Inhoudsopgave
Samenvatting Positieve Psychologie ................................................................................................................................................... 1
Thema 1: Positieve psychologie: Mensen helpen floreren ...................................................................................................... 1
Thema 1.1 Positieve psychologie: Wat en waarom? .................................................................................................................. 1
Thema 1.2 Welbevinden: Van bijzaak naar hoofdzaak ............................................................................................................... 4
Thema 1.3 Positieve geestelijke gezondheidszorg .................................................................................................................... 12
Thema 2: Competenties voor optimaal functioneren ........................................................................................................... 15
Thema 2.1 Zingeving en waardering - Waarden en motivatie .................................................................................................. 15
Thema 2.1 Zingeving en waardering - Positieve emoties ......................................................................................................... 24
Thema 2.2 Talent en vertrouwen - Sterkekantenbenadering ................................................................................................... 30
Thema 2.2 Talent en vertrouwen - Optimisme ......................................................................................................................... 37
Thema 2.3 Omgaan met tegenslag en lijden - Emotieregulatie: omgaan met onplezierige emoties ....................................... 43
Thema 2.3 Omgaan met tegenslag en lijden - Compassie ........................................................................................................ 56
Thema 2.3 Omgaan met tegenslag en lijden - Posttraumatische groei .................................................................................... 68
Thema 2.4 Relaties en verbondenheid - Positieve relaties ....................................................................................................... 75
Thema 2.4 Relaties en verbondenheid - Sociale en maatschappelijke betrokkenheid ............................................................ 83
Thema 2.4 Relaties en verbondenheid - Positieve psychologie: een cultureel perspectief (yOUlearn only) ........................... 93
Thema 3: Positieve psychologie: Toepassingen in settings.................................................................................................... 96
Thema 3.1 Geestelijke gezondheidszorg - Welbevindentherapie ............................................................................................ 96
Thema 3.1 Geestelijke gezondheidszorg – Positief-psychologische interventies (PPI’s) ........................................................ 103
Thema 3.2 Forensische zorg ................................................................................................................................................... 106
Thema 3.3 Organisaties .......................................................................................................................................................... 117
Thema 3.4 School .................................................................................................................................................................... 128
Thema 4: Positieve psychologie: Implementatie en bereik ................................................................................................. 141
Thema 4.1 Oplossingsgerichte therapie ................................................................................................................................. 141
Thema 4.2 Positieve psychologie en technologie – Positieve psychologie online .................................................................. 147
Thema 4.2 Positieve psychologie en technologie – Positieve technologie ............................................................................. 155
Het meten van welbevinden en optimaal functioneren ...................................................................................................... 159
Proeftentamenvragen per (deel)thema – voor beide proeftentamens identiek.................................................................. 164
,Thema 1: Positieve psychologie: Mensen helpen floreren
Thema 1.1 Positieve psychologie: Wat en waarom?
Definitie van positieve psychologie
Doelen van de positieve psychologie
1
,Positie binnen het vakgebied van de psychologie
De positieve-psychologiebeweging is ontstaan uit een besef van de disbalans tussen de psychologische aspecten die het leven de
moeite waard maken en de studie van ziekte, disfunctioneren en psychologische schade. Wens en doel: onderzoek in relatief
verwaarloosde, doch relevante terreinen van psychologie aan moedigen. Bijvoorbeeld: talent, hoop, inspiratie, welbevinden en
optimaal functioneren of 'floreren'. De citatie-impact is vergelijkbaar met andere disciplines binnen de psychologie.
Een veelgebruikte metafoor om het richtpunt van de positieve psychologie te
visualiseren is een bipolaire schaal die loopt van -10 via 0 tot +10 en die het gehele
spectrum van menselijke ervaring omspant.De linkerkant van de schaal
representeert de studie van ziekte, schade en disfunctie, terwijl de studie van
welbevinden en optimaal functioneren zich aan de rechterkant bevindt.
Gable en Haidt constateren dat binnen verschillende terreinen van psychologie
vooral aandacht is uitgegaan naar de kant van de schaal die van 0 tot -10 loopt.
