Theoretische pedagogiek – 12-11
- Deelvragen van thema’s zijn ook deel van hoofdtentamen
o Mag je meenemen naar tentamen
De cursus gaat over de verhouding tussen theorievorming, beleid, onderzoek en praktijk.
Men begint met onderzoek, op basis van onderzoek komt er theorie beleid praktijk.
- Deze verhouding is erg complex
College 1 – Thema ouderschap
Psychoanalytische traditie
Ouderschap is erg belangrijk voor kinderen, dit is wat ze mee krijgen vanuit thuis. Kwaliteit van het
ouderschap heeft veel invloed op de toekomst van het kind.
Dit is de meest invloedrijke traditie op het gebied hoe men over het algemeen denkt over
ouderschap. Meeste invloed op adviezen, opvoedboeken etc.
Het is in de 20e eeuw ontwikkeld.
- Freud is de grondlegger van deze theorie
- Theorie: kinderen die worden geboren als natuurlijke bundeltjes van energie, behoeften en
driften. Ze moeten van alles.
o De ouders moeten aan deze behoeften van de kinderen voldoen en tegelijkertijd
moeten de ouders de kinderen hier in disciplineren. Op een gegeven moment moet
een kind wel zelf kunnen plassen etc.
o Er moet structuur komen en afgericht worden aan de cultuur. Doordat de ouders de
kinderen beperken, ontstaat er een soort spanning, en de kinderen moeten leren om
met die spanning om te gaan. Dus een balans tussen wat het kind wil en wat je
ouders je meegeven.
o Als die spanning te groot, als er te veel druk op het kind staat, dan wordt die
spanning ongezond en heeft dat een negatieve invloed op de toekomst.
o Ongezonde psychische ontwikkeling zoals angstig etc. zijn allemaal terug te voeren
op de slechte verhouding tussen kind en ouder. Als ouders onvoorspelbaar of te
streng zijn geweest.
o Kinderen verdringen de moeilijke herinneringen daaraan, en die beginnen later op te
spelen.
o Psychotherapie kan dit genezen
- Freud zei dat we minder streng/strict moesten zijn voor de kinderen, ze meer ruimte geven.
Een liefdevolle ouderschap.
- Spock:
o Bevestigde theorie van Freud
o Minder streng zijn voor de kinderen
o Heel bekend boek geschreven: ‘Baby and Child Care’
o Kinderen veel meer aan hunzelf overlaten
Wat is er voor onderzoek geweest om deze theorie te bevestigen?
- Volgens Freud een empirisch onderzoek, omdat hij in zijn eigen praktijk als arts jonge
vrouwen trof en altijd met dezelfde klachten: vrouwen die heel angstig en zenuwachtig zijn.
Toen is hij over een verklaring gaan nadenken.
, o Hij begon dromen te gebruiken en de verhalen van de vrouwen voor de verklaring.
o Klinische ervaringen
- Wetenschappers hebben op een gegeven moment problemen gekregen met deze basis.
Want hoe representatief is dit? Vrouwen wisten ook wel dat ze naar Freud moesten gaan
voor deze klachten etc.
- Toch is deze theorie heel erg bekend te worden.
- We hebben nog allemaal erg te neiging om de problemen te verklaren vanuit de slechte
ouderschap.
Bettelheim
- Deskundige op gebied van autisme
- Is een voorbeeld van de doorwerking van de theorie van Freud
- Het viel hem op dat als kinderen autisme hebben, dan zijn de moeders van deze kinderen
vaak kille vrouwen ijskastmoeders. Dus zei hij dat de kinderen autistisch zijn, heeft te
maken met het ouderschap van de moeder.
- Dat is typisch psychoanalytisch denken.
- Bettelheim had er nooit bij stil gestaan dat het ook omgekeerd zou kunnen zijn, autistische
kinderen leiden tot kille moeders. Hij liet zich meeslepen in de psychoanalytische denkwijze.
In de jaren 70 begon er een beweging: anti-pedagogiek
je moest zo lief zijn voor kinderen en zo veel mogelijk de ruimte geven (echt maximaal)
je moest kinderen eigenlijk helemaal niet opvoeden
waarschuwde voor de gevaren van het opvoeden, ouders hebben veel te veel regels.
iedereen is op een verkeerde manier opvoed, daardoor zijn er zo veel problemen in de wereld.
verlenging van de psychoanalytische traditie
College 2 - 15 - 11
Verder met psychoanalytische theorie
Moderne ouders klagen er over dat de beweging anti-pedagogiek er voor gezorgd heeft dat kinderen
zo vrij gelaten zijn. Je moet nu zo voorzichtig zijn met regels
je ziet dus een omgekeerde beweging
Verhaege: doordat er zoveel gedragproblemen zijn en er zoveel mis gaat met kinderen, kunnen we
terugbrengen doordat kinderen te individualistisch zijn, te vrij zijn.
ouders moeten strenger zijn, meer regels en structuur zijn
maar Verhaege is wel een psychoanalytische psychiater
er zijn zo veel problemen met kinderen, doordat ze niet gedisciplineerd zijn.
Verschil tussen normatieve en empirische theorieën:
- Empirisch: beschrijven, zeggen hoe het zit, verklarende theorieën
o Bijv. hoe een kind motorisch ontwikkelt
- Normatief: die zeggen hoe het moet, voorschrijvende theorieën
o Bijv. hoe je de motorische ontwikkeling stimuleert/remt
- Psychoanalytisch: Freud = beschrijvend = empirisch
Freud heeft al een normatieve gedachte waardoor hij het gedrag van zijn
cliënten verklaard.
Spock = normatief
, Mercier: theorie over de manier waarop het rederneren, argumenteren en denken zich bij kinderen
ontwikkelt
- Voorganger = piaget
- Het kind stelt zichzelf vragen en oefent het redeneren etc. zelf door de vragen
- Het gaat van het individuele naar het sociale
- Mercier: rederneren ontwikkelt zich door gesprekken, het overtuigen van de ander = een
sociale oefening
In de psychoanalytisch is een discussie over is die te beschrijvend? Of juist te normatief?
In welke sociale en culturele context past zo’n traditie van onderzoek, theorievorming, beleid en
praktijk?
- Zou het opvoeden in de 20e eeuw zijn beïnvloed door de adviezen vanuit de
psychoanalytische traditie of is het juist andersom? In de 20 e eeuw was de ouderschap door
andere factoren ontspannender/vrijer en liefdevoller geworden? (volgens piet wel)
o De welvaart is omhoog gegaan, waardoor er vanzelf een minder strikte opvoedstijl
kwam. mensen werden minder afhankelijk van elkaar
o Verstedelijking neemt toe hechte sociale banden nemen af mensen zijn minder
afhankelijk en zijn individualistischer
Sociaal-culturele context
- Psychoanalytische traditie in 20e eeuw context-geschikt (= traditie past binnen de context):
o Industrialisering
o Verstedelijking
o Welvaart neemt toe
o Emancipatie
o Secularisatie
o Individualisering
- Freud’s theorieën zouden ook kunnen zijn voortgekomen uit de ideeën in die tijd
Culturele antropologie
wat vraagt de context van de mensen
- Contextfactoren > belangrijke bekwaamheid > ouderschap
- Ouderschap = context geschikt
- Ouderschap wordt bepaald door de leefomstandigheden en de overleefcondities
(=contextfactoren) deze factoren bepalen wat belangrijke eigenschappen zijn
- Kinderen moeten over die bepaalde eigenschappen beschikken die nodig zijn in de context
- Ouderschap is een doelmatige/efficiënte doel
- Onderzoek: hoe ziet de context eruit? Wat hebben die mensen nodig?
Deze benadering kwam op in de jaren 50
- Barry, Child & Bacon (1959)
o Relation of child training to subsistence economy
o De manier waarop kinderen opgevoed worden, moet samenhang hebben met hoe
het kind wordt onderhouden
o Hebben 150 leefomstandigheden onderzocht
Jagen, vissen vs Landbouw, veeteelt
Low accumulation vs High accumulation
(er wordt niks bewaard, (dingen worden lang bewaard)
Elke dag jagen/vissen) (investeren)
Zetten die 150 leefomstandigheden op een rjitje van laag naar hoog