Deze samenvatting heeft betrekking op de hoofdstukken 21 t/m 26 van Boekhouden Geboekstaafd deel 1. De samenvatting bevat naast de theorie ook handige schema`s en de structuur van de vaste journaalposten.
21.1 rubrieken van het aangiftebiljet Omzetbelasting
Bij binnenlandse verkooptransacties:
Ondernemer brengt de afnemer ob in rekening → deze ob moet de ondernemer
afdragen aan de Belastingdienst
Ondernemer betaalt ob bij inkooptransacties → deze ob kan de ondernemer
terugvorderen van de belastingdienst (als voorbelasting in mindering brengen op de
te betalen ob)
Bij de aangifte van de ob wordt duidelijk wat de ondernemer moet betalen aan de
fiscus of terug kan vorderen, wat te zien is op het aangiftebiljet → saldeert, in
normale omstandigheden, het door hem te betalen bedrag.
BTW: Belasting over Toegevoegde Waarde
Er wordt belasting geheven over het verschil tussen de verkoopprijs (excl. btw) en
alle kosten (excl. btw) → dit verschil is de toegevoegde waarde. In principe heeft de
belasting geen directe invloed op de winst, de BTW boeken we dan ook in rubriek 1
(rubriek van kortlopende vorderingen en schulden).
Als de overheid het BTW-tarief verhoogt, mag er verwacht worden dat er van
dergelijke producten minder verkocht wordt → indirecte invloed
Vinden er transacties plaats met het buitenland, gebruiken we rubriek 3 & 4 op het
aangiftebiljet. Waarbij we onderscheid maken in:
Door een Nederlandse Door een buitenlandse
ondernemer aan een afnemer in ondernemer aan een afnemer
het buitenland verricht in het binnenland verricht
Binnen de EU Rubriek 3B: Rubriek 4B:
- intracommunautaire levering - intracommunautaire
van goederen aan ondernemers verwerving door een
- verrichten van diensten aan ondernemer of particulier
ondernemers
- verrichten van diensten aan
particulieren
Binnen de EU Rubriek 3C: /
- leveringen van goederen aan
particulieren
Buiten de EU Rubriek 3A: Rubriek 4A:
- uitvoer - invoer
Bij de Wet op de Omzetbelasting wordt onderscheid gemaakt tussen de
ondernemersprestaties: ‘leveren van goederen’ & ‘het verrichten van diensten’
Goederen: voor alle menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten
Dienst: als de ondernemersprestatie niet beoordeeld wordt als een levering, dus alle
prestaties die geen leveringen van goederen zijn.
,21.2 De levering van goederen aan een ondernemer in een ander
EU-land
Als een Nederlandse ondernemer goederen levert aan een ondernemer in een ander
EU-land en als deze goederen ook vervoerd worden door de Nederlandse
ondernemer naar dit andere EU-land is het 0%-tarief van toepassing →
intracommunautaire levering (ICL).
De voorbelasting mag door de Nederlandse ondernemer worden afgetrokken
Journaalpost 0%-tarief:
debet credit
131 Debiteuren EU-landen (land) €…
Aan 851 Omzet EU-landen (land) €…
21.3 De levering van goederen aan particulieren in een ander
EU-land
Als een Nederlandse ondernemer goederen lever aan particulieren in een ander
EU-land:
→ tarief omzetbelasting gehanteerd van het EU-land waar de afnemer woont mits er
sprake is van afstandsverkoop.
Hierbij moet de transactie verwerkt worden op het aangiftebiljet onder rubriek 3C,
ook kan het zijn dat een gedeelte op rubriek 1A moeten wanneer er meerdere
verkopen zijn en een gedeelte valt onder het drempelbedrag. De omzetbelasting uit
een ander EU-land staat niet op het Nederlandse aangiftebiljet, hiervoor is een
aangiftebiljet nodig uit het betreffende EU-land!
Bij afstandsverkoop moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden:
- Er vindt een levering plaats van goederen aan een particulier uit een EU-land
- De goederen worden naar dit EU-land vervoerd
- Het vervoer van de goederen vindt plaats door of voor rekening van de
Nederlandse leverancier
- Het drempelbedrag dat geldt voor het land waaraan wordt geleverd wordt
overschreden → verkoopomzet excl. ob van de levering goederen
(uitgezonderd accijnsgoederen), naar een EU-land in het vorige of het huidige
kalenderjaar > drempelbedrag
→ is er geen sprake van afstandsverkoop, moet de Nederlandse tarieven
omzetbelasting van 6% of 21% worden gehanteerd.
Hierbij moet de transactie verwerkt worden op het aangiftebiljet onder rubriek 1A,
omdat er Nederlandse omzetbelasting van toepassing is
Journaalpost verkoop met geen sprake van afstandsverkopen (rubriek 1A):
debet credit
131 Debiteuren EU-landen (land) €…
Aan 851 Omzet EU-landen (land) €…
Aan 181 Te betalen OB €…
,Journaalpost verkoop bij sprake van afstandsverkopen (rubriek 3C):
debet credit
131 Debiteuren EU-landen (land) €…
Aan 851 Omzet EU-landen (land) €…
Aan 186 Te betalen OB (land) €…
Wanneer in het jaar ervoor het drempelbedrag is overschreden → in het jaar erna
moeten alle verkopen naar dat EU-land als afstandsverkopen verwerkt worden, zelfs
als het drempelbedrag niet wordt overschreden. Hierbij moet rubriek 3C gebruikt
worden.
Wanneer in het jaar ervoor het drempelbedrag niet is overschreden → in het jaar
erna zijn de verkopen naar dat EU-land in eerste instantie weer belast met
Nederlandse omzetbelasting totdat het drempelbedrag weer wordt overschreden.
Hierbij moet rubriek 1A gebruikt worden.
Als de ondernemer ervoor kiest om het drempelbedrag niet toe te passen, is hij direct
omzetbelasting verschuldigd in het land van bestemming. Wel moet hij zich dan in
alle landen waaraan hij aan particulieren levert als BTW-ondernemer aanmelden.
21.4 Uitvoer van goederen
Uitvoer: als goederen door Nederland worden vervoerd naar een land dat geen EU-
land is.
→ wordt de levering van goederen door de Nederlandse ondernemer gedaan, valt de
levering onder het 0%-tarief. De Nederlandse ondernemer mag wel de hem in
rekening gebrachte voorbelasting in aftrek brengen. Hierbij wordt rubriek 3A gebruikt.
→ zorgt de buitenlandse ondernemer zelf voor de levering van de goederen, is de
Nederlandse omzetbelasting van toepassing. Kan de Nederlandse ondernemer
aantonen dat de goederen de EU hebben verlaten en dat hij heeft geleverd aan een
ondernemer dan geldt het 0%-tarief weer. Hierbij wordt rubriek 3A gebruikt.
Journaalpost bij 0%-tarief:
debet credit
132 Debiteuren niet EU-landen (land) €…
Aan 852 Omzet niet EU-landen (land) €…
Journaalpost Nederlandse tarief:
debet credit
132 Debiteuren niet EU-landen (land) €…
Aan 852 Omzet niet EU-landen (land) €…
Aan 186 Te betalen OB (land) €…
21.5 De verrichtingen van diensten aan ondernemers – Business to
Business (B2B)
Levert de Nederlandse ondernemer een dienst aan een afnemer uit een ander EU-
land, is het van belang om te weten of dit aan een ondernemer of particulier is.
, Is de afnemer een ondernemer → de dienst meestal belast in het land van de
afnemer. Deze berekent zelf de verschuldigde ob en geeft dit aan in eigen land, dan
is de ob verlegd naar het land van de afnemer. Hierbij moet hij beschikken over een
BTW-identificatienummer.
Hoofdregel: de plaats waar de dienst is verricht is de plaats waar de afnemer is
gevestigd
Situaties die zich kunnen voordoen:
1. De Nederlandse ondernemer en afnemer (ook ondernemer) zijn beide in
Nederland gevestigd, maar de dienst wordt in het buitenland verricht.
Er moet dan Nederlandse omzetbelasting in rekening worden gebracht, omdat de
klant in Nederland is gevestigd. → rubriek 1A of 1B
Journaalpost:
debet credit
130 Debiteuren €…
Aan 850 Omzet Nederland €…
Aan 181 Te betalen OB €…
2. De Nederlandse ondernemer verricht een dienst aan een klant (ook
ondernemer) die in een ander EU-land is gevestigd → intracommunautaire
dienstverlening (ICD)
De Nederlandse ondernemer brengt geen ob in rekening, 0%-tarief. → rubriek 3B
Journaalpost:
debet credit
131 Debiteuren EU-landen (land) €…
Aan 851 Omzet EU-landen (land) €…
3. De Nederlandse ondernemer verricht een dienst aan een klant (ook
ondernemer) die niet in een EU-land is gevestigd.
Het Nederlandse bedrijf brengt geen ob in rekening. → rubriek 3A
Journaalpost:
debet credit
132 Debiteuren niet EU-landen (land) €…
Aan 852 Omzet niet EU-landen (land) €…
21.6 de verrichtingen van diensten aan niet-ondernemers –
Business to Consumers (B2C)
Levert een ondernemer diensten aan een niet-ondernemer dus een consument →
Hoofdregel: de omzetbelasting is verschuldigd op de plaats waar de dienstverrichter
is gevestigd
Is de leverende onderneming gevestigd in Nederland → rubriek 1A
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper studentbedrijfseconomiee. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.