In dit document zijn de uitwerkingen van werkgroep 1 Verbintenissenrecht te vinden. Ook zijn de leerdoelen van week 1 uitgewerkt; deze zijn erg handig om te leren voor het tentamen.
Week 1
Bronnen van verbintenissen, totstandkoming van rechtshandelingen en overeenkomsten
1. Korte inleiding op de inhoud
Het verbintenissenrecht
Deze week biedt een kennismaking met het verbintenissenrecht en met de begrippen die op dit terrein van
belang zijn. Ook staan we stil bij de vraag hoe het verbintenissenrecht zich verhoudt tot het algemeen
vermogensrecht en het goederenrecht.
Het vermogensrecht omvat regels betreffende rechten en plichten die tot het vermogen van een natuurlijk
persoon (een mens) of een rechtspersoon (zoals een BV of een vereniging) behoren. Dat zijn rechten en
plichten die in de economische sfeer liggen, zoals het eigendomsrecht, het recht op levering van een zaak
of het recht op betaling.
Het vermogensrecht bevat twee belangrijke deelgebieden: het goederenrecht en het verbintenissenrecht:
- Het goederenrecht regelt de rechten die men kan hebben met betrekking tot een goed, zoals
bijvoorbeeld het eigendomsrecht.
- Bij het verbintenissenrecht gaat het om verbintenissen, ofwel de rechten die iemand heeft met
betrekking tot een bepaalde prestatie van een ander, zoals het recht op betaling op grond van een
overeenkomst of op grond van onrechtmatige daad of het recht op levering van een goed. Een
verbintenis is een vermogensrechtelijke rechtsbetrekking tussen twee of meer personen, waarbij
de één tot een prestatie gerechtigd is, die de andere partij verplicht is te leveren. De overeenkomst
is één van de belangrijkste bronnen van verbintenissen.
Een belangrijke link tussen verbintenissenrecht en goederenrecht is art. 3:84 BW (deze bepaling komt in
het vak Inleiding Goederenrecht uitgebreid aan de orde). Voor de (goederenrechtelijke) overdracht van een
goed vereist art. 3:84 BW een geldige titel, levering en beschikkingsbevoegdheid met betrekking tot het
goed. Een belangrijk voorbeeld van een geldige titel is de (verbintenisrechtelijke) overeenkomst. In week 3
komen we op deze link tussen het goederenrecht en het verbintenissenrecht terug.
Bronnen van verbintenissen
Een verbintenis kan uit verschillende bronnen ontstaan. Het verbintenissenrecht koppelt aan verschillende
feiten als rechtsgevolg het ontstaan van verbintenissen. De belangrijkste bronnen zijn de overeenkomst en
de onrechtmatige daad, maar ook zaakwaarneming, onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde
verrijking zijn bronnen van verbintenissen.
De totstandkoming van een overeenkomst
Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling. Voor de totstandkoming van de overeenkomst
gelden daarom de algemene regels voor het totstandkomen van rechtshandelingen: art. 3:33 jo 3:35 BW
(ook wel: de wilsvertrouwensleer).
Art. 3:33 BW vereist voor de geldige totstandkoming van een rechtshandeling een op een rechtsgevolg
gerichte wil, die zich door een verklaring heeft geopenbaard. Maar wat te doen met personen die zich
achteraf op het standpunt stellen dat zij weliswaar iets hebben verklaard, maar dat hun verklaring niet
overeenstemde met hun wil? Is er in dat geval geen geldige rechtshandeling tot stand gekomen? Ook niet
, als de andere partij er op vertrouwde dat hetgeen de wederpartij verklaarde overeenstemde met diens wil?
Een bijzonder probleem in dit verband is het geval waarin iemand onder invloed van een geestelijke
stoornis een wilsverklaring aflegt.
In aanvulling op de voorwaarden van art. 3:33 jo 3:35 BW, gelden op grond van Boek 6 BW nadere
voorwaarden voor de totstandkoming van de overeenkomst. Deze regels zijn te vinden in afdeling 6.5.2.
BW (art. 6:217 BW en verder). Op grond van art. 6:217 BW zijn twee met elkaar overeenstemmende
wilsverklaringen nodig van ten minste twee partijen: een aanbod en een aanvaarding daarvan. Het is dus
van belang te weten wanneer er precies sprake is van een (geldig) aanbod en wanneer dat aanbod (geldig)
wordt aanvaard en onder welke voorwaarden het nog mogelijk is om (tussentijds) onder een aanbod of een
aanvaarding uit te komen.
2. Leerdoelen
1. De meest elementaire begrippen van het verbintenissenrecht in samenhang met die van het algemeen
deel van het vermogensrecht, hun onderscheidende kenmerken, en de verbanden die tussen die begrippen
kunnen worden gelegd, herkennen en toelichten aan de hand van concrete voorbeelden
Menselijke handelingen Blote rechtsfeiten
(ontstaan door (ontstaan zonder
menselijk toedoen) menselijk toedoen,
overlijden)
Rechtshandelingen Feitelijke handelingen
(rechtsgevolg (onafhankelijk van
beoogt) beoging rechtsgevolg)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper intissar_guds. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,09. Je zit daarna nergens aan vast.