100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Verbintenis samenvatting verplichte jurisprudentie €2,99   In winkelwagen

Samenvatting

Verbintenis samenvatting verplichte jurisprudentie

1 beoordeling
 46 keer bekeken  1 keer verkocht

Dit document geeft een weergave van de verplichte jurisprudentie van het vak Verbintenissenrecht.

Voorbeeld 2 van de 12  pagina's

  • 27 maart 2019
  • 12
  • 2018/2019
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (53)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: mayas • 5 jaar geleden

Er zijn een aantal arresten: Jetblast, Kelderluik, Turnster, Woningstichting Eigen Haard, Zusjes Janssen en Natrap niet opgenomen in de samenvatting,. Deze arresten zijn wel voorgeschreven.

avatar-seller
marlyvr
Bijeenkomst 1 De verbintenis en haar bronnen

Quint/Te Poel-arrest

De feiten: Hubertus te Poel had met Quint een overeenkomst gesloten waarin stond dat Quint twee
winkelhuizen op een terrein zou bouwen en Hubertus hem hiervoor zou betalen. Dit terrein behoorde echter
niet aan Hubertus, maar aan zijn broer Heinrich toe. Van belang in deze casus is het feit dat Quint niet wist dat
het terrein niet aan Hubertus maar aan zijn broer toebehoorde en tevens is van belang dat Quint heeft
nagelaten om te controleren of het terrein daadwerkelijk van Hubertus was. Nadat de huizen waren
opgeleverd bleef de betaling van Hubertus echter uit. Toen Quint erachter kwam dat het terrein aan Heinrich
toebehoorde klopte hij daarom bij Heinrich aan. Gezien het feit dat het terrein aan Heinrich toebehoorde en
deze nu wegens natrekking eigenaar van de panden was geworden, wilde Quint dat Heinrich hem op grond van
ongerechtvaardigde verrijking of op grond van de redelijkheid en billijkheid zou betalen.

Rechtsvraag: Kan Quint op grond van ongerechtvaardigde verrijking of op grond van de redelijkheid en
billijkheid de betaling van Heinrich vorderen?

Overweging: Ten tijde van deze casus stond er in het oude artikel over de bronnen van verbintenissen dat
verbintenissen enkel uit de wet of uit een overeenkomst kunnen ontstaan. Volgens de rechtbank kan de
verbintenis wel degelijk in de redelijkheid en billijkheid worden gevonden, zij geeft Quint derhalve gelijk. Het
hof stelt Quint in het ongelijk gezien het feit dat een verbintenis niet uit de redelijkheid en billijkheid kan
ontstaan ingevolge het oude artikel. De Hoge Raad overwoog dat het hof het woord 'uit de wet' te nauw
hanteerde en ging na of er een verbintenis uit de wet was ontstaan; ongerechtvaardigde verrijking. Zij
concludeerde echter dat dit niet het geval was. Heinrich zou geen vergoeding aan Hubertus hoeven te betalen
indien deze op het terrein van Heinrich een pand zou bouwen. Nu Hubertus een aannemer, Quint, inhuurt om
deze panden te bouwen is Heinrich dus geen vergoeding verschuldigd aan Quint. Quint krijgt ook geen
bescherming omdat hij zelf heeft nagelaten om de openbare registers te bekijken, had hij dit wel gedaan dan
had hij geweten dat het terrein niet aan Hubertus toebehoorde maar aan Heinrich.

Rechtsregel: Na dit arrest is het artikel over de bronnen van verbintenissen aangepast. Er staat niet meer dat
een verbintenis uit de wet moet ontstaan, maar dat de verbintenis hieruit moet voortvloeien. Indien de wet
geen regeling voor het geval kent moet er een oplossing worden gezocht die past in het stelsel van de wet en
die aansluit bij wel in de wet geregelde gevallen.

Bijeenkomst 2 Precontractuele fase en aanbod

HR Baris/Riezenkamp

Lange tijd ging men ervan uit dat voordat een overeenkomst tot stand is gekomen, tussen partijen geen andere
normen gelden dan tussen willekeurig welke andere personen dan ook. Als maatstaf gold de ongeschreven
zorgvuldigheidsnorm, zoals die binnen het leerstuk van de onrechtmatige daad figureert. Een belangrijke
ommekeer in het denken over de precontractuele fase vormde de bekende overweging uit dit arrest, volgens
welke ‘partijen, door in onderhandeling te treden over het sluiten van een overeenkomst, tot elkaar komen te
staan in een bijzondere door de goede trouw beheerste rechtsverhouding, medebrengende dat zij hun gedrag
mede moeten laten bepalen door de gerechtvaardigde belangen van de wederpartij’ (in plaats van goede
trouw zouden we nu spreken van redelijkheid en billijkheid). Sinds dit arrest gaat men ervan uit dat de
precontractuele fase niet door de ongeschreven zorgvuldigheidsnorm van art. 6:162 BW, maar door de
(strengere) eisen van redelijkheid en billijkheid wordt geregeerd.

