De nieren wegen 150 gram en liggen met de bovenpool ter hoogte van Th12. Nieren zijn opgebouwd
uit nefronen. De nier bevat 1 miljoen nefronen. Er wordt een tweedeling gemaakt in:
- Juxtramedullaire nefronen (15%, reiken tot in de medulla)
- Corticale nefronen (85%, reiken minder diep)
De corticale nefronen verschillen van de juxtamedullaire nefronen betreft:
- Aantal
o De verhouding corticale nefronen: juxtamedullaire nefronen is 7:1.
- Ligging
o Corticale nefronen liggen in de buitenste delen van de schors, terwijl de
juxtamedullaire nefronen op de grens tussen de cortex en de medulla liggen.
- Lis van Henle
o De lissen van Henle van de corticale nefronen zijn korter en liggen vrijwel geheel in
de schors.
o De juxtamedullaire nefronen hebben lange lissen van Henle die ver in de papillen
doorlopen.
Bloedvoorziening van de nier
- Bloed wordt aangevoerd vanuit de a renalis naar de afferente arteriole. Deze vormt de
glomerulus en gaat dan verder als efferente arteriole
- De efferente arteriole vormt een twee vaatnetwerk rondom de tubuli vasa recta
Fysiologie van de nier
De nier heeft verschillende functies
- Verwijderen van afvalstoffen
- Regulatie van extracellulair volume
- Zuur-base evenwicht
- Water en zout huishouding
- Hormoonproductie
1
,Samenvatting nierschade
Note: in de praktijk wordt de nierfunctie meestal aangeduid als de snelheid van de glomerulaire
filtratie (GFR)
Processen in de nier
- Glomerulaire filtratie
- Tubulaire reabsorptie
- Tubulaire secretie
- Hormoonproductie (o.a. EPO, vitamine D en renine)
Glomerulaire filtratie
- De nieren filteren ongeveer 20-25% van het HMV 160/180 liter per dag (waarvan je slechts
2-3 liter uit plast)
- Filtratie hangt af van:
o Drukverschil over de capillaire membraan
o Doorstroming door de glomerulus
o Filtratieoppervlak
o Permeabiliteitscoëfficiënt
- Water en kleine moleculen kunnen door de glomerulus heen, grotere moleculen (zoals de
meeste eiwitten) niet
- De glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) is de hoeveelheid plasmawater die de glomerulaire
filter per tijdseenheid passeert. Dit is afhankelijk van de weerstand in de efferente en afferente
arteriole en het circulerend volume autoregulatie.
o Normaalwaarden = > 90 ml/min/1.73 m2
Voor mannen: 125 ml/min/1.73 m2
Voor vrouwen: 100 ml/min/1.73 m2
Renale autoregulatie:
- Dilatatie van afferente arteriole of constrictie van de efferente arteriole hogere bloedflow
meer filtratie
- Constrictie van de afferente arteriole of dilatatie van de afferente arteriole lagere bloedflow
minder filtratie
Autoregulatie = het constant houden van de renale doorbloeding en de glomerulaire filtratie binnen
bepaalde grenzen
Klaring
- De hoeveelheid plasma die per tijdseenheid volledig van een stof kan worden ontdaan
Ux∗V
- Formule: Cx =
Px
o Waarbij: Cx = klaring van de stof in ml/min, Ux = concentratie van de stof in de urine
in µmol/l, Px = concentratie van de stof in het plasma in µmol/l, V = hoeveelheid urine
in ml/min
- Let op: klaring is dus in ml/min !
Klaring als maat voor de GFR
- Indien je een stof als marker wilt gebruiken voor de GFR dan moet deze wel voldoen aan
specifieke eisen, namelijk:
o Deze marker moet volledig oplosbaar zijn in (plasma)water
o Deze marker moet niet gebonden zijn aan eiwit
o Deze marker moet niet door de tubuli worden verwerkt (absorptie en/of secretie)
Een stof die aan deze eisen voldoet is inuline. Dit is echter van nature nauwelijks aanwezig in het
bloed en wordt alleen gebruikt bij invasieve tijdrovende metingen. Daarom gebruiken we in de
praktijk creatinine. Creatinine is een afbraakproduct van creatinefosfaat in spierweefsel en wordt door
het lichaam met een vrij constante snelheid geproduceerd, afhankelijk van de aanwezige hoeveelheid
2
,Samenvatting nierschade
spiermassa. Het wordt in de nier hoofdzakelijk passief gefiltreerd, hoewel een klein gedeelte actief
wordt uitgescheiden. Hierdoor ontstaat in het bloed een evenwichtsspiegel die het resultaat is van de
productiesnelheid in de spieren en de klaring door de nieren. De creatinineklaring is hierdoor een
bruikbare maat die iets zegt over de glomerulaire filtratiesnelheid.
