Doelstelling en inhoud van het opleidingsonderdeel = bijbrengen basiskennis van het Belgische socialezekerheidsrecht,
vnuit historisch fundamenteel en positiefrechtelijk perspectief.
– Basisbegrippen en de fundamentele beginselen kunnen omschrijven.
– Ontstaansgeschiedenis en ratio legis van de diverse onderdelen van het socialezekerheidsrecht kunnen toelichten.
– Behandelde leerstof kunnen terugleiden tot toepasselijke wetgeving.
– Tijdens hoorcolleges overgedragen kennis van het positieve socialezekerheidsrecht kunnen reproduceren.
Inhoudelijk stramien van het basisvak in de Bachelor:
1. Wat is sociale zekerheid en socialezekerheidsrecht?
2. Sociale verzekeringen
a. Verplichte verzekering geneeskundige verzorging en uitkeringen
b. Werkloosheidsverzekering
c. Verplichte pensioensverzekeringen
d. Gezinsbijdragen
3. Sociale bijstandsvoorzieningen
a. Maatschappelijke integratie
b. Tegemoetkomingen personen met handicap
c. Inkomensgarantie ouderen
d. Gewaarborgde gezinsbijslag
e. Maatschappelijke dienstverlening OCMW
4. Administratieve en gerechtelijke aspecten
DEEL 1: SOCIALE ZEKERHEID EN SOCIALEZEKERHEIDSRECHT
OVERZICHT
Wat is sociale zekerheid?
– Focus op alledaagse menselijke noden
– Gebruikelijke betekenis
– Sociale zekerheid in de situationele/teleologische betekenis
– Sociale zekerheid in de instrumentele betekenis
Wat is het socialezekerheidsrecht?
– Definitie
– Voorwerp en karakter
– Technieken: sociale verzekering en sociale bijstand
– Juridische grondslag: het mensenrecht/grondrecht op sociale zekerheid
– Bevoegdheidsverdeling in België
– Wetgeving inzake sociale zekerheid/omkadering van regelgeving
1
,H1. WAT IS SOCIALE ZEKERHEID?
1.1 VERBAND MET MENSELIJKE BASISBEHOEFTEN
Elke rechtstak heeft zijn eigen domein bv. FVR handelt over huwelijk en gezin, Publiekrecht handelt over
gezagsuitoefening en ondergeschikte positie van rechtsonderhorigen etc.
Het domein/voorwerp van het socialezekerheidsrecht = de menselijke basisbehoeften. Deze basisbehoeften raken aan
verschillende aspecten van het leven die verschillende belanghebbenden tot de sociale zekerheid definiëren.
TWEE COMPONENTEN VAN SOCIALE ZEKERHEID
– “Zekerheid”
o Streven eigen aan de mens
o Link met veiligheid -> bestaanszekerheid
o Verschillende technieken:
1. vroeger viel men voornamelijk terug op familie als men oud werd, om in hun bestaan te voorzien
(we zien dit ook in andere rechtstakken personen en familierecht: alimentatierecht van ouders op
hun kinderen en schoonkinderen
2. sparen: gespaard geld kan dan worden aangewend bij nood, maar ook gespaarde overschotten
bewaren zoals bij boeren
- maar is een groot risico: bederfbare goederen, economische gevolgen, diefstal,..
– “sociaal”
o tot stand gebracht/gewaarborgd door de gemeenschap -> wel erg ruim
o via liefdadigheid door ‘rijken’, gaat over op de overheid (gezien rijken voornamelijk in overheidsorganisaties
terecht kwamen)
o zie ook; aansprakelijkheid en verzekeringen
• aansprakelijkheid: fout, schade en oorzakelijk verband
§ als er door een fout van een 3de schade wordt berokkent aan u en dit tot gevolg heeft dat u
niet of vele moeilijker in uw levensonderhoud en bestaanszekerheid kan voorzien, kan u
een vergoeding vorderen van de aansprakelijke schuldenaar
> maar risico’s: sv kan lang duren, SA is insolvent,..
