Hoorcollege 2 Diversiteit: cultuur
Alle mensen zijn anders, maar sommige mensen zijn meer anders dan anderen.
Een cultuur bestaat uit zichtbare uitingen (de materiële cultuur) en de onzichtbare opvattingen of
ideeën die daar aan ten grondslag liggen (de immateriële cultuur). Cultuur zien we om ons heen, het
is overal, bewust en onbewust, op verschillende niveaus: micro, macro…
Cultuurelementen- klaas Schermer
1. Instituties- vaste samenlevingspatronen
2. Waarden- waar sta jij voor
3. Levensovertuigingen
4. Normen- gedragsvoorschriften, hoe hoor je je te gedragen?
5. Gebruiken- vieringen bijzondere gebeurtenissen, gewoontes of religieuze gewoonten
6. Rituelen- verschilt in elke cultuur, denk bijv. aan feestdagen
7. Symbolen- bijv. de vlag van een regio, vlaggen verbranden, religie.
8. Helden- helden vormen een cultuur, bijv. Nelsa Mandela, Adré kuipers, Donald Duck, etc.
9. Taal (dominante taal, schelden, humor of uitdrukkingen).
10. Kunsten en wetenschappen
Cultuur en ik
Cultuuroverdracht
Een proces van belonen en straffen
Een proces van verinnerlijking
Een proces van verstarring
Socialisatie
Enculturatie : cultuur kenmerken worden overgedragen van een samenleving naar een
individu.
Acculturatie
Het Ui-model van Hofstede
, Hoorcollege 3
Etnocentrisme: eigen cultuur boven die van een ander verheffen.
Globalisering: het proces waarin economische en politieke relaties zich wereldwijd vertakken.
Typeringen- Sarah Lanier
Warm klimaat cultuur:
relatiegericht
Relatie als basiswaarde
Beslissingen op basis van hun subjectieve gevoelens ‘gevoelspersoon’
Koud klimaat cultuur:
Taakgericht
Efficiëntie als basiswaarde
Beslissingen op basis van hun objectieve logica, ‘denker’
5 cultuurdimensies van Hofstede (1974):
- Machtsafstand- NL vs. DU, hoe ervaren mensen ongelijkheid in macht.
- Individualiteit vs collectivisme: wie ben ik, eigen identiteit, vs rolverdeling man en vrouw,
concurrentie, hoe je je behoort te gedragen tav samenleving. In NL rollen man en vrouw
redelijk gelijk, man moet zich aanpassen richting het meer op een vrouwelijke manier dingen
doen.
- Masculien versus feminien:
- Onzekerheidsvermijding; hoe gaan we ons indekken, wat doen we als samenleving, niet op
individueel niveau. Heeft te maken met het verzekeringsstelsel van Nederland, iedereen
verplicht basisverzekerd. Indekken van risico, op individueel niveau maar ook samenleving.
Een cultuur van hoe je daar mee omgaat, met die onzekerheid.
- Lange termijn vs korte termijn oriëntatie: waar haal je houvast uit, ben je gericht op lange
termijn: gericht op toekomst, plannen, sparen, potje voor later, korte termijn: zowel het
heden als het verleden.
De F G en M culturen van Pinto:
F culturen: fijnmazige set van gedragsvoorschriften
G culturen: grofmazige set van gedragsvoorschriften
M-culturen: mengculturen, elementen van F en G
G-culturen F-culturen