Een grondige samenvatting van het vak Nederlands, specifiek gericht op het hoofdstuk 'Argumenteren'. Deze samenvatting biedt een helder overzicht van de belangrijkste concepten, technieken en strategieën die nodig zijn om effectief te argumenteren in zowel mondelinge als schriftelijke communicatie...
Nederlands argumenteren VWO 5
Standpunt; je geeft een mening over iets. kan je aangeven met dus.
Argument; onderbouwd je standpunt. Zet tussen het argument en het standpunt het woordje want,
de zin na want is het argument.
Feitelijk argument; standpunt wordt onderbouwd door een feit. De juistheid van een feitelijk
argument kun je controleren.
Waarderend argument; standpunt wordt onderbouwd door een mening, dat je bijvoorbeeld;
(on)wenselijk, (on)gepast, goed of slecht, mooi of lelijk is. Waarderend argument moet vaak worden
ondersteund door een feit.
Als je het niet met iemands argumentatie eens bent kun je argumenten tegen het ontkrachten.
- Tegenargument; ontkracht je een standpunt
- Weerlegging; ontkracht je een argument
Er zijn vier basisstructuren van argumentatie:
Enkelvoudige argumentatie; een argument ondersteunt het standpunt.
Onderschikkende argumentatie; een argument wordt ondersteund door een ander argument.
Nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten; twee argumenten ondersteunen
onafhankelijk van elkaar het standpunt.
Nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumenten; twee ondersteunende argumenten
vormen in combinatie met elkaar het standpunt
, Nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten; twee argumenten ondersteunen
onafhankelijk van elkaar het standpunt.
Bij nevenschikkende argumentatie ondersteunen meerdere argumenten het standpunt. In de
structuur zijn de argumenten onafhankelijk of afhankelijk.
Argumenten zijn onafhankelijk als ze ieder op zich, zelfstandig het standpunt ondersteunen.
Argumenten zijn afhankelijk als ze alleen in een combinatie met te ondersteunen; los van
elkaar ondersteunen ze het standpunt niet.
Verschillende argumentatieschema’s
Het geheel aan redenering of argumentatie genoemd. Het verband tussen argument(en) en
standpunt noemen we een argumentatieschema.
Er zijn 6 argumentatieschema’s:
1. Oorzaak en gevolg; er wordt uitgegaan dat een feit of een gebeurtenis zal leiden tot een
ander feit of andere gebeurtenis.
- VB; het regent dus ik word nat.
2. Kenmerk of eigenschap; als alle onderdelen van een groep hetzelfde kenmerk hebben, dan
heeft één onderdeel van die groep dat kenmerk ook.
- VB; Dictatoriale leiders zijn het niet gewend om kritisch bejegend te worden (argument).
Geen wonder dat Kim Jong-un veel moeite heeft met kritiek die hij in het buitenland
krijgt (standpunt).
3. Voor- en nadelen; de voordelen worden vergeleken met de nadelen en op basis van de
uitkomst wordt er een oordeel uitgesproken. Ook kun je een argumentatie maken op basis
van alleen voorbeelden, of alleen nadelen.
- VB; Als je meer gaat trainen zullen je atletiekprestaties wel verbeteren, maar je
zult op school wel problemen gaan krijgen om de boel bij te houden. Als je het
niet erg vindt om eventueel een jaartje langer over je school te
doen (argumenten, afwegingen), zou ik die trainingen erbij gaan doen (standpunt)
4. Voorbeelden; een standpunt kan ondersteund worden door voorbeelden. Die voorbeelden
zijn dan de argumenten.
- VB; Zijn arbeidsethos is volgend mij niet zo hoog. Zo heeft hij zich gisteren ziekgemeld en
met het bedrijfsuitje ging hij ook al niet mee (argumenten)
5. Vergelijking; er wordt een vergelijking gemaakt tussen twee gevallen en er wordt een
overeenkomst geconstateerd: omdat het in het ene geval zo is, zal het bij het andere ook
- VB; Ik vrees dat de leerkrachten in het basisonderwijs niet de zo gewenste
loonsverhoging zullen krijgen (stadpunt), want de docenten in het voortgezet onderwijs
kregen laatst ook nul op het rekest (argument)
6. Autoriteit; standpunt wordt ondersteund door een uitspraak van een deskundige of een
gezaghebbende bron, bijvoorbeeld een wetenschappelijk onderzoek, heet dat argumentatie
op basis van autoriteit.
- VB; Het is de hoogste tijd dat de lonen van alle Nederlanders omhooggaan (standpunt).
De president van De Nederlandsche Bank heeft dat laatst in een interview ook gezegd
(argument).
Onjuiste argumenten
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper aligev. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.