Samenvatting recht hoofdstukken: 1, 2, 6, 8, 9, 11, 12, 13, 18
Hoofdstuk 1 Het recht
1.2 omschrijving en doel van het recht
Het recht wordt gezien als een belangrijk instrument om de samenleving te beïnvloeden.
Wat het recht precies moet bereiken, welk doel wordt nagestreefd, is zaak van politieke
keuzes. Bij het vaststellen van rechtsregels moeten voortdurend inhoudelijke keuzes worden
gemaakt, waardoor woorden als ‘rechtvaardigheid en ‘bescherming’ van de zwakken handen
en voeten krijgen. Al met al zal duidelijk zijn dat de inhoud van het recht door de politiek
wordt bepaald. Daarom verschilt het van land tot land.
Los van de politiek-inhoudelijke keuzes noemen veel juridische schrijvers als belangrijkste
doel van het recht: het ordenen van de samenleving en het geven van regels om conflicten
op te lossen zodat de orde kan terugkeren. Door deze regels kan het samenleven van
mensen ordelijk verlopen.
Als er verschillende rechtsregels botsen, geeft de wet niet meteen duidelijkheid over de
vraag welke rechtsregel in de casus het sterkst is. Daarom speelt de rechter in ons recht een
belangrijke rol. Als de partijen er niet uitkomen moet de rechter uitmaken wat ‘recht’ is in
een bepaald conflict.
1.3 rechtsgebieden
Recht wordt ingedeeld in verschillende onderdelen, die rechtsgebieden worden genoemd:
- Staatsrecht: het staatsrecht geeft grondregels voor de organisatie van de Staat. Het
biedt een beschrijving van de verschillende organen van de Staat, van hun onderlinge
verhoudingen en van