Project 3 – Digital/ information
literacy
Artikel Ainley et al. (2016)
Conceptualizing and measuring computer and information literacy in cross-national
contexts.
Abstract
Information literacy = informatie vaardigheden
Dit artikel beschrijft de internationale computer en informatie literacy studie, gedaan in
20 educatie systemen vanaf 2013.
- Het geeft een assessment kader.
- Basis voor het ontwikkelen van het meten van computer en informatie literacy
(vaardigheden)
- Sample: meer dan 60000 8th grade studenten die op 83 test items gereageerd
hebben schaal: vier prestatie niveaus .
Hoe kan je digitale en informatie vaardigheden conceptualiseren?
Binkley et al. (2012): heeft operationele definities opgesteld voor 21st century skills
digitale en informatie vaardigheden: ‘tools for working’: refereert naar informatie en
communicatie technologie vaardigheden. Het combineert technologische expertise met
informatie vaardigheden.
Digital literacy = de capaciteit om technologie te gebruiken om informatie te plaatsen
(locate), evalueren, creëren en te verspreiden.
- De conceptualisatie van dit en CIL liggen dicht bij elkaar.
Computer and information literacy (CIL) (die in dit artikel gebruikt wordt) = het
vermogen van een individu om computers te gebruiken om te onderzoeken, creëren en
communiceren om effectief deel te nemen thuis, op school, op de werkplek en in de
samenleving.
Het is niet gelimiteerd tot een leeftijdsgroep, maar in dit onderzoek gebruiken ze
grade 8 leerlingen (14 jaar)
Het is een steeds belangrijker wordende levenscompetentie en de onmogelijkheid
om ICT te gebruiken is een barrière geworden voor sociale integratie en
persoonlijke ontwikkeling.
Catts & Lau, (2008): bereide dit uit met manieren hoe digitale informatie gebruikt en
getransformeerd kan worden om ideeën te communiceren.
- Zij zeiden dat het proces van het identificeren van informatie behoeftes, het
zoeken naar informatie, en evalueren van de kwaliteit van informatie origineel
kenmerken van informatie vaardigheden veranderd zijn door digitale
technologieën mensen kunnen nog steeds informatie vaardig zijn zonder ICT,
maar het volume en de variabiliteit van online bronnen liet wel zien dat het
belangrijk is om deze vaardigheden te ontwikkelen.
Twee delen van CIL:
1. Het verzamelen en managen van informatie:
a. Kennis en begrip van computer gebruik: declaratieve en procedurele
kennis over computers, basis technologische kennis om met computers en
informatie te werken.
, b. Toegang krijgen en het evalueren van informatie: onderzoekende
processen waardoor mensen een oordeel van relevantie, eerlijkheid en
nuttigheid van informatie krijgen.
c. Het managen van informatie: de vaardigheid om met computer
gebaseerde informatie te werken.
2. Het produceren en uitwisselen van informatie:
a. Het veranderen van informatie: de vaardigheid om te veranderen hoe
informatie gepresenteerd is zodat het duidelijker voor specifieke
doeleinden wordt.
b. Het creëren van informatie: de vaardigheid om computers te gebruiken om
informatie te ontwerpen en genereren. Dit kan helemaal nieuw of gebouwd
op andere informatie zijn.
c. Het delen van informatie: weten hoe je computers kan gebruiken om
informatie te delen en te communiceren.
d. Informatie veilig gebruiken: iemands begrip van legale en ethische
computer gebaseerde communicatie.
Vergeleken met de andere artikels: dit artikel ziet digitale literacy en CIL als iets wat
meer een computer specifieke vaardigheid is: hoe kan je informatie ontwerpen op een
computer.
Hoe kan je digitale en informatie vaardigheden meten?
Het internationale computer en informatie literacy (ICLS) onderzoek
Dit artikel gaat dus in op een onderzoek wat hiernaar gedaan is, dit onderzoek wordt
hieronder besproken.
Onderzoeksdoel: de mate waarin jonge mensen CIL hadden ontwikkeld onderzoeken om
hun capaciteit om in de digitale eeuw te participeren, te ondersteunen. Opzet:
- CIL construct uitleggen als deel van een assessment.
- Assessment CIL: computer gebaseerd en bestond uit een combinatie van
gesimuleerde en authentieke software applicaties, multiple choice vragen en,
open vragen om op de studenten hun echte wereld ICT gebruik te reflecteren.
Verschillende types assessment van CIL:
National assessment of educational progress in de VS om technologische
competentie te beoordelen.
- Omvat competenties voor het construeren en uitwisselen van ideeën en
oplossingen, informatieonderzoek, onderzoek van problemen, erkenning van
ideeën en informatie, en selectie en gebruik van digitale hulpmiddelen.
- Kijkt naar de vaardigheid in het gebruik van computer- en softwaretools,
netwerksystemen, draagbare apparaten en andere technologieën die helpen bij
het verkrijgen van toegang tot, het creëren en communiceren van informatie door
middel van creatieve expressie.
Beoordeling kan op computerbasis worden afgenomen met een combinatie van MCQ,
tekst antwoord items en gesimuleerd en authentiek gebruik van
softwaretoepassingen.
- Mixed format: van taken en beoordelingstypes: kleine of grote taken, beoordeling
op basis van onderwijscriteria/leerresultaten door digitale literacy ontworpen
activiteiten en projecten
o Voorbeeld: reclameposters maken, een website plannen, afbeeldingen
bewerken, bestanden beheren, informatie verzamelen en evalueren,
presentaties maken, gegevensinformatiebladen maken, online kaarten
maken, enz.
, - Bevat een vragenlijst van 30 minuten over achtergrondkennis, hun ervaring met
computers en hun houding (zelfrapportage)
Taken werden assessed op een CIL-schaal, waarbij ze werden gerangschikt in
moeilijkheidsgraad (steeds moeilijker):
- Er werd gekeken naar de ontwikkeling van het gebruik van software, het
onafhankelijk zijn in het gebruik van informatie om te communiceren en het op
een gecontroleerde manier gebruiken van een breed scala aan softwaretools.
- Het laat zien dat ze kennis hebben van demonstratievaardigheden
Het gebruikte instrumenten om de achtergronden en houdingen van leraren te
beoordelen, vragenlijsten van ICT-coördinatoren over schoolhulpmiddelen en
ondersteuning voor ICT-onderwijs en -leren, en vragenlijsten van schooldirecteuren over
schoolkenmerken en benaderingen van ICT-onderwijzen en leren (zelfrapportage).
Hoe kan je digitale en informatie vaardigheden trainen?
Door samenhangende leerprogramma's die zich richten op het ontwikkelen van de
noodzakelijke mogelijkheden om computers te gebruiken voor het effectief onderzoeken,
creëren en communiceren in verschillende omgevingen (zoals thuis, op school, op de
werkplek en in de samenleving).
Het onderzoek benadrukt het belang van het aanleren en ontwikkelen van deze
vaardigheden.
- Hoewel veel jongeren een hoge mate van toegang tot en gebruik van ICT hebben,
zijn er aanzienlijke verschillen in computer- en informatievaardigheden.
- Daarom zijn gestructureerde leerprogramma’s essentieel om ervoor te zorgen dat
studenten de nodige vaardigheden verwerven om effectief door de digitale wereld
te navigeren.
Er is behoefte aan onderwijssystemen die inspelen op het evoluerende landschap van
digitale technologieën zoals sociale media. Deze ontwikkelingen vergroten het
vermogen van jongeren om wereldwijd in realtime te communiceren en informatie te
delen, wat het belang onderstreept van het onderwijzen van ethische overwegingen
en het maximaliseren van de communicatieve effectiviteit van informatieproducten.
Het artikel suggereert dat computer en informatie literacy vaardigheden effectief
getraind kunnen worden door doelgerichte educationele programma’s die focussen
op het ontwikkelen van kritisch denken, probleemoplossing, samenwerking en
technologische competenties die nodig zijn voor succes in het digitale tijdperk.
Artikel Kasperski et al. (2022)
Teaching digital literacy: are teachers’ perspectives consistent with actual pedagogy?
Abstract
Dit onderzoek bevat instructionele strategieën die digitale vaardigheden promoten. Dit
wordt geconceptualiseerd door drie theoretische kaders:
1. Het digitale competentie (DC) model
2. De five core-competenties (5C)
3. Het DigComp kader
Resultaten
- De perspectieven van docenten in gestructureerde interviews waren consistent
met hun echte gedrag in de klas.
- Docenten benadrukten bepaalde competenties te veel: het zoeken naar kennis,
foto-visueel denken, socio-emotioneel leren, het construeren van kennis.