• verzekering: u betaalt periodiek premies om uw eigen aansprakelijkheid of schade te dekken als er
een probleem voorvalt
NAAR EEN BELGISCH POSITIEFRECHTELIJKE DEFINITIE
Zijn er sporen terug te vinden in het Belgisch geldend recht van een definitie?
– Wet kruispuntbank SZR 15 januari 1990
o De kruispuntenbank houdt eigenlijk 2 zaken in: streven naar administratieve vereenvoudiging
• Welke instelling heeft welke gegevens?
• Kunnen die gegevens worden opgevraagd?
o Het belang hiervan voor ons is dat de wet een omschrijving bevat van SZ
– 1994: opname “recht op sociale zekerheid“ als sociaal grondrecht (huidig art. 23 GW) - geen definitie (zie hierover
verder in cursus)
o Sociaal grondrecht = leggen een positieve verplichting op aan de overheid om actief de SZ te voorzien
o Standstill-beginsel
2
,– Wet Handvest Sociaal Verzekerde (11 april 1995)
o SZ wordt beschreven in de weet adhv 7 onderdelen: regelingen WN’s, zelfstandigen, overheidspersoneel,
stelsel sociale bijstand, aanvullende regelingen Fondsen voor bestaanszekerheid, overzeese SZ en “alle”
regels betreffende de heffing en invordering van bijdragen en andere inkomsten voor de SZ (art. 2, 1°)
o Deze wet beoogt de sociale verzekerde beter te gaan beschermen tegen de sociale zekerheidsinstellingen
• Van toepassing elke persoon en elke sociale zekerheidsinstelling
• O.a. regels over informatieverstrekking -> moet nuttig zijn, binnen bepaalde termijn,..
• Beoogt dat de sociale verzekerde haar rechten effectief uitoefenen
o welke “regelingen”?
• Verwijzing naar wetten, zoals Algemene Beginselenwet Sociale Zekerheid (29 juni 1981): SZ WN’s
omvat 7 regelingen: uitkeringen in kader van ZIV, werkloosheid, rust- en overlevingspensioenen,
uitkeringen AO en B Z, geneeskundige verstrekkingen ZIV, gezinsbijslag en jaarlijkse vakantie-
uitkeringen
§ ZIV = ziekte en invaliditeitsverzekering
o definitie beperkt tot regelingen bepaald door wettelijke uitkeringen
o “Stelsel van sociale bijstand” (definitie in art. 2, 1°, e) Wet 11 april 1995)
• tegemoetkomingen gehandicapten
• recht op een bestaansminimum -> nu recht op maatschappelijke integratie = leefloon ocmw
• maatschappelijk welzijn
• gewaarborgde gezinsbijslag
• gewaarborgd inkomen bejaarden -> nu: inkomensgarantie voor ouderen
– verschillend van Europeesrechtelijke definitie van SZ
DEFINITIE SOCIALE ZEKERHEID
DEFINITIE VAN DALE
Sociale zekerheid:
a. toestand waarbij voor alle de bezorgdheid voor gebrek wordt uitgesloten
b. het geheel van instellingen en regelingen die dienen om deze toestand te verzekeren.
