Hoofdstuk 1: Historische ontwikkeling van het testen
Introductie
In de historische ontwikkeling van het testen worden verschillende perioden onderscheiden:
De periode vóór 1900 (het verschijnen van de Binet-Simon-test)
De periode tussen het verschijnen van de Binet-Simon-test en de Eerste Wereldoorlog
De periode tussen de Eerste en de Tweede Wereldoorlog
Van het begin van de Tweede Wereldoorlog tot heden
Enkele voorbeelden van testonderzoek uit de oudheid zijn:
China
o Voor 2000 v. Chr.
Een Chinese keizer gaf zijn dienaren eens per 3 jaar een vorderingentoets.
o Voor 1000 v. Chr.
Selectie a.d.h.v. testscores in boogschieten, muziek, schrijven, sociale etiquette etc.
Oude Testament (persoonlijkheidstest)
o Zelfbeoordeling
Gideon reduceerde zijn leger eerst door de angstigen te laten vertrekken.
o Test voor gedragswijze
A.d.h.v. manier van water drinken werd bepaald wie wakker en toegewijd waren.
Middeleeuwen
Intelligentie of karakter meten m.b.v. fysieke kenmerken of andere determinanten.
1.1 Periode tot het verschijnen van de Binet-Simon-test
Binet-Simon-test: De eerste waardevolle intelligentietest waarvan de eerste versie verscheen in
1905. Er ontstond toen een meer wetenschappelijke aandacht voor de test,
hoewel er aan het verschijnen van de Binet-Simon-test ook diverse
belangrijke ontwikkelingen vooraf gingen.
In de periode voor de Binet-Simon-test (voor 1900) verliep de testontwikkeling via drie lijnen:
1. De testontwikkeling binnen de psychiatrie
Uit belangstelling voor geestelijke onvolwaardigheid ontstond behoefte aan methoden om
verschillen tussen geestesziekten en verschillende gradaties van zwakzinnigheid te bepalen.
2. De methodiek van de experimentele psychologie
o Stimulerende invloed
De waarde die men hechtte aan exacte beschrijving van experimentele condities, de
rigoureuze controle van variabelen en nauwkeurige verwerking van de uitkomsten.
o Remmende invloed
Verschillen tussen proefpersonen werden toegeschreven aan fouten, inherent aan
het proces van experimenteren, in plaats van werkelijke verschillen in vaardigheid.
Verschil in vaardigheid tussen proefpersonen is juist waar testen om gaat
3. De genetica
De belangstelling van McKeen Cattel voor individuele verschillen in prestaties tussen
personen kan worden teruggevoerd op de genetica, met name op het werk van Galton.
,Belangrijke gebeurtenissen m.b.t. de testontwikkeling in de psychiatrie voor 1900 (lijn 1):
Frankrijk
o In 1794 verdedigde de arts Pinel dat krankzinnigen niet misdadig maar ziek waren
o In 1838 maakte Esquirol verschil tussen krankzinnigheid en zwakzinnigheid (idiotie)
o Rond 1838 trainde Seguin zwakzinnige kinderen, vooral sensorisch en motorisch
Performance test genaamd Seguin Form Board
Duitsland
o In 1885 stelde Rieger algemeen toepasbaar intelligentieonderzoek voor
o Rond 1885 probeerde Kraepelin krankzinnigheid te diagnosticeren
o In 1897 probeerde Ebbinghaus psychische vermoeidheid te meten met een test
Belangrijke gebeurtenissen m.b.t. de methodiek van de experimentele psychologie voor 1900 (lijn 2):
Vanaf 1879 voerde Wundt in zijn experimentele laboratorium vooral psychofysische tests uit
o Gericht op generaliseerbaarheid van wetten, verschillen werden gezien als fouten
o Gericht op motorische en sensorische functies, niet op hogere complexe processen
In 1886 promoveerde McKeen Cattel onder Wundt op individuele verschillen in reactietijden
In 1890 gebruikte McKeen Cattel als eerste het woord ‘test’ in een artikel over mentale tests
In 1893 vergeleek Jastrow, collega van McKeen Cattel, testresultaten met algemene normen
In 1893 stelde de APA een commissie aan voor registratie van testen en hun mogelijkheden
De samenhang met praktische criteria als schoolresultaten was toen nog wel laag.
Belangrijke gebeurtenissen m.b.t. de genetica voor 1900 (lijn 3):
In 1859 besprak Darwin in The Origin of Species de erfelijkheid van fysieke eigenschappen
Vanaf 1882 probeerde Galton aan te tonen dat ook psychische eigenschappen erfelijk zijn
Deze elementen uit Galtons studies vormden later de pijlers van wetenschappelijk testonderzoek:
De wenselijkheid van het onderzoek van individuele verschillen
De noodzaak tot systematisering van onderzoekstechnieken
Zijn poging om resultaten uit de drukken ten opzichte van het gemiddelde
o De statistische begrippen correlatiecoëfficiënt, rangordecorrelatie, factoranalyse en
multipele correlaties zijn afkomstig van Galtons jongere collega Pearson
1.2 Periode tussen het verschijnen van de Binet-Simon-test en de Eerste Wereldoorlog
Doel Binet-Simon-test: Binet kreeg van het Ministerie van Onderwijszaken het verzoek om
onderscheid te maken tussen luie en incapabele kinderen. Hij en Simon
stelden toen een steekproef samen van 30 complexe opgaven waar een kind
in het dagelijks leven en op school mee te maken kan krijgen. De opgaven
bestreken een groot scala van problemen, maar waren sterk verbaal van aard.
