Samenvatting Diversity Equality
and Justice
→ Uitgebreide lecture-aantekeningen en meer van lecture
8 t/m 14 [Blok 2].
Lecture + inhoudsopgave Readings / videos
8: Equal Citizenship - Dahl ch. 2 en 3
P. 1 - Anderson ch. 5
- Lister
- Burchardt
9: Struggles around diversity and inequality - D’Emilio
P. 16 - Castells
- Ransby
- Weldon
10: Politics of categorization and othering - Anderson ch. 6 en 9
P. 28 - Yanow et al.
11: Representation - Mansbridge
P. 39 - Giger et al.
- Wägnerud
12: Welfare redistribution - Stefan
P. 50 - Anderson ch. 7
- Miller
- TED Talk Singer
13: Diversity in academia - Ahmed
P. 65 - UvA Diversity Comittee
- Van der Brink en Benschop
14: Diversity and inequality in research and - Harding
political science - Celis et al.
P. 70 - Uday
- Smith
,Lecture 8: Citizenship
Derde blok: politiek van ongelijkheid en diversiteit
Vijf aspecten:
1. Gelijk burgerschap (equal citizenship)
2. Struggles rondom ongelijkheden
3. Politiek van categorisering en ‘othering’
4. Representatie
5. Welvaartsverdeling
Politiek.. Als in?
- Denk aan IPOL en Van der Eijk: wat is politiek?
- “Who gets what, when and how” (Lasswell)
- Articulatie van sociale conflicten op staatsniveau (Fennema)
- Relaties van conflict en coöperatie rondom collectieve beslissingen (Van der
Eijk)
- Van der Brug en Heemskerk: drie elementen komen terug in definities: besluiten
maken, conflict en macht
Besluiten maken
- Wie heeft de mogelijkheid / macht om te beslissen?
- Wat is er al ‘beslist’? (in normen, instituties, ideëen, standaard manier van doen)
- Waar dingen worden beslist (denk aan feministische perspectief op wat relevant
politiek is: ‘the personal is political’, domein versus aspectbenadering van politiek)
- Domein = politiek is daar waar we politieke instituties zien
- Aspect = politiek is een dimensie van sociale relaties, van familie tot de universiteit
- Politiek kan er ook zijn wanneer beslissingen ook mogelijkheden zijn om dingen naar
een andere richting te verschuiven
- Beleid en politiek als mogelijkheden voor reproductie en verandering van sociale
relaties en sociale structuren
Conflict
- Sociale ongelijkheden als een “onuitputtelijke voedingsbodem” voor conflicten (van
belangen) → veel potentieel voor conflict
- Politiek is overal waar beslissingen over mogelijkheden en distributies worden gemaakt
en wanneer er enige mate van conflict is (aspectbenadering)
- Articulatie van ongelijkheden en diversiteit als conflicten (‘who are we, what have we to
complain about, who is to blame for it’). → Manifestos, sessie over ‘struggles’, het
interview met Toni Morisson = articulatie van conflict, call for action.
- Breed begrijpen van ongelijkheid / diversiteit om alle aspecten van sociale relaties die
politieke dimensies hebben in beeld te brengen (verschillen, normen, stigma, erkenning,
1
, mogelijkheden, reproductie, segregatie) → intersectionaliteit, breder begrijpen van
potentieel voor conflict
- “.. gemarginaliseerde groepen die struggle’en voor social justice” (Lister). “Eliminate
unjust and unequal group relations” (Anderson). → sommige mensen zijn slecht af in
een sociale structuur. Zij hebben een epistemic advantage = een specifiek perspectief
op de sociale structuur die gevormd wordt door hun sociale positie. Zij beschikken dus
over een aspect van de sociale structuur die door mensen die beter af zijn over het
hoofd kan worden gezien. Bijvoorbeeld: zwart zijn in een systeem waar de overgrote
meerderheid wit is (de norm) maakt dat deze ervaring bepaalde kennis met zich
meebrengt die anders onzichtbaar zou zijn (gebleven?). Deze gemarginaliseerde
groepen kunnen dus inzichten geven om een meer rechtvaardige sociale structuur
(social order) te maken.
