Samenvatting Spierfysiologie
College 1/Hoofdstuk 1 – bouw en functie skeletspieren
3 fundamentele relatee
1. Kracht-enelheiderelate
o Bepalen eamen het vermogen(P = F x v)
o Snelheid bepaald door earcomeren in eerie
o Kracht bepaald door earcomeren parallel
2. Stmulate freuuente-kracht relate
o Geeft afankelikkheid van kracht van aaneturing ieer
o Verbinding tueeen aaneturing en epiercontracte
o Verandering in aaneturing bepaald door hoeveelheid calcium meer croee-bridgee
meer kracht
3. Hoek-moment relate
o Komt overeen met lengte-kracht relate
o Betreft overlap van actne en myoeine
o Ie bik langzaam beiegen het grootet
o Toename v afname F
Exploeief vermogen zo veel mogelikk kracht, zo enel mogelikk, in een korte tkd
Kracht en enelheid hangen af van
- Type epiervezel
o Type 1 langzaam, iorden ale eerete ingeechakeld, maken langzamer energie vrik
o Type 2 enel, iorden later aangeeproken, enelle energie vrikmaking
o Verdeling ie erfelikk bepaald
o Door training kan verechuiving plaatevinden van langzaam enel
- Fyeiologieche diaredoorenede
o Aantal epiervezele parallel kracht
- Koppelenelheid actne en myoeine
- Pennatiehoek hoek met ierklikn en epier
o Verkortngemogelikkheid van de epier
o Grotere hoek grotere fyeiologieche diaredoorenede
- Spiervezellengte
o M. vaetue lateralie 10cm
- Stkfeid van de peee
Na 6 ieken bedruet iordt epierfuncte en opboui bekeken. De epieren zikn (10%) kleiner geiorden
atrofie (het dikker iorden heet hypertrofie), en er ie meer eubcutaan vet.
Verechil epierkracht en geirichtemoment
Mbv een dynamometer meet men het moment. Voor epierkracht iil ke het interne moment ieen,
maar ke ieet niet preciee het draaipunt, omdat deze kleine etukkee verechuift.
Na diareleaeie
- Toename eubcutaan vet
- Spieren zikn dunner (atrofe) meer bindieefeel
, - Spiervezelbundele minder goed te herkennen
Cel in one lichaam
- Kern, nucleue, chromatden (DNA) en gaatkee in de kern
o Belangrikk voor communicate tueeen kern en
daarbuiten
- Cytosol allee buiten kern
o Mitochondriën energiefabriek
- Ribosomen eiiitcomplex
o Deele in SR, deele in cytoeol
o Eiiiteyntheee
- Lysosomen ruimen op
- Cellen en organellen zikn omgeven door een
membraan
- Celkern bevat genetech materiaal (DNA). Het afezen heet transcriptie
- Mitochondriën betrokken bik ATP producte
- Centriolen hebben rol bik celdeling
- Lysosomen hebben een rol bik opruiming
- Eiwitsynthese (tranelate) vindt plaate op riboeomen
- Endoplasmatisch Reticclcm ie een eoort fabriek voor grondetofen van de cel (eiiiten,
veten, hormonen)
- Golgi apparaat zorgt voor afierking producten uit ER en verplaatet ze naar beetemming
- Nccleaire poriën = kernporiën hierdoor kunnen kleine moleculen difunderen
- Chromatine het complex van DNA en eiiiten in de celkern
Verechil epiercel en etandaard cel
- Spiercel bevat veel kernen, etandaard cel heeft n kern
- Spiercellen zikn veel groter
- Cytoeol in epiercel bevat actne en myoeine (80%) zorgt voor eamentrekking van epier
hiervoor ie calcium nodig dit zit in SR
- Spiercel bevat epeciale etamcellen: satellietcellen (ec) 1-5%
o Belangrikke rol heretellen na epierbeechadiging
o Kan extra kernen maken deel nieuie eatellietcel + deel normale cel ook voor
epiergroei
Opboui epiervezel
- Kernen ziten onder het sarcolemma (epiervezelmembraan). SC ziten hier net buiten.
- Spiervezel beetaat uit myofibrillen (±2000)
o Beetaat uit 100-400 actne en myoeine flamenten (earcomeren)
- Om de myofbrillen zit het SR
- Tueeen myofbrillen ziten mitochondriën
- Kleine inkepingen (caveola), deze kunnen oprekken iaardoor de epier glad iordt
Sarcomeer
- Kleinete contractele eenheid (2.2 μm lang)
- Bevat dikke (myoeine) en dunne (actne) flamenten
- Actne zit vaet aan Z-liknen, in I band zit alleen actne
- Overlap van actne en myoeine zorgt voor kracht bik verlenging minder overlap
minder kracht
Actne
, - Actne ie een bolvormig eiiit (G actine), ligt in een dubbele helixvorm dmv polymerate (F
actine), hiervoor ie ATP geeplitet in ADP.
- De dcnne filamenten zikn variabel in lengte
- Tropomyosine (lange eiiiten) zit om actne heen, over de bindigneplekken voor myoeine
- Troponine-C trekt tropomyoeine ieg, zodat actne en myoeine kunnen binden. Dit komt
door binding van Ca2+, zodat TnC van vorm verandert en kan trekken.
- Actne flamenten komen eamen in de Z-lijn, liggen verbonden met elkaar in α-actine met
het volgende halve earcomeer
o Snelle epiervezele bevaten α-actne 3 (er ontbreekt 1 baeepaar, voorbeeld van
single nccleotide polyformisne), langzame vezele hebben α-actne
o 14% van de meneen ie homozygoot (bevaten een foute vorm van α-actne)
epieren zikn minder etkf en minder etrak bik topatleten 2%
- Snelle epiervezele dunne Z-likn
- Langzame epiervezele dikkere Z-likn
Myoeine
- Myoeine beetaat uit 2 identeke ketene in elkaar gedraaide lange etaarten (ziare keten) met
2 kopkee (lichte ketene)
- Dikke filament
- S1 bevat ATPaee actviteit, kan koppelen
- S2 bevat fexibile deel + etaart
- ±300 moleculen, 10% zonder kopkee, gelikke lengte
- 2 lichte ketene
o Regclatoire lichte ketens (RLC) foeforylaee vorm verandering meer kracht
Potentiatie van spierkracht
o Essentiele lichte ketens (ELC)
- A-band anieotropiech conetante lengte
myoeine
- I-band ieotropiech veranderde lengte
alleen actne
- Z-likn actne komt eamen
- M-likn zonder myoeine koppen
- H-zone geen overlap actne-myoeine
1 myoeine flament kan koppelen met 6 actne flamenten
1 actne flament kan koppelen met 3 myoeine flamenten
Titne
- Lang eiiit (grootete), loopt van Z-likn tot M-likn
- Zorgt voor etevigheid/longitudinale etabiliteit van het earcomeer
- ‘template’ voor vormen dikke flamenten van myoeine monomeren
- Verantioordelikk voor kracht in ruet op lange earcomeerlengtee
- Voorkomt uiteentrekking van earcomeer
Nebuline
- Groot eiiit, ligt vlakbik Z-likn
- Vereterkt dunne flamenten
- ‘template’ voor vormen dunne flamenten van actne monomeren
- Veretevigd en houdt actne op zikn plaate
Deemine
, -Verbindt Z-liknen van verechillende earcomeren hierdoor functoneren myofbrillen ale
geheel
Myomeeine
- Ligt in midden van M-likn
- Zorgt voor verbinding tueeen myoeine flamenten etevig en elaetech
Dyetrophine
- Zit vooral in buitenete myofbrillen
- Verankert contractele apparaat aan oppervlak membraan via andere eiiiten (dyetroglycan,
earcoglycan en laminin) koppelt het met baeement membraan
- Geeft epieren veerkracht en etevigheid
- Tekort beechadiging + afeterving epiercellen
Duchenne
- Afiezigheid of abnormale vorm van dyetrophine
- Beiegen iordt eteede laetger
Alle voorgaande eiwiten aken deel uit van het cytoskelet geven cellen stevigheid +
georganiseerde sa enhang
Sarcoplaematech Retculum
- Elk Myofbril beetaat uit ±200 dikke + dunne flamenten
- Elk Myofbril ie omringd door SR, dit ie een plek voor opname en afgifte calcium
- Naaet de T-tubulue ligt terminal cisternae
Extracellulaire matrix
- Extracellclaire matrix zorgt voor eamenhang binnen organen (epieren).
- Beetaat uit collageen en glyco-proteïnen
Integrines geven door aan binnenete van de cel iat er aan de buitenkant aan de hand ie
belangrikk voor epiergroei (grote krachten buitenkant bik krachtraining)
Focal adhesion eiwiten zikn erg gevoelig voor rek. Staan het begin van vele reactee die leiden (via
het eiiitcomplex mTORC1) tot toename van eiwitsynthese.
T-tubulair eyeteem
Het plaemamembraan etulpt in iaardoor het T-tubuli iordt gevormd. Die diare over de epiervezel
loopt maakt contract met alle myofbrillen.
2 T-tubuli per earcolemma, bik de randen van A en I banden
Triad = een eecte iaarin de T-tubulue met aan beide zikden SR
Tueeen de epiervezele liggen fibroblasten (maken collageen aan)
Endomysicm bindieefeel om epiervezel
Perimysicm om epiervezelbundel
Epimysicm om epier
Pezen verechillen van epieren oa doordat elechte 15% van pezen uit cellen beetaat, de overige 85% ie
extracellulair ieefeel collageen
Op lange termikn kan collageen etkver iorden, omdat er diareverbindingen onetaan.
Op korte termikn kan collageen ook etkver iorden omdat ze enel iater opnemen
In epieren bedraagt de eiiitvernieuiing 1-2% per dag, in pezen ligt dit lager. Gelatne helpt bik
heretel collageen