Voorbeelden van opgaven uit de Binet-Simon-test:
Het benoemen van objecten
Het aanvullen van onvolledige zinnen
Het begrijpen van verhaaltjes
,De benadering van Binet was nieuw om de volgende redenen:
Het accent lag op complexe in plaats van eenvoudige mentale processen
o Begrip
o Geheugen
o Oplossen van problemen
o Verbeeldingskracht
Het empirische uitgangspunt
Hij was bereid om zijn ideeën, omgezet in testopgaven, aan de empirie te toetsen en hij
verwijderde of wijzigde vervolgens de opgaven die niet naar behoren functioneerden.
Gebruik van een totaalscore om intelligentieniveau weer te geven
Mentale leeftijd: Binet introduceerde dit vruchtbare en praktisch nuttige begrip, dat een
indicatie gaf van de geestelijke groei, bij zijn tweede testversie in 1908.
Personen die voortbouwden op de ideeën van Binet m.b.t. testen waren:
Bobertag (1911) vertaalde de Binet-Simon-test naar het Duits
Stern (1911) stelde voor om de mentale leeftijd te vergelijken met de werkelijke leeftijd
o Dit idee werd later overgenomen door Terman
Mentale leeftijd gedeeld door de chronologische en vermenigvuldigd met honderd.
Goddard (1911) vertaalde de Binet-Simon-test naar het Engels
Terman (1916), hoogleraar aan Stanford (Californië), bewerkte de Binet-Simon-test
o Stanford-Binet
Burt (1921) paste de vertaling van Goddard aan voor het Verenigd Koninkrijk
Claparede (1924) wijdde zijn Jean-Jacques Rousseau Instituut aan ontwikkeling en toepassing
De Stanford-Binet voldeed bij de eerste versie in 1916 aan twee belangrijke testtechnische eisen:
Er werden standaardinstructies geformuleerd
Dit maakte vergelijkbaarheid van testscores mogelijk.
Er werden normen geconstrueerd
Dit was gebaseerd op een representatieve steekproef.
Volgens Spearman’s twee-factorentheorie (1904) spelen in tests twee intelligentiefactoren een rol:
De algemene (g-)factor
o Doordat Binet zijn test een breed scala aan opgaven bevat is het een g-factor-test
De specifieke (s-)factor
Opleidingsvordering: E.L. Thorndike in de Verenigde Staten en Burt in Engeland probeerden als
eersten schoolprestaties te objectiveren met behulp van educational
achievement tests. Hiermee konden achtergebleven leerlingen worden
herkend en konden prestaties van verschillende scholen worden vergeleken.
De ontwikkelde tests tussen de Binet-Simon-test en de Eerste Wereldoorlog kenden twee manco’s:
Het was niet mogelijk om op grote schaal, zoals klassikaal, te testen
Er was nog geen sprake van valideringsonderzoek (samenhang testuitslagen met prestaties)
1.3 Van het begin van de Eerste tot de Tweede Wereldoorlog
, Twee belangrijke veranderingen in de psychologie als gevolg van de Eerste Wereldoorlog:
Psychologie werd regelmatig toegepast buiten het laboratorium
Testpsychologie werd routine bij de beslissingsproblematiek van selectie en plaatsing
Army Alpha: Een schriftelijke test waarmee in korte tijd het intelligentieniveau van grote
groepen personen kan worden bepaald, en die ontstond om tijdens de Eerste
Wereldoorlog snel en efficiënt grote groepen mensen te kunnen selecteren.
De testontwikkeling tussen de Eerste en Tweede Wereldoorlog in Europa, Amerika en Engeland:
Europa
o Filosofisch klimaat van Gestaltpsychologie, personalisme, en fenomenologie
o Individuele diagnostiek populair
Amerika
o Filosofisch behavioristisch-positivistisch klimaat en praktische behoefte
o Accent op kwantitatief verwerkbare groepstests
Grote aantallen selectie- en plaatsingsbeslissingen
Toenemend aantal immigranten moest worden geïntegreerd
Hieruit ontstond de behoefte aan tests minder afhankelijk van taal en cultuur.
o Er werden echter ook belangrijke individuele tests ontwikkeld
Terman Merril (versie uit 1937 van Stanford-Binet)
Wechsler series (WAIS, WISC)
o Veel aandacht voor de objectieve evaluatie van schoolprestaties
Engeland
o Nam een tussenpositie in tussen Europa en Amerika
o Veel aandacht voor de objectieve evaluatie van schoolprestaties
In Amerika werden met name tussen de Eerste en Tweede Wereldoorlog non-verbale tests ingevoerd:
Voor de Eerste Wereldoorlog experimenteerde Knox met non-verbale (performance) opgaven
In 1917 publiceerden Pintner en Paterson een non-verbale intelligentietest
In 1918 werd de Army Beta, een non-verbale schriftelijke groepstest, samengesteld
De non-verbale testen kenden verschillende toepassingen:
Algemeen vergelijkend onderzoek tussen bevolkingsgroepen
De betrouwbaarheid was vaak wel geringer dan die van verbale testen.
Startpunt voor onderzoek naar verschillen tussen volken, met name westers en niet-westers
Intelligentieonderzoek van gehandicapten, zoals motorisch of perceptueel gestoorden
Criteriumgedrag: Het gedrag buiten de testsituatie dat men met de test probeert te
voorspellen. Om criteriumgedrag met een test te kunnen voorspellen vond
Thurstone dat de relatie tussen test en criterium van tevoren moest zijn
aangetoond. Hij vond dat de resultaten van een test betrouwbare scores
moeten opleveren, en tests kritisch geëvalueerd moeten worden. Hierdoor
ging statistiek een belangrijke rol spelen in de testpsychologie.
