Desecuritization = problemen worden vanuit de veiligheidssfeer terug verplaatst naar de
politieke sfeer.
5 sectoren:
● Militair - de soevereine staat is het belangrijkst in deze sector. De overheid is de
belangrijkste actor. De dreigingen zijn vaak extern, maar kunnen ook intern zijn.
● Milieu - focust op de dreigingen tegen lokale/nationale/regionale/globale milieus of
ecosystemen, maar in veel gevallen is de bezorgdheid voor het milieu gelinkt met het
behouden van het bestaande niveau van civilisatie.
● Economisch - deze sector heeft veel onderwerpen, van de globale markten tot
staten, klassen en individuelen.
● Maatschappelijk - draait om identiteit en de beveiliging van identiteit. De
onderwerpen hier zijn gemeenschappen die zelf identificeren als gemeenschappen
gebaseerd op een gevoel van gedeelde identiteit.
● Politiek - focust op niet-militaire bedreigingen van staatssoevereiniteit, maar het kan
ook andere actoren omvatten.
Succesvolle securitization:
● Timing
● Publieke acceptatie
● Externe realiteit: kenmerken van een dreiging
● Positie van de securitizing actor
● Relatie tussen de spreker en het publiek
● Herhaling/ proces van security speech acts als gevolg van grammar of security
● Sociale en beredeneerde context van speech act
Beperking securitization:
● Het accepteert te snel traditionele assumpties over veiligheid, het is niet kritisch
genoeg.
● Het heeft geen duidelijke normatieve agenda, het is niet duidelijk of het ‘goed’ of
‘slecht’ is of te verkiezen boven desecuritization.
● Het dubbelzinnige begrip van de speech act - het wordt zowel gedefinieerd als een
intersubjectief proces van de constructie van een dreiging als een handeling in
zichzelf.
● De focus op spraak en taal. Het negeert non-verbale uitingen van veiligheid. ?
● Lijdt aan een ‘bevestigings vooroordeel’. De Copenhagen school onderzoekt alleen
succesvolle secularizations, waardoor de theorie nooit echt getest wordt,
onderzoekers vinden alleen waar ze naar zoeken.
Michael Howard The First World War Reconsidered
Onderwerp: WO I als een crisis in Europa
3 vragen:
, ● Waar ging de oorlog om (en waar dachten de deelnemers dat het om ging)
De verschillende deelnemers vochten voor vrijheid. Wat na de oorlog echter op veel
monumenten kwam te staan is ‘voor het vaderland’.
● Waarom nam het de vorm aan die het deed?
● Wat waren de consequenties, voor de deelnemers en de wereld als geheel?
Monumenten moeten als uitgangspunt genomen voor nieuw onderzoek over WO I:
● Ze gaan om rouw, niet om triomf. Ze leggen de nadruk op opoffering in plaats van
prestaties. Het laat de oorlog als een tragedie zien.
● Hun aanwezigheid overal in West-Europa laat de totale betrokkenheid van
gemeenschap zien.
● Ze laten de solidariteit in de Europese maatschappij aan het begin van de 20e eeuw
zien, een solidariteit die de oorlog niet overleefde.
WO I bestond uit 2 met elkaar verbonden oorlogen:
● De Derde Balkanoorlog/de Oorlog van de Oostenrijkse Opvolging - deze werd
uitgevochten om te bepalen wie de heerser was in de Balkan (OH of Rusland).
● De Eerste Duitse Oorlog - deze werd uitgevochten om de macht van het recent
eengeworden Duitsland uit te breiden of te behouden.
WO I was niet zinloos:
● In de eigen tijd werd het niet als zinloos gezien: Duitsland vormde een bedreiging
voor de democratie
● Als Duitsland WO I gewonnen had, zouden de gevolgen voor Europa en Duitsland
zelf niet goed zijn geweest. De extreem rechtse vleugel zou dan de macht hebben
(racistisch en anti-democratisch).
Goldhagen Hitlers Willing Executioners, Introduction: Reconceiving Central Aspects of the
Holocaust
Het onderwerp van het boek is het begrijpen van de acties en manier van denken van de
gewone Duitsers, die genocidale moordenaars werden.
Het verklaren van de Holocaust is een centraal intellectueel probleem om nazi Duitsland te
kunnen begrijpen. Het doel van het boek is om te verklaren waarom de Holocaust
plaatsvond en hoe deze kon plaatsvinden. Deze verklaring bestaat uit 3 onderdelen: de
daders, Duits antisemitisme en de aard van de Duitse maatschappij gedurende de
naziperiode.
Er is weinig bekend over de daders van de Holocaust. Als gevolg ontstaan er allerlei
misconcepties. De mensen die leven gaven aan de instituties van genocidaal moorden
moeten de focus zijn van onderzoek naar de Holocaust. Belangrijk hiervoor is om te
realiseren dat dit een Duitse onderneming was, dus een verklaring voor de Holocaust moet
gezocht worden in de Duitse drive om Joden te vermoorden. In de eerste plaats is hiervoor
nodig om in beschrijvingen van de Holocaust niet met gebruik van passieve grammatica te
spreken over de daders, maar een actieve vorm te gebruiken. Daarnaast is het nodig meer
te weten over de daders achtergronden.
Dit kan niet gedaan worden zonder de analyse te plaatsen in een begrip van de Duitse
maatschappij voor en tijdens de naziperiode, vooral de politieke cultuur. Dit omvat het
opnieuw kijken naar het karakter en de ontwikkeling van antisemitisme. Antisemitisme was