WAT IS SPRAAK?
Doelen blok 2 spraak:
- Fonologie vs. fonetiek
- Normale spraakontwikkeling
- Normale spraak
- Spraak beschrijven
- Diagnostiek
- Behandeling fonetische stoornis
Voorwaarden van de spraakontwikkeling:
Anatomie Structuren in het spraakkanaal bepalen wat jij kunt
doen met het stemgeluid
Gehoor Kind verwerft de spraakklanken van de taal die hij
om zich heen hoort
Motorische Grof- en fjnmotorisch
ontwikkeling
Neurologische rijping Moederklank, aansturing van de spieren in de mond
Sociaal-emotionele Basis om te willen leren
ontwikkeling
Omgeving Bepaalt welke klanken het kind gaat leren,
klankeigenschappen
Intelligentie Relatie tussen ontwikkelingsleeftijd en
spraakontwikkeling
Taalvermogen Spraak en taal gaan hand in hand
1. Wanneer start de spraakontwikkeling?
De spraakontwikkeling start voor de geboorte, dus in de baarmoeder (dit
gebeurt rond 5 mnd. omdat het kindje dan de geluiden van buitenaf kan horen)
Spraakontwikkeling heeft een actieve en passieve kant.
2. Hoe praat je tegen een baby?
Motherese, kinderen kunnen hoge tonen opvangen, lage tonen niet
Wat houdt motherese in: hoge stem, complimenteren, veel herhaling
van de woorden, duidelijke articulatie/spreken, veel mimiek en lange
pauzes
3. Is de spraak van Mika normaal, vertraagd of afwijkend?
Afwijkend want hij zegt koekje in plaats van toetje
De /t/ verplaats naar achter, er is hierdoor sprake van bekking
,SPRAAKPERCEPTIE & PRODUCTIE
Spraakperceptie
Basisfuncties:
- Onderscheiden = spraak onderscheiden van andere geluiden
- Segmenteren = spraak opdelen in syllaben (lettergrepen)
- Categoriseren = man of vrouw die aan het praten is? Welke man of vrouw
praat?
In sociale context
Vereist: gehoor (om de klanken te horen), aandacht , geheugen (om
klanken te onderscheiden)
Spraakproductie______
- Anatomische en fysiologische factoren
- Fonetiek: motorische realisatie van klanken
Vs.
- Fonologie: betekenisonderscheidende functie van klanken
In sociale context
Sociale context______
- Interactie: beurtwisseling, blikrichting en tactiel (aanraken)
- Door anderen aan uitingen kind
- Gezamenlijke aandacht, bijv. (glim)lachen
,KLANKVERWERVING
Vocalen:
- Worden eerder open gerealiseerd dan gesloten
- Worden eerder ongerond gerealiseerd dan gerond (ee is makkelijker dan
oe)
- Worden eerder kort gerealiseerd dan lang (a voor aa)
Consonanten:
- Contrasten vanaf 1;3 jaar (Beers, 1995)
- Start met labialen in initiale positie
- Explosieven voor fricatieven
- Feature ‘stem’ rond 2;3 jaar
is de klank nog niet gerealiseerd, dan deletie of reductie
Clusters:
- Reducties blijven lang bestaan
- Markeringstheorie (welke van die twee klanken wordt weggelaten): basis
waarvan je kunt aangeven welke van de medeklinkers overeind blijft
Trein wordt vaak ‘tein’, de /t/ is meer aanwezig dus die blijft overeind
staan
Syllabestructuren:
- Bijvoorbeeld vereenvoudiging, verdubbeling of weglating (deletie)
Bij weglating:
o ‘appel’ wordt ‘appe’
o ‘school’ wordt ‘ool’
Bij vereenvoudiging van medeklinkerverbindingen:
o ‘school’ wordt ‘sool’
- Onbeklemtoonde syllabe
o Bijvoorbeeld: in het woord onoverkomelijk zijn deze leterrreeen/syllaben
onbeklemtoond: on-o- ver-ko-me- lijk. Hier lirt de hoofdklemtoon: on-o-ver- ko-me-
lijk.
(Bron: htes://woordenlijst.orr/leidraad/lijst_van_vaktermen/onbeklemtoonde_leterrreee)
, dit moet je kunnen voor het tentamen
Ook nog kijken naar casus Mika
DAT IS SPRAAK!