1.2 SOCIALE ZEKERHEID IN DE TELEOLOGISCHE BETEKENIS
situationele/Teleologische: doelgebonden definitie
SZR = uitsluiting van bezorgdheid voor gebrek
– Link oudste gebruik term: Simon Bolivar (1819);
o Simon Bolivar was een vrijheidsstrijder die het belang van SZR wilde opnemen in het staatsbestel
– Term ‘Sociale zekerheid’ of ‘social security’
o Social Security Act VS (1935) en “Freedom from want” Roosevelt (1941),
o ook Social Security Act Nieuw-Zeeland 1938
• Na ‘grote depressie’ in VS beurscrash 1929
– Internationale documenten zoals Verklaring van Philidephia 1944 inzake de internationale arbeidsorganisatie (IAO)
o Arbeidsvoorwaarden in haar enge betekenis; arbeidsduur, minimumleeftijd voor tewerkstelling
o IAO bestaat vandaag nog in het kader van VN -> de IAO van 1919 werd hertekend in 1944 door de
aanzienlijke sociale veranderingen na WOI en WOII
o Ook in deze verklaring zien we de term ‘social security’ terugkomen
3
, – Realiteit vs. ideaal: uitsluiting bezorgdheid gebrek is onvoltooid doel, sociale zekerheid is streven naar zekerheid
o Sociale zekerheid is een streven, dat verband houdt met de kwetsbaarheid van de mens in zijn
maatschappelijke context (arbeid is noodzakelijk om te voorzien in levensonderhoud) en er op gericht is de
menselijke basisbehoefte aan sociale veiligheid of bestaanszekerheid te vervullen.
o Ambitie om toestand van vrijwaring van gebrek te realiseren
o Echter is er sprake van een specificiteit! Men kan niet ALLE kosten en problemen uit de samenleving bannen.
– Verband vervulling basisbehoefte aan “veiligheid”
o Verband intrinsieke kwetsbaarheid mens (kindertijd, handicap, ziekte, ouderdom)
o Versterkt door maatschappelijke context (nood aan financiële middelen om in levensonderhoud en
(medische) zorg te voorzien, begrensde mogelijkheden om wettig inkomen te vergaren)
– Specifieke focus op noden met maatschappelijke oorzaak én maatschappelijk belang tot leniging:
o Historisch ontwikkelingspatroon: compenseren onwenselijke gevolgen economische productie en
verdeling welvaart
• Schade waarvan men heeft ingezien dat de oorzaak van de schade maatschappelijk is.
o Oude problematiek armoede: leniging middels bijstandsvoorzieningen
o Nieuwe vormen van bestaansonzekerheid sinds industriële revolutie: leer “sociale risico’s” structureert
samenspel sociale verzekeringen en bijstandsvoorzieningen
SOCIALE RISICO’S
meest klassieke omschrijving: verwijzing naar de (9) “sociale” risico’s
– Conventie IAO nr.102 over minimum normen in sociale zekerheid (1952):
o Adhv sociale risico’s:
1. gezondheidsverzorging,
2. loonvervanging bij ziekte,
3. moederschap (zwangerschap en geboorteverlof)
4. invaliditeit,
5. ouderdom,
6. vroegtijdig overlijden (van persoon van wie men economisch afhankelijk is bv. echtgenoot,
ouder,voogd)
7. arbeidsongeval of beroepsziekte,
8. kinderlast (kosten bij geboorte van kind)
9. werkloosheid
• In de zin van de instrumentele definitie
– Sociale risico’s zijn te onderscheiden van particuliere risico’s, wat deel uitmaakt van het domein van private
verzekeringen
o risico = kans dat men wordt blootgesteld aan een bepaald gevaar (schade) + de omvang de schade (kans x
effect)
– sociale risico’s tasten bestaanszekerheid aan:
o door vermindering inkomen
o door vermeerdering uitgaven bv. ziekenhuisopname, medicatie, onderzoeken,
– ook verwijzing naar deze risico’s overgenomen in bv. EG-Verordening 883/2004
o (vervangt vroegere Verordening 1408/71)
• = zeer ruime definitie, gedefinieerd vanuit risico’s en niet beperkt tot “uitkeringen” maar allerlei
andere maatregelen van preventieve of curatieve aard
– Maar wat met bv. verlies aan zelfredzaamheid? -> wordt in principe geen rekening mee gehouden in het huidig SZR
o In de risicoverzekeringen wordt er in principe wel al rekening mee gehouden bv. in het kader van de regeling
va arbeidsongevallen wanneer men hulp van derde nodig heeft wordt hier ook een vergoeding voorzien
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper uarechtenstudent24. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,46. Je zit daarna nergens aan vast.