Macht
- ‘A heeft macht over B..’ (Dahl → als A persoon B iets kan laten doen wat B niet wilt of
waar B niet naar neigt) of ‘agenda setting’ (Lukes): begrijpen van macht als relationeel
en in termen van een balans van machts-resources. Tweede dimensie van macht: als je
issues kan veranderen in non-issues (agenda setting). Je hebt resources van macht→
geld, cultureel kapitaal, relevant netwerk. Meer van zulke resources zou voor meer
macht kunnen zorgen.
- Hoe alle soorten resources worden / gebruikt kunnen worden als resources in politiek.
Macht als relationeel en als een vermogen. → breed begrijpen van resources
(economisch, cultureel, sociaal en ‘symbolisch’ kapitaal).
- Macht als situationeel en ‘situated agency’ → gesitueerd in alle soorten ‘contexten’
(sociale structuren, institutioneel, fysiek)
- Macht als iets wat verboden is aan ‘systems of oppression’ en ideologieën (denk aan
de derde dimensie van macht van Lukes) → mensen ervaren geen antagonismen maar
toch is er conflict. Denk aan positie van de vrouw voor de feministische beweging; er
werden mensen gemobiliseerd voor een conflict wat er al was. Het feit dat veel mensen
het niet als een conflict zagen is een vorm van macht. → articulation
- Paulle: ‘Toxic Schools’ = onderzoek naar habitus van kinderen in een ghetto, die in
hun omgeving/wijk veel resources en prestige hadden, maar negatieve resources op
school. Je moet dus rekening houden met de setting.
Macht: matrix of domination
Hill Collins (1990): “Oppression and resistance are intricately linked such that the shape of one
influences that of the other. At the same time, this relationship is far more complex than a
simple model of permanent oppressors and perpetual victims. Another way of approaching
power views it not as something that groups possess, but as an intangible entity that circulates
within a particular matrix of domination and to which individual stand in varying relationships”
- Conceptualisatie die overeenkomt met Foucault
- Macht is iets waarover je kan beschikken, het is een web waarin machts-resources
worden toegedeeld. Hangt af van de context, verschilt per situatie.
2
, - Foucault: er wordt ook macht uitgeoefend door degenen die minder dominant zijn.
- “intangible entity that circulates within a particular matrix of domination” → belangrijk,
dit is denk ik het contextafhankelijk is?
Vandaag: burgerschap (citizenship) als toegangspoort (entry gate)
1. Burgerschap
2. Gelijkheid
3. Democratie
Focus van deze lecture is op:
- (Gelijk) burgerschap
- Politieke gelijkheid en democratie
- Sociale ongelijkheid en politieke gelijkheid
- ‘Cooperative interaction on terms of equality’
- Capability Approach
- Disability
- Excurs: over culturele rechten
Burgerschap: 4 dimensies / aspecten
Lister: burgerschap = momentum concept, resource, iets waar je veel mee kan
1. Lidmaatschap status
A. Vastgebonden (connected) aan ‘bundles of rights’ → politieke, sociale rechten etc.
B. Vastgebonden aan lidmaatschap van een ‘collectief’ waar bindende beslissingen
worden gemaakt (die bindend zijn voor alle leden): een polity, een demos → Dahl:
demos (de mensen) en de polity (de politieke structuur)
C. Vastgebonden aan sociale relaties in een maatschappij → Rawls: maatschappij =
een systeem van coöperatie wat lasten en voordelen heeft (burdens and benefits) die
verdeeld worden. Door burgerschap maak je deel uit van de maatschappij.
4 aspecten van burgerschap:
twee axes waarop je over
burgerschap kunt denken.
1. Inclusion vs. Exclusion → je
kunt mensen insluiten of
buitensluiten. Bijvoorbeeld: 2
nationaliteiten, ‘één been in een
ander land’.
2. Equal vs. unequal → of
3