Naam: Janniek Koster
Studentnummer: 1967177
Woorden: 1400
VONNIS
Rechtbank: Den Haag
Sector Civiel, team Jeugd, strafzaken
Parketnummer: 09/756031-16
Datum uitspraak: 7 december 2017
Vonnis van de rechtbank Den Haag, meervoudige kamer
In de zaak van tegen de verdachte:
JADEN MITCH PRONK
Geboren op 20 oktober 2001 te
Ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie op het adres Schansbos 10 te Zoetermeer,
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in de RJJI de
Hunnerberg te Nijmegen.
1. ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING
Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting met gesloten deuren van 7 december 2017.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie en van
hetgeen door de raadsman van de verdachte, en door de verdachte naar voren is gebracht,
alsmede van hetgeen door de ter terechtzitting verschenen deskundigen en nabestaanden van
het slachtoffer naar voren is gebracht.1
1
Slachtofferhulp Nederland, ‘spreekrecht’; artikel 287 WvSr is een misdrijf waar acht jaar gevangenisstraf of
meer op staat. Nabestaanden van het slachtoffer hebben dan recht op spreekrecht tijdens de zitting. Het
spreekrecht kan hen helpen bij de verwerking van het misdrijf en de dader confronteren met de gevolgen.
Geraadpleegd via de databank van Slachtofferhulp Nederland.
, 2. TENLASTELEGGING
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat hij op of omstreeks 7 april 2017 te Zoetermeer A.T.
opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade van het leven heeft beroofd, door die A.T.
met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de borstkas, althans in het
bovenlichaam, te steken (artikel 289 Wetboek van strafrecht).2 De tekst van de tenlastelegging
is als bijlage aan dit vonnis gehecht. Deze bijlage maakt deel uit van dit vonnis.
3. BEWIJSOVERWEGINGEN
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt
aan doodslag overeenkomstig artikel 289 Wetboek van strafrecht.
4. DE STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN EN VAN DE VERDACHTE
Het bewezenverklaarde is volgens de wet strafbaar, omdat het een misdrijf oplevert. De
verdachte is deswege strafbaar, nu geen strafuitsluitingsgrond aannemelijk is geworden.
5. DE STRAFOPLEGGING
5.1 Oordeel van de rechtbank:
De rechtbank houdt bij het bepalen van de strafmaat rekening met de ernst van het feit, de
omstandigheden waaronder het is gepleegd en de leeftijd3 en ontwikkeling van de jeugdige
verdachte4 en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
De verdachte heeft de 18-jarige slachtoffer met een mes in de borst gestoken met als gevolg
dat het slachtoffer is komen te overlijden. Doodslag behoort tot de meest ernstige strafbare
feiten, waarop de wetgever hoge straffen heeft gesteld.5 Het meest wezenlijke recht van
iemand, namelijk het recht te mogen leven, is op grove wijze geschonden.6 Het slachtoffer
laat onder andere een vader, moeder, broers en zussen na, die ernstig lijden onder het verlies
van hun zoon en broer.
2
Rapport Raad voor de Kinderbescherming, p. 10 en rapportage ForCa, p. 23.
3
Ondanks dat Jaden op dit moment 16 jaar oud is, was hij ten tijde van het plegen van het misdrijf 15 jaar oud.
Gelet op de inhoud van de rapportages en de leeftijd van Jaden is het Jeugdrecht van toepassing en niet het
volwassen strafrecht.
4
Richtlijn en kader voor strafvordering jeugd en adolescenten, inclusief strafmaten Halt, 2016, 48815, par.9 en
artikel 40 IVRK en CRC General comment no. 10, Children’s rights in juvenile justice, p. 10.
5
Minister Grapperhaus, minister Dekker en staatssecretaris Harbers (Justitie en Veiligheid) beamen dit ook in de
brief van 30 november 2017,’Beantwoording schriftelijke vragen begroting 2018’, p. 16.
6
Het recht op leven is neergelegd in artikel 2 EVRM, artikel 6 IVBPR, artikel 6 IVRK en artikel 2 van het
Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.