Creatinine ondergaat echter wel degelijk een tubulaire bewerking. In de proximale tubulus wordt
namelijk creatinine uitgescheiden in de urine. Daarmee komt zo’n 10-15% meer in de urine terecht
dan je op grond van alleen glomulaire filtratie zou verwachten. Als je de formule U*V/P beschouwt
betekent dat hiermee de creatinineklaring zo’n 10-15% overschatting geeft van de daadwerkelijke
GFR. Dit wordt nog meer bij een afnemende GFR.
Dat betekent dat je de hoeveelheid creatinine in de 24-uurs urine kunt schatten aan de hand van de
verwachte endogene productie welke afhankelijk is van de totale spiermassa. Een vrouw van
gemiddelde lengte en gewicht zal zo’n 8-10 mmol/dag uitplassen en een man met gemiddeld lengte en
gewicht zo’n 12-15 mmol/dag. In het bloed worden normaal gesproken creatininespiegels van 60-110
µmol/l (voor mannen) gevonden. Voor vrouwen liggen de waarden tussen de 50-90 µmol/l
- Let op:
o Bij een goede nierfunctie: creatinine in het bloed is laag, creatinine in de urine is hoog
o Bij een slechte nierfunctie: creatinine in het bloed stijgt, creatinine in de urine daalt
Nierfunctie meten
- In het ideale scenario zou je inuline gebruiken om de nierfunctie te meten maar dit is
tijdrovend en ingewikkeld
- In de praktijk schat je de GFR aan de hand van formules en de (serum)concentratie creatinine
Processen in het nefron
Het nefron - 4 delen
- Lichaam van Malpigi (Glomerus en kapsel van Bowman) ultra filtratie
- Proximale tubulus
- Lis van Henle
- Distale tubulus en verzamelbuis extra secretie van toxische stoffen en resorptie van stoffen
die je graag wilt houden
Anatomie van het nefron
3
, Samenvatting nierschade
De glomerulus ligt in het kapsel van Bowman. Het glomerulaire filter bestaat uit endotheel, de
glomerulaire basaal membraan en negatief geladen podocyten. Vlak bij de glomerulus ligt het
juxtoglomerulaire apparaat (deel van de distale tubulus). Deze bestaat uit 3 soorten cellen:
- Ruyter cellen (produceren renine)
- Mesangium cellen (vasoconstrictie en vasodilatatie reguleren de renale bloedflow onder
invloed van angiotensine II)
- Macula densa (epitheel cellen van de distale tubulus)
Het lichaampje van Malpighi
- Bestaat uit het kapsel van Bowman en de glomerulus
- Hier vindt ultrafiltratie plaats
- Afhankelijk van:
o 1. Hydrostatische druk
Hoe hard drukt het bloed op het kapsel van Bowman
Afhankelijk van de afferente arteriole en de efferente arteriole
Stel: hele lage druk in de afferente arteriole (wijd) en hele hoge druk
in de efferente arteriole (smal) enorm drukverval productie
ultrafiltraat
De afferente arteriole wordt open gehouden door prostaglandine
De efferente arteriole wordt smal gehouden door angiotensine II
o 2. Oncotische druk
Speelt een kleine rol
Belangrijk omdat een hogere oncotische druk de vorming van filtraat wel
tegen kan gaan
Eiwitten kunnen niet door de negatief geladen podocyten en de GBM
heen trekken water terug uit het ultrafiltraat
Wat vormt het kapsel van Bowman?
- Endotheliale cellen
o De endotheliale cellen van de glomerulus vertonen weliswaar fenestraties, maar op
deze cellen bevindt zich de glycocalyx/endothelial surface layer (“suikerspin”) welke
o.a. sterk negatief geladen is.
- Epitheliale cellen
o Epitheliale cellen (podocyten) staan met hun voetuitsteeksels op de glomerulaire
basale membraan en de ruimte tussen de voetjes wordt opgevuld door een zogenaamd
spleetdiafragma welke verantwoordelijk is voor een belangrijk deel van de ladings-
en grootte afhankelijkheid van de nierfilter.
- Glomerulaire basaal membraan
o Aan de GBM werd tot voor enige jaren geleden de belangrijkste rol toegedicht
betreffende de permeabiliteit van de nierfilter; intussen lijken de endotheelcellen en
podocyten hier een steeds belangrijkere rol te spelen
Proximale tubulus
- Resorptie van:
o Water
o Natrium, chloride
o Aminozuren, urinezuur
o Suiker, kleine eiwitten
- Kun je zien als het werkpaard van de nier er zitten hier heel veel pompen voor actief
transport (en dus ook veel mitochondriën)
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper KimVandenput. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.