100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting klinische vraagstukken E1 algemene klachten, infectieziekten en endocriene ziekten €5,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting klinische vraagstukken E1 algemene klachten, infectieziekten en endocriene ziekten

 45 keer bekeken  0 keer verkocht

Samenvatting klinische vraagstukken E1 algemene klachten, infectieziekten en endocriene ziekten

Voorbeeld 4 van de 48  pagina's

  • 13 april 2019
  • 48
  • 2018/2019
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (119)
avatar-seller
KimVandenput
Samenvatting algemene klachten, infectieziekten en endocriene ziekten


Samenvatting klinische vraagstukken Algemene klachten, infectieziekten en endocriene ziekten

Hypofyseaandoeningen
Hypothalamus en de hypofyse
- Voorkwab = adenohypofyse
- Achterkwab = neurohypofyse

Producten van de hypofyse
- Voorkwab (produceert zelf hormonen onder invloed
van releasing hormones)
o ACTH (bijnierschors  cortisol)
o TSH (schildklier)
o FSH (gonaden)
o LH (gonaden)
o Prolactine (melkproductie)
o Groeihormoon (spieren, vetmetabolisme en via IGF1 op het skelet (groeischijven))
- Achterkwab (een doorgeefluik van de hormonen die gemaakt worden in de hypothalamus)
o Vasopressine (ADH, terugresorptie van water/osmoregulatie)
o Oxytocine (bevalling (uteruscontracties), afgifte van melk)

Verschillende assen
Somatotrope as: GHRH  groeihormoon  direct effect + stimuleert IGF1 productie door de lever
- Piek vooral in de nacht
- Somatostatine remt de GH afgifte
- Directe effect GH: diabetogeen effect
Corticotrope as: CHR  ACTH  bijnier maakt cortisol
Gonadotrope as: GnRH  FSH/LH  testes/ovarium  testosteron/oestrogeen
Thyreotrope as: TRH  TSH  schildklier maakt T4 (thyroxine), T3
Mammotrope as: prolactine  borst (melkvorming)
- Wordt geremd door dopamine

Tertiaire stoornis: stoornis op het niveau van de hypothalamus
Secundaire stoornis: stoornis op het niveau van hypofyse
Primaire stoornis: stoornis op het niveau van het eindorgaan

Hypofyse
- Diameter 8-9 mm
- Gewicht 0.5 gram
- Neurohypofyse  bright spot op de MRI
o Adenohypofyse is grijs, de neurohypofyse hoort een wittig plekje
te zijn
- Bij zwelling van de hypofyse
o Compressie chiasma opticum  bitemporale hemianopsie
 Uitval van de laterale gezichtsvelden
o Bij doorgroei in de sinus cavernosus  oogspierparesen (door
compressie van NIII, NIV, NVI)  scheelzien en dubbelzien

Ziektebeelden
- Hypothalamus/hypofyseachterkwab
o Centrale diabetes insipidus
o SIADH (syndrome of inappropriate ADH secretion)
- Hypofysevoorkwab


1

,Samenvatting algemene klachten, infectieziekten en endocriene ziekten


o Hypopituitarisme (= uitval hypofyse voorkwab)
o Prolactioom
o Ziekte van Cushing
o Acromegalie

