Alle HC en WG van Ioonheffingen. HC is woord voor woord meegetypt. De werkgroepen zijn goed meegetypt met antwoorden van de docent. er kunnen eventuele taal- en spelling fouten in zitten in typ enkel mee wat er gezegd wordt.
heel erg veel succes!
HC week 1: Loonheffingen
Inleiding
Volgende week: de subject vraag is wie is werknemer voor de loonheffingen. Dat is een
tastbare vraag.
Hoe weet je dat je loon krijgt? Je krijgt een pensioenbrief. Wat houdt het globaal in? Dat je
pensioen krijgt. Wat heeft de werkgever gedaan? Geld apart gelegd. Je bent werknemer en
de werkgever zegt je krijgt pensioen en het geld stroomt naar een verzekeraar. We belasten
pensioen pas als het tot uitkering komt.
Je moet de kern van arresten weten, dus de rechtsregels. Je hoeft geen namen of BNB-
nummers te kennen! Als je maar snapt wat uit de arresten komt. Er zijn een paar wetjes die
niet in de gratis bundels zitten zoals de AOW en het BW. In het oranje boekje staan ze
allemaal die wetten mag je ook geprint meenemen. Maar die wetten, daar draait het wel
om. Er is maar een echte bron en dat is het wet, misschien is het vak daarom eenvoudig het
staat allemaal in de wet.
Als je kijkt hoe belastingwetten in elkaar zitten, zitten ze eigenlijk zo in elkaar:
Dat zijn de te onderscheiden vragen. Je moet eerst vaststellen dat je een belasting subject
hebt, een werknemer. Pas als je een werknemer hebt hoef je je niet druk te maken of er
loon is. Iedere belastingwet zit zo in elkaar. Kijk ook in de vpb dat is ook zo. Het is
overzichtelijk en brengt structuur aan.
Dit is de definitie die de docent zelfverzonnen heeft. Twee dingen binden de loonheffing:
1. Dat ze over loon gaan. Ze kennen allemaal als gezamenlijk thema het loon, daarover
wordt geheven. Dat is de noemer. Loonheffing over het loon. Loon is het object. Dat
is het uitgaanspunt
2. Die bij de bron daarbij worden geheven. Wat is specifieke aan loonheffingen? Ze
gaan over loon en het specifieke looninkomen wat een werknemer op enig moment
heeft genoten. Maar de heffing vindt op een bijzondere manier plaats en dat doen
we bij de bron. En wie of wat is dat? De werkgever. Het is een bijzondere manier van
1
, heffen. We zijn opzoek naar de vraag wat heeft de werknemer gekregen en loon is
niet meer dan een onderdeel van het inkomen zoals we dat kennen in de IB, het is
een inkomensvorm. IB is bedoeld om mensen naar draagkracht te belasten.
Inkomen is een hele eerlijke maatstaf en loon is daar een vorm van. Wat doen we dan?
Alvast voordat dat het loon terecht is gekomen bij die werknemer geven we aan de bron, de
werkgever, hou die belasting in. De werkgever heeft een bijzondere rol. Het is niet zo dat die
werkgever de belasting schuldig is, hij moet het wel afdragen. Er zijn ook voordelen voor de
staat. De staat hoeft het dus niet zelf te doen. Het is geprivatiseerd op deze manier, zo komt
het binnen. Je hebt er als werkgever er geen belang bij om het goed te doen maar je moet.
Als je het niet goed doen krijg je een rekening. Er zit een prikkel in voor werkgevers om
ervoor te zorgen dat ze die heffing, die niet over hunzelf gaan maar over hun werknemer,
dat die op tijd bij de ficus komen en voor het juiste bedrag. Bij de IB is het ingewikkeld, na
afloop na het jaar stuur je een aangiftebiljet en daar geef je je inkomen aan dan is alles al
uitgegeven. Dat is niet handig. Voor dat mensen dat inkomen krijgen moet je het belasten.
In het tentamen zit altijd een vraag waar je met de beantwoording er blijk moet geven dat
we 4 loonheffingen hebben en welke het zijn. Het zijn er dus 4:
Als je ondernemer bent moet je inhouden op je eigen loon. Hoe gaat dat? Hoe eerlijk zal die
ondernemer zichzelf belasten? Als je ondernemer bent betaal je geen loonheffing en ben je
geen werknemer.
Wat brengen loonheffing en IB op? Dit is uiteindelijk waar het om gaat dit zijn cijfers van de
miljoenennota. Het gaat erom dat deze bedragen komen ieder jaar binnen bij de staat. We
heffen 3,2 miljard per jaar totaal. In de laatste kolom staat welk deel loonheffing zijn en dat
is 57%. Voor het eerst sinds jaren is het dat de IB een positief bedrag gaat opleveren. Je bent
afhankelijk van wat de ondernemer opschrijft, die inkomsten zijn onzeker. Die
hypotheekaftrek is zo hoog. Loonheffingen is de geldstoom. 40% van de ondernemers
betaald niet eens IB, gewoon 0. Omdat ze te weinig inkomen hebben en te veel mooie
ondernemers faciliteiten zijn. Voor de grote geldstroom is dit de belangrijkste groep. Als je
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ovxst. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.