Samenvatting 3
Schizophrenia, voices & hallucinations
Sommer (2012). Comparison of auditory hallucinations across different disorders and syndromes.
Auditieve hallucinaties (AHs) kunnen ervaren worden in de context van verschillende stoornissen en
syndromen. Het belangrijkste onderscheid is die tussen AHs in de context van psychotische stoornissen
(schizofrenie, schizoaffective disorder, schizophreniform en brief psychotic disorder) en stoornissen door
een somatische stoornis (bv. neurologische stoornis). AHs komt ook voor in gezonde individuen, dus ze zijn
niet per se ziekte-gerelateerd. Het huidige artikel focust op differentiële diagnose van AHs en vergelijkt
fenomenologische karakteristieken in de context van psychose, Parkinsons disease (PD), delirium, dementie,
epilepsie, hoorstoornissen en psychoactief drugsmisbruik en in de afwezigheid van pathologie.
AHs in psychiatrische stoornissen (PS)
AHs zijn met name geassocieerd met schizofrenie spectrum stoornissen, waar ze in 70% van de gevallen
voorkomen. Patiënten vertonen ook hallucinaties in andere sensorische modaliteiten, zoals visueel, tactiel,
olfactory (reuk) en gustatory (smaak). AHs komen meer voor dan andere types en het wordt gezien als een
belangrijke indicator voor diagnose. Er zijn een aantal stappen als een patiënt AHs vertoont:
1. Beoordelen van de fenomenologische karakteristieken en het bepalen of deze voldoen aan de
hallucinatie criteria (in plaats van bv. obsessieve gedachtes).
2. De patiënt moet gevraagd worden naar hallucinaties in andere sensorische modaliteiten. Dit kan
indicatie geven of er sprake is van een neurologische-, psychiatrische-, oor stoornis of geen stoornis.
3. Als AHs het enige of dominante type van hallucinaties zijn, moet er gekeken worden naar de
aanwezigheid van delusions.
4. Als het level van dagelijks functioneren beperkt is, is het belangrijk om de aan/afwezigheid van
negatieve symptomen te bepalen (bv. avolitie, verlies van motivatie en initiatief, laag energielevel en
gebrek aan sociale betrokkenheid).
Een belangrijk onderscheid is tussen hallucinaties in de context van neurologische en PS. Bij neurologische
stoornissen start het bij een gevorderde leeftijd, waar het bij PS vaak in late adolescentie of vroege
volwassenheid start. In de context van PS correleert de aanwezigheid en ernst van AHs sterk met de
aanwezigheid van delusions. De combinatie van hallucinaties en delusions wordt het reality distortion
syndrome genoemd. Dit is onderdeel van het “three-syndrome classification” (TSC) van schizofrenie
symptomen, samen met disorganisatie en negatieve symptomen. Een andere dimensie van de TSC is formal
thought disorder (FTD), welke soms gelijk kan zijn aan ernstige delusions. In de meest ernstige vorm
genaamd incoherence of Wortsalat missen zinnen grammaticale structuren waardoor ze onbegrijpelijk zijn.
Mildere gevallen zijn wat minder opvallend en manifesteren mogelijk alleen bij complexe vragen. FTD kan
verdeeld worden in positieve (alogia/afasie) en negatieve (disorganized speech) FTD. Positieve FTD wordt
alleen gevonden in schizofreniepatiënten met AHs en niet niet-psychotische subjects met AHs. Negatieve
FTD worden gevonden in beide en wordt daarom geassocieerd met AHs. Als delusions of negatieve FTD
aanwezig zijn, is een primaire psychotische stoornis de meest waarschijnlijke klinische diagnose. Als
negatieve symptomen aanwezig zijn bij AHs, delusions en FTD, is de meest waarschijnlijke diagnose
schizofrenie spectrum stoornis.
1
, AHs in organische psychose (OP)
Psychotische symptomen, waaronder AHs kunnen ook veroorzaakt worden door organische stoornissen,
genaamd organische/secundaire psychose. OP wordt gediagnosticeerd in 3% van alle patiënten met
psychotische symptomen. Ziekenhuizen screenen voor OP door middel van virology testen voor lues
maligna en HIV en testen calcium en hormoon levels. Andere oorzaken zijn breintumoren, prion disease,
hyperhomocysteinuria, 22q11 deletion syndrome, sarcoidosis en intracerebrale arteriovenous malformaties.
AHs in affectieve psychose (AP)
Wanneer AHs en delusions aanwezig zijn maar negatieve symptomen niet zijn AP of borderline personality
disorder (BPD) een mogelijkheid. In manie of ernstige depressie is FTD mogelijk ook aanwezig. In AP gaan
de psychotische symptomen samen met ernstige affectieve (bv. depressieve of manische) symptomen.
Ongeveer 80% van de patiënten met schizofrenie zijn bekend met depressieve episodes, welke vaak voor
hun eerste psychotische episode voorkomen. Echter, de affectieve symptomen kunnen ook tegelijk of erna
plaatsvinden. Om te voldoen aan de diagnostische criteria voor AP is het cruciaal dat de affectieve
symptomen ernstig zijn en dat ze constant de psychotische symptomen bijwonen. De stemmingscongruente
aard van de inhoud van AH is een onbetrouwbaar criterium, aangezien dit ook vaak voorkomt in schizofrenie
spectrum stoornissen.
- Differentiële diagnose: Schizofrenie gaat vaak samen met meer chronische symptomen, waar AP een
wat een episodische aard heeft met relatief symptoom vrije periodes. Volgens de DSM zijn negatieve
symptomen meestal aanwezig tussen episodes van positieve symptomen, bv. disorganized speech
komt voor in schizofrenie, maar niet in manie. Dus de mate van negatieve symptomen kan handig zijn
in het onderscheid maken tussen AP en schizofrenie.
AHs in BPD
Een substantieel percentage BPD-patiënten leidt aan AHs en delusions. In schizofrenie spectrum disorders,
AP en BPD zijn AHs aanwezig in de vorm van stemmen. Deze stemmen kunnen een afwijkende inhoud
hebben, bevelen of verboden uiten en commentaar geven op de acties en gedachten van de patiënt. In de
meerderheid van de patiënten hebben de stemmen negatieve emotionele inhoud en worden ze als
distressing en beangstigend ervaren.
- Behandeling: de AHs in de drie stoornissen reageren allemaal goed op anti-psychotische medicatie, al
hebben patiënten met AP en BPD additionele behandeling nodig voor hun stemmingssymptomen.
Patiënten met psychotische depressie kunnen elektroconvulsieve behandeling krijgen, waar
schizofreniepatiënten dit niet kunnen.
AHs in gezonde individuen
Zo’n 15% van de gezonde populatie rapporteert bekend te zijn met het horen van stemmen. De meeste
horen ze zelden (bv. na slapeloze periodes), waar andere ze wekelijks of zelfs dagelijks horen en het kan
samengaan door subklinische delusions en FTD. Het spectrum is als volgt: (1) de groep van gezonde subjects
die stemmen zelden horen; (2) de groep van gezonde subjects die frequent AHs horen en subklinische levels
van paranoïde ideation, paranormale geloven of FTD hebben; (3) de groep van individuen gediagnosticeerd
met schizotypal personality disorder en (4) de groep individuen met full-blown schizofrenie of
schizoaffectieve stoornis. Negatieve symptomen zijn afwezig in gezonde hallucinerende individuen in
tegenstelling tot individuen met schizotypal personality disorder of schizofrenie/schizoaffective disorder.
2