Inhoudsopgave
Harkönen: Family Forerunners? Parental Separation and Partnership Formation .................................. 2
Jaloovera: Education, Gender, and Cohort Fertility in the Nordic Countries ......................................... 7
Mazekraj D., De Witte, K., & Cabus, S. (2020). School Outcomes of Children Raised by Same-Sex
Parents. .................................................................................................................................................. 15
Bittman et al. (2003):"When Does Gender Trump Money? Bargaining and Time in Household Work"
............................................................................................................................................................... 19
Steinbach, A., & Silverstein, M. (2020). The Relationship Between Religion and Intergenerational
Solidarity in Eastern and Western Germany ......................................................................................... 22
Brandt (2013). Intergenerational Transfers to Adult Children in Europe: Do Social Policies Matter?. 25
McDonald, P. (2000). Gender equity in theories of fertility transition. Population and Development
Review, 26(3), 427-439 ......................................................................................................................... 30
McLanahan, S. (2004). Diverging destinies: How children are faring under the second demographic
transition. ............................................................................................................................................... 32
Kalmijn, M. (2013). The educational gradient in marriage: a comparison of 25 European countries. . 35
Van der Vleuten, M., Jaspers, E., & van der Lippe, T. (2021). Same-sex couples’ division of labor
from a cross-national perspective. Journal of GLBT Family Studies, 17(2), 150-167. ......................... 37
Gähler, M., & Garriga, A. (2013). Has the association between parental divorce and young adults’
psychological problems changed over time? Evidence from Sweden, 1968-2000. Journal of Family
Issues, 34(6), 784-808. .......................................................................................................................... 42
Konietzka, D., & Kreyenfeld, M. (2010). The growing educational divide in mothers’ employment: an
investigation based on the German micro-censuses 1976-2004. ........................................................... 45
1
,Harkönen: Family Forerunners? Parental Separation and Partnership Formation
Dit artikel gaat over scheiden, dit onderzoeken ze over de tijd in verschillende landen. Ze onderzoeken
of de relatie tussen ouderlijke scheiding en partnerformatie vergelijkbaar is tussen verschillende
landen en geboortencohorten en of de associatie tussen ouderlijke scheiding en partnerformatie
varieert afhankelijk van waargenomen contextuele variabelen.
Hypotheses:
Waning effect: voorspelt dat het effect van ouderlijke scheiding afneemt naarmate ouderlijke
scheiding vaker voorkomt. Wanneer scheiden makkelijker en gebruikelijker wordt zal het kind minder
vaak uit een problematisch gezin komen en de scheiding minder gestigmatiseerd zijn.
Mechanismeverandering: Minder stigma, minder problematische gezinnen, minder stress, mensen die
scheiden zijn niet per se probleemgevallen.
Forerunner hypothesis: Wanneer samenwonen minder normaal is in een samenleving gaan kinderen
van gescheiden ouders sneller samenwonen bij hun eerste co-residentiële relatie.
Forerunner hypothese: Als je ouders gescheiden zijn ga je sneller samenwonen naarmate samenwonen
meer gangbaarder is gaat het effect sterker worden.
In het begin is trouwen de norm, hierdoor gaan zowel kinderen met en zonder gescheiden ouders niet
samenwonen omdat het niet de norm is. Naarmate samenwonen gangbaarder wordt, dan zijn kinderen
van gescheiden ouders forerunners en gaan eerder samenwonen. Zij zijn hierin dus de trendsetters.
Hoe gangbaarder samenwonen(attitudes) wordt hoe meer kinderen van ouders die niet gescheiden zijn
ook gaan samenwonen(gedrag) in plaats van trouwen waardoor het effect dus over het algemeen
kleiner wordt. Omdat de forerunners dan niet meer zo speciaal zijn.
Kinderen van gescheiden ouders zijn forerunners.
Methode: databestanden zijn gebruikt bij het analyseren van de data. Voor het onderzoek werden
retrospectieve partnergeschiedenissen van 138.739 vrouwen en mannen uit de Generations and Gender
Survey en Harmonized Histories-datafiles gebruikt. Maandelijkse gegevens over het ingaan van
samenwonen of huwelijk als eerste gezamenlijke verbintenis, en over het aangaan van huwelijk,
werden geanalyseerd met behulp van leeftijdstabellen en gebeurtenisanalysetechnieken. De algemene
incidentiecijfers van ouderlijke scheiding en van voorhuwelijks samenwonen werden gebruikt als
contextuele maatstaven in de gebeurtenisanalyses.
De empirische analyse bestond uit twee delen:
Een beschrijvende leeftijdstabelanalyse en een gebeurtenisanalyse van regressie.
1. Het type van de eerste gezamenlijke verbintenis (samenwonen vs. huwelijk)
2. Eerste huwelijk
De belangrijkste onafhankelijke variabele was ouderlijke scheiding op 16-jarige leeftijd of eerder.
Resultaten:
associatie tussen ouderlijke scheiding en partnerformatie werd gemodereerd door de verspreiding van
voorhuwelijks samenwonen. Een hogere incidentie van samenwonen werd geassocieerd met een
zwakkere positieve associatie tussen ouderlijke scheiding en samenwonen, en een negatievere
associatie tussen ouderlijke scheiding en huwelijk. De associaties tussen ouderlijke scheiding en
partnerformatie waren niet zwakker wanneer ouderlijke scheiding vaker voorkwam.
Conclusie:
Kinderen van gescheiden ouders behoorden tot de voorlopers van de toename van samenwonen en de
teruggang van huwelijk.
2
,De "waning hypothese" wordt niet ondersteund in het onderzoek. Uit de resultaten blijkt dat er geen
significante interacties zijn tussen de algehele incidentie van ouderlijke scheiding en de eigen ervaring
van ouderlijke scheiding, wat tegen de "waning hypothese" ingaat .
De "forerunner hypothese" wordt daarentegen wel ondersteund in het onderzoek. Het blijkt dat
kinderen van gescheiden ouders hogere percentages van samenwoning hadden, zelfs toen dit zeldzaam
was. Ook waren kinderen van gescheiden ouders voorlopers in het vermijden van directe huwelijken
toen samenwoning gebruikelijker werd. Dit suggereert dat kinderen van gescheiden ouders vroeg
adopteerders waren van nieuwe vormen van partnerschap .
Mean parental education: ISLED: schaal van 0-100. Gemiddelde van de ISLED scores van vader en
moeder.
3
, Effect van B en effect van D.
Bij D kijk je naar een cohort en de cijfers van yes/no per relatievorming.
Bij tijd kijk je naar een relatievorming en de verschillende cijfers over verschillende cohorten.
4