Diabetes insipidus
- Een gebrek aan ADH, door:
o Centraal: te weinig ADH-werking door:
 Te weinig aanmaak (hypothalamus) of afgifte (hypofyse)
o Nefrogeen: ongevoeligheid voor ADH door de ADH-receptor
- Beeld: (de kraan blijft open staan)
o Polyurie en polydipsie (ook nachtelijk)
o Urine zeer 'waterig'
o Zoeken naar water, 'alles ervoor over', enorme dorst, drinken 4-14 liter per dag
o Evt symptomen door dehydratie (hoofdpijn, sufheid, verwardheid)
- Diagnostiek
o Dorstproef, onder klinische controle (max 36 uur)
 Opname, patiënt mag niet drinken
 Meting van diurese, plasma natrium, osmolaliteit plasma, urineproductie,
gewicht en bloeddruk
 Normaal gesproken zal de plasmaosmolaliteit gelijk blijven en de urine
osmolaliteit toenemen
 Bij voortgaande diurese, oplopend plasma natrium/osmolaliteit, zonder dat
urine osmolaliteit toeneemt  bevestigt de diagnose diabetes insipidus
o Op het eind: toediening desmopressine
 Onderscheid tussen centraal en nefrogeen
 Reageert de patiënt hierop en stopt de diurese  centrale diabetes insipidus
 Reageert de patiënt hier niet op  nefrogene diabetes insipidus
o Bij een centrale diabetes insipidus wordt daarna een MRI gemaakt van het hypofyse-
hypothalamusgebied
- Behandeling
o Uitleg + adviezen
o Bij centrale diabetes insipidus: desmopressine oraal of nasaal (neusspray)
 Als er nog wel enige ADH-reserve is, kan je ook behandelen met
carbamazepine, dit stimuleert de ADH-productie
o Bij nefrogene diabetes insipidus: thiazidediuretica (door nefroloog)
 Hierdoor ga je meer natrium uitscheiden  plasmaosmolaliteit daalt 
activatie RAAS  vasoconstrictie + terugresorptie natrium (waarmee je ook
vocht meetrekt uit de urine)

Dorst? Plasma Na+ Plasma osmol Urine osmol
Diabetes insipidus (centraal of nefrogeen) Ja Stijgt Stijgt Daalt
SIADH of overdosering desmopressine Nee Daalt Daalt Stijgt

Note: ADH kun je zelf niet betrouwbaar meten. Co-peptin is een stofje dat samen met ADH wordt
aangemaakt en wellicht in de toekomst een rol in de diagnostiek

Syndrome of inappropriate ADH secretion (SIADH)
- Niet echt één ziekte, meer een fenomeen wat opspeelt bij andere ziekten
- Overmatige ADH-afgifte met als gevolg waterretentie en hyponatriëmie
- Beeld
o Malaise, maagklachten, milde gewichtstoename (bij een Na + < 120 mmol/l)


2

,Samenvatting algemene klachten, infectieziekten en endocriene ziekten


o Verwardheid, sufheid, convulsies, coma (bij een Na + < 110 mmol/l)
o Meestal secundair aan een ander ziektebeeld
- Oorzaken van SAIDH
o Cerebrale ziekten (bloeding, trauma, infectie, tumoren)
o Medicatie (carbamazepine, chloorpropamide, cyclofosfamide, xtc)
o Endocrien ((secundaire) bijnierschorsinsufficiëntie, ernstige hypothyreoïdie)
o Longziekten (kleincellig longcarcinoom, TBC, pneumonie)
o Operaties in thorax/buik of hypothalamus-hypofysegebeid
o Overig (HIV-infectie, porfyrie)
- Diagnostiek
o Plasma en urine natrium, plasma en urine osmolaliteit
o Uitsluiten andere oorzaken hyponatriëmie (o.a. bijnierschorsinsufficiëntie)
- Behandeling
o Indien ernstig: start met sterk geconcentreerde NaCL (2.5-3%) oplossing i.v.
o Indien niet ernstig: vochtbeperking
o Risico behandeling: te snelle stijging van het plasma natrium met als gevolg
osmotische cerebrale schade, centrale pontiene myelinolyse (irreversibel) 
myelineschede in de pons gaat kapot

(pan)hypopituitarisme = uitval van hypofyse functie(s), leidend tot
- Secundaire bijnierschorsinsufficiëntie
- Secundaire hypothyreoïdie
- Secundaire hypogonadisme
- Groeihormoondeficiëntie
Overlappende symptomen: vermoeidheid, kouwelijkheid, obstipatie, gewichtsverlies of toename,
verminderd libido, uitblijven van menstruatie

Partieel hypopituitarisme: uitval van een deel van de hypofysevoorkwab
Hypopituitarisme: volledige uitval hypofysevoorkwab
Panhypopituitarisme: uitval van alle hormonen van de hypofysevoorkwab en -achterkwab
(dan dus ook diabetes insipidus)