HR Plas/Valburg

In dit arrest werden er drie stadia onderscheiden (deze zijn nu niet meer zo van belang):

a. Stadium 1 waarin het afbreken van de onderhandeling zonder meer is geoorloofd. Ieder is vrij te
beslissen of en met wie men een overeenkomst aangaat; onderhandelingen afbreken mag.
b. Stadium 2 waarin men weliswaar de onderhandelingen mag afbreken, maar niet zonder dat men
bepaalde door de wederpartij gemaakte kosten voor zijn rekening neemt. HR heeft geen criterium

, gegeven over wanneer dit stadium is bereikt en welke kosten al dan niet voor vergoeding in
aanmerking zouden moeten komen. Ook wordt getwist over de grondslag (redelijkheid en
billijkheid of onrechtmatige daad). Kun je vervangen door leerstukken als onrechtmatige daad en
ongerechtvaardigde verrijking.
c. Stadium 3 waarin het afbreken zelf in strijd met redelijkheid en billijkheid is. Wederpartij kan in
rechte vorderen dat de onderhandelingen worden voortgezet of dat er schadevergoeding wordt
betaald. Er is ook plaats voor vergoeding van gederfde winst.

Het derde stadium is bereikt wanneer de wederpartij mocht vertrouwen dat enigerlei contract in ieder geval uit
de onderhandelingen zou resulteren.

Rechtsregel: Indien de onderhandelingen door een partij worden afgebroken, dient de vraag of er een
schadevergoeding aan de andere partij moet worden betaald, te worden beantwoord aan de hand van het
stadium waar de onderhandelingen in verkeerden en of partijen over en weer mochten vertrouwen dat uit
deze onderhandelingen een contract zou voortvloeien.

HR CBB/JPO

Als maatstaf voor de beoordeling van de schadevergoedingsplicht bij afgebroken onderhandelingen heeft te
gelden dat ieder van de onderhandelende partijen vrij is de onderhandelingen af te breken, tenzij dit op grond
van het gerechtvaardigd vertrouwen van de wederpartij in het tot stand komen van de overeenkomst of in
verband met de andere omstandigheden van het geval onaanvaardbaar zou zijn. Daarbij dient rekening te
worden gehouden met de mate waarin en de wijze waarop de partij die de onderhandeling afbreekt tot het
ontstaan van dat vertrouwen heeft bijgedragen en met de gerechtvaardigde belangen van deze partij. Hier kan
ook van belang zijn of zich in de loop van de onderhandelingen onvoorziene omstandigheden hebben
voorgedaan, terwijl, in het geval onderhandelingen ondanks gewijzigde omstandigheden over een lange tijd
worden voortgezet, wat betreft dit vertrouwen doorslaggevend is hoe daaromtrent ten slotte op het moment
van afbreken van de onderhandelingen moet worden geoordeeld tegen de achtergrond van het gehele verloop
van de onderhandelingen.

HR Hofland/Hennis

Feiten: Hofland bood in een advertentie een huis voor een bepaalde prijs te koop aan. Hennis zag deze
advertentie staan en aanvaarde het aanbod. Toen Hofland zag wie het aanbod had aanvaard, kwam hij op zijn
aanbod terug. Hofland stelde dat er door de aanvaarding van Hennis geen koopovereenkomst tot stand is
gekomen. Hennis stelt dat er door zijn aanvaarding wel degelijk een koopovereenkomst tot stand is gekomen.

Rechtsvraag: Is er door de aanvaarding van Hennis een koopovereenkomst tot stand gekomen?

Overweging: De Hoge Raad overwoog dat een advertentie waarin een individueel bepaalde zaak voor een
bepaalde prijs te koop wordt aangeboden, moet worden gezien als een uitnodiging om in onderhandeling te
treden, ook wel een uitnodiging tot het doen van een aanbod genoemd. Dit vanwege het feit dat de prijs,
eventuele verdere voorwaarden en de persoon van de koper van belang kunnen zijn bij de koop,
onderhandelingen zijn daarom erg belangrijk. De Hoge Raad stelt Hofland in het gelijk want zijn advertentie
was slechts een uitnodiging tot het doen van een aanbod door een koper. Door de aanvaarding van Hennis is er
geen koopovereenkomst tot stand gekomen.

Rechtsregel: Advertenties waarin een individueel bepaalde zaak voor een bepaalde prijs te koop wordt
aangeboden is een uitnodiging tot het doen van een aanbod. Advertenties waarin soortzaken worden
aangeboden, zoals een kilo tomaten of een pak melk, gelden wel als aanbod in de zin van 6:217 BW.

Bijeenkomst 3 Wilsvertrouwensleer

HR Eelman/Hin

Feiten: In het voorjaar van 1954 besluit Eelman om zijn boerderij te verkopen, hij verkoopt deze aan Hin tegen
een normale economische prijs. Tijdens de levering van de boerderij op 1 juli weigert Eelman om mee te
werken aan de levering. Eelman geeft namelijk aan dat hij van de koopovereenkomst af wil, hij is schizofreen en

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper marlyvr. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 75759 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99  1x  verkocht
  • (1)
  Kopen