- Klinische psychologie: veel onderzoek naar diagnosticeren en behandelen van stoornissen
- Sociale psychologie: veel onderzoek naar vooroordelen en laag zelfbeeld
- Gezondheidspsychologie: veel onderzoek naar negatieve effecten van stress op het lichaam
- Cognitieve psychologie: veel onderzoek naar heuristieken en denkfouten bij besluitvorming
De positieve psychologie heeft niet als doel om deze stressvolle, onplezierige of negatieve aspecten van het leven te negeren en
beschouwt het leven ook niet door een roze bril. De positieve psychologie
streeft naar meer gewicht aan de 'positieve' kant van de weegschaal te
plaatsen. Hiermee wordt het volledige spectrum van menselijke ervaring meer
in acht genomen.
In plaats van zich te richten op het opsporen en bestrijden van pathologie,
ziekte en disfunctie, streeft de positieve psychologie daarom primair naar het in kaart brengen en bevorderen van
omstandigheden, mechanismen en processen die bijdragen aan optimaal functioneren ('floreren') en welbevinden. Hierdoor
stelt de positieve psychologie zich op als een aanvullend perspectief op de menselijke ontwikkeling en beleving, dat kan worden
aangewend in verschillende terreinen van psychologie. (Interventies positieve psychologie: welbevinden en optimaal
functioneren bevorderen. Interventies overige disciplines: preventie en behandeling van stoornissen)
Waarom wordt meer aandacht geschonken aan tekortkomingen van mensen dan aan krachten en talenten?
(volgens Gable en Haidt)
1. Compassie: Er lijkt de neiging te bestaan om hulp te prioriteren richting diegenen die lijden ten koste van diegenen die
het beter vergaat.
- Maar: het vergroten van ons begrip van menselijke krachten kan de schade van ziekte en stress juist
voorkómen of reduceren. Bijvoorbeeld optimisme en het hebben van een gevoel van persoonlijke controle zijn
beschermende factoren voor fysieke en psychologische gezondheid.
2. Pragmatische en historische redenen: Periode na WOII werd, o.a. vanwege het grote aantal getraumatiseerde
veteranen, door subsidieverstrekkers prioriteit gegeven aan onderzoek naar psychopathologie en andere disfuncties.
Dit viel samen met de introductie van het ziektemodel in de klinische psychologie. Als consequentie hiervan, is er veel
geld en tijd geïnvesteerd in de behandeling van diegenen die reeds ziek zijn, ten koste van onderzoek naar het
voorkómen van deze ziekten bij diegenen die (nog) niet ziek zijn.
- Maar: Het is belangrijk ook onderzoek te doen naar krachten en omstandigheden die bijdragen aan weerstand,
veerkracht en welzijn.
3. Primacy of negative information: De natuurlijke neiging om negatieve informatie aandachtiger te verwerken dan
positieve informatie. Mogelijk een evolutionaire grondslag. Het herkennen van (potentiële) dreigingen heeft
waarschijnlijk een meer directe invloed heeft op de overlevings- en voortplantingskans dan het herkennen van
beloningen. Ook: verklaring vanuit een schending van onze verwachtingen: negatieve dingen gebeuren immers
doorgaans minder frequent dan positieve dingen en springen daarom wellicht meer in het oog.
- Maar: juist een reden om meer aandacht te besteden aan positieve zaken: 'Indeed, because positive processes
occur more often, their impact on long-term outcomes may be even greater, despite the more subtle impact
of any single positive process'
Conclusie: Ondanks filosofische, historische en theoretische verklaringen voor een neiging in de psychologie om zich te richten
op ziekte, gebreken en tekortkomingen, is er weinig empirische justificatie voor een overwegend negatieve benadering van de
aard van de mens.
2
, Wat zijn de drie belangrijke kritieken of valkuilen van de positieve psychologiebeweging?
(volgens Gable en Haidt)
1. Plaats en profilering van de positieve psychologie in het bredere onderzoeksveld van de psychologie. Veel kritiek op de
positieve psychologie-beweging komt voort uit de veronderstelling dat de beweging al het 'niet-positieve' onderzoek
binnen de psychologie als 'negatief' beschouwt en bovendien gelooft dat deze negatieve psychologie tot nog toe weinig
heeft opgeleverd.
- Deze interpretatie is niet correct. Juist omdat de psychologie zo veel successen heeft geboekt in het veld van
disfunctie, stress en pathologie, springt de beperkte progressie op het gebied van positieve onderwerpen zo in
het oog. De positieve psychologie stelt zich op als een complementair perspectief op de menselijke
ontwikkeling en beleving, om zo het volledige spectrum van de menselijke ervaring in beeld te brengen.
2. Polyanna-beeld van de wereld. Er wordt gesuggereerd dat onderzoekers in het veld van de positieve psychologie een
blinde vlek hebben voor de negatieve aspecten van het menselijke bestaan en de voorkeur geven aan een wereldbeeld
waarin uitsluitend aandacht is voor de positieve aspecten van het leven.
- Het doel van de positieve psychologie niet is om eerder onderzoek naar pathologie, stress en disfunctie uit te
wissen of te verdringen. Het heeft als doel om complementair hieraan kennis van veerkracht en groei met
deze bevindingen te integreren.
- Dat er geen sprake is van een zogenaamde 'cult'-achtige groep van positieve psychologen blijkt onder andere
uit het feit dat het merendeel van de onderzoekers dat actief is binnen de positieve psychologie werkt binnen
traditionele psychologie afdelingen en publiceert in mainstream tijdschriften.
3. Definitie van wat is goed voor ons (deze is het meest uitdagend) en het maken van een onderscheid tussen beschrijven
en vóórschrijven. Een van de doelstellingen van de positieve psychologie zou moeten zijn om aan de hand van
wetenschappelijke bevindingen mensen aan te moedigen om gedragingen en mentale strategieën te adopteren die
'goed' voor hen zijn. Echter, in tegenstelling tot een medische definitie van 'goed' (i.e. langer leven, zonder ziekte), is
deze niet zo eenvoudig te formuleren in de context van de psychologie
- Diener & Suh (1997) formuleerden drie gronden waarop iets kan worden afgemeten als zijnde 'goed' of waardevol:
- De keuzes die mensen maken geven een indicatie van waarde: als iets regelmatig wordt gekozen, dan
gelooft degene die ervoor kiest blijkbaar in een waarde of weldoende kwaliteit ervan.
- Mensen kunnen inschatten of iets al dan niet bevredigend of plezierig is: een object, gebeurtenis, proces
of uitkomst.
- Onze gedeelde, cultureel gevormde opvattingen over wat slecht en onacceptabel of goed en acceptabel is,
kunnen de besluitvorming van de doelen die we nastreven beïnvloeden.
- Maar: de aanwezigheid van deze drie criteria valt niet altijd samen.
- Bijvoorbeeld:
- Seks buiten een hechte relatie plezierig en bevredigend zijn (criterium 2), maar onacceptabel
vanuit iemands culturele of religieuze waarden (criterium 3), waardoor hij/zij ervoor kiest niet
vaak hierin te participeren (criterium 1).
- Tanken is iets dat veel mensen vaak doen (criterium 1), terwijl het weinig plezierig is (criterium 2)
en vanuit een cultureel waardepatroon van milieubewustzijn (criterium 3) weinig wordt
gewaardeerd.
- Voorschriften of aanbevelingen die kunnen worden gedaan op basis van positief psychologisch onderzoek zullen
niet altijd of voor iedereen samenvallen en er is nog te weinig bekend over de vraag welke positieve psychologische
interventies voor welke groep op welk moment het beste werken
De originele “drie pijlers” van positieve psychologie geformuleerd door Seligman (2002) waren:
1. positief subjectief welbevinden
2. positieve individuele eigenschappen (krachten en waarden)
3. positieve instituten en gemeenschappen => nog verwaarloosd
De positieve psychologie is er nog nauwelijks in geslaagd om aan te haken bij de sociologische en antropologische
wetenschappen. Dit is essentieel is voor de implementatie op het niveau van instituten en gemeenschappen. Investeren in het
vormen van een 'positive sociology' en een 'positive anthropology' en het ontwikkelen van interventies om het functioneren van
scholen, bedrijven en overheden te verbeteren is nodig.
3