Spraakontwikkeling: de spraakontwikkeling betreft de ontwikkeling van het
klanksysteem van een taal, dat wil zeggen het leren waarnemen en produceren
van klanken, zoals die in een bepaalde taal voorkomen (Goorhuis &
Schaerlaekens, 2000)
Wanneer heb ik kenmerken van een fonologisch probleem en wanneer van een
fonetisch probleem?
Passieve ontwikkeling --> start al in de baarmoeder (kind hoort geluiden, begint
rond 5 mnd.)
Actieve ontwikkeling --> kind gaat klanken nabootsen van de omgeving
Spraakproductie, ontwikkeling --> eerste levensjaar in maanden volgens
Stes
1 Geboortekreet, reflexieve geluiden (kind maakt geluid vanuit de eerste
levensbehoefte: ademen, eten etc.)
2 Stemgeven/vocaliseren
3-4 Achterklanken (klanken achterin de mond)
5-6 Variaties in luidheid, duur en toonhoogte, klemtoonefecten
(ontwikkeling van prosodie)
7-8-9 Brabbelen (CV- structuur --> bababa, papapa)
-12- Eerste woordje
Eerste woordje: als het kind iets zegt en begrijpt wat hij ermee bedoelt
Spraakontwikkeling
0 - 1 jaar afstemming adem, stem, spraak; verwerft klanken
1 - 2;6 verwerf klanken en verwerft deze in betekenisvolle woorden
jaar
2;6- 5 verwerft ontbrekende fonemen. Spraak: nog niet alles perfect
jaar
5 - 9 jaar alle fonemen en clusters worden goed uitgesproken; soms tijdelijk
niet tijdens wisselperiode
,FONETIEK
Fonetiek = klankleer, betreft de articulatie --> wijze waarop de klanken worden
gerealiseerd in de mond
Articulatie is op te vatten als het motorisch aspect van de verbale
communicatie: bewegingsmogelijkheden van lippen, tong en verhemelte
Dat wat je afwijkend vind binnen een cultuur. Minder om wel of niet goede
communicatie
Invalshoeken
Articulatorische fonetiek: productie van spraakklanken: wat gebeurt er
precies en waar
Akoestische fonetiek: spraakgeluid, fysische kenmerken
Auditieve fonetiek: waarneming van geluid
Fonetiek betreft de articulatie:
- Articulatie is op te vatten als het motorisch aspect van de verbale
communicatie: bewegingsmogelijkheden van lippen, tong en verhemelte.
- Articulation is about the production of sounds: pronouncing the speech
sounds used in language.
- Articulatie: hier worden de luchtdrukstoringen getransformeerd tot
klanken: klinkers en medeklinkers. Die omzetting vindt plaatst door
supraglottale holten een specifeke vorm te geven.
Fonetiek
Beschrijving van spraakklanken, doel:
Uitgangspunten voor behandeling
Ontwikkeling synthetische spraak
--> smartphones (s-voice, siri)
--> spraakcomputers
, Fonetiek, articulatorisch
Spraak opschrijven
International Phonetic Alphabet (IPA)
--> foneem /r/ en allofonen [r] en [R]
--> bijvoorbeeld de /r/ in het Nederlands -->
tongpunt en huig r
--> bijvoorbeeld de/w/ in het Nederlands --> /w/
labiodentaal, /w/ labiaal
Consonanten (medeklinkers)
Features (kenmerken):
- Articulatieplaats
- Articulatiewijze
- Route luchtstroom
- Stemgeving
Articulatieplaats
- bilabiaal (p,b,m)
- labiodentaal (f,v,w)
- alveolair --> (bij de alveolairrand) (t,d,n,l,r,s,z)
- palataal --> iets verder naar achter (j)
- velair --> bij het velum (k,g)
- uvulair --> huig r (R)
- laryngeaal --> glottaal (h)
Articulatiewijze
- explosief /p/ vs. fricatief /f/
- oraal /r/ vs. nasaal /m/
- stemhebbend /v/ vs. stemloos /f/
- halfvocaal /w/ /t/
- lateraal /l/
- ratelaar /r/
Route luchtstroom = oraal of nasaal
Stemgeving = stemhebbend of stemloos