Oorzaak hypopituitarisme
- Hypofysetumoren (benigne adenohypofyse, macroadenomen, craniofaryngioom,
epidermoïdcyste, metastasen)
- Ischemie (syndroom van Sheehan  tijdens een gecompliceerde bevalling met fluxus post
partum  te lage perfusie  irreversibele ischemie)
- Trauma, chirurgie, radiotherapie (bv nasopharynxcarcinoom)
- Infectie (TBC, meningitis)
- Auto-immuun: lymfocytaire hypofysitis (lymfocyteninfiltratie, zeldzaam)
- Granulomateus (sarcoïdose, vooral in de hypofysesteel)
- Congenitaal (partiële deficiëntie of niet aangelegde hypofyse)

Diagnostiek: testen om het functioneren van de verschillende assen te beoordelen
- Reservefuncties van de hypofyse: TRH-, CRH-, GnRH-, GHRH-test
- Insulineintolerantietest (voor groeihormoon en ACTH-reserve)
o Zowel cortisol als groeihormoon verhogen de glucosespiegel
o Bij het toedienen van insuline, induceer je een hypoglycemie  GH en cortisol
zouden moeten stijgen bij een werkende hypofyse
- GHRH-arginine-infusietest (voor groeihormoonreserve)
Daarnaast wordt een MRI van de hypofyse en de hypothalamus gemaakt en de gezichtsvelden worden
onderzocht, om eventuele hypofysetumoren vast te stellen



3

, Samenvatting algemene klachten, infectieziekten en endocriene ziekten



Behandeling hypopituitarisme  substitutie van producten van de eindorganen
Secundair hypocortisolisme Hydrocortison
Secundaire hypothyreoïdie Levothyroxine
Secundair hypogonadisme V: oestrogeen, progesteron (tot +- 50j)
M: testosteron
Gondanotrofines (vooral bij kinderwens)
Groeihormoon deficiëntie Groeihormoon
Diabetes insipidus Desmopressine

Let op: door hypopituitarisme valt de HPA-as uit, waardoor er te weinig cortisol geproduceerd wordt.
Dit kan leiden tot een Addisoncrisis en levensbedreigend zijn!

Groeihormoonuitval: lengtegroei blijft achter, spier-vet verhoudingen veranderen bij een uitval van
groeihormoon
Bij volwassenen juist spier/vet verhouding; vitaliteit in gedrang (makkelijker aankomen, minder grote
inspanningstolerantie, osteoporose)
Behandeling: GH suppletie

Hypofysetumoren
- Zeldzame (meestal benigne tumoren)
- Verdeling gebaseerd op:
o Grootte: macroadenoom > 1 cm of een microadenoom < 1 cm
o Endocriene activiteit: wel/niet
o Locatie: intrasellair, suprasellair, parasellair en invasief in de sella bodem
- Soorten tumoren
o Prolactine-prodcurend (=prolactinoom, meest frequent: 30-55%)
o Niet endocrine functionerende tumoren (30%)
o GH-producerend (acromegalie, 12%)
o ACTH-producerend (ziekte van Cushing, 14%)

Symptomen bij een niet-endocrien actieve hypofysetumor
- Druk van het gezwel op het normale hypofyseweefsel en/of op het omgevende weefsel leidt
tot
o Hypopituiratisme
o Diabetes insipidus
o Gezichtsvelduitval
o Hoofdpijn (door rek op de hersenvliezen)
- Behandeling niet-endocrien actieve hypofysetumor
o Expectatief (radiologische follow-up)
o Operatieve verwijdering: endoscopisch transsphenoidaal
 Via de neus (sinus sphenoïdalis)
o Radiotherapie

Prolactinoom (prolactine-producerende hypofyse tumoren)
- Hypofyseadenoom met overproductie prolactine
- Hyperprolactinemie remt GnRH (LHRH) waardoor uitval van de hypofyse-gonade-as
o Zet de fertiliteit stop
- Beeld
o (v) uitval menstruatie, galactorrhoe (melkvloed), mastodynie (stuwing)
o (m) verminderd libido, impotentie, gynaecomastie (borstvoeding)
o Hoofdpijn, gezichtsvelduitval, liquorlek
o Uitval andere hypofysehormonen


4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper KimVandenput. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53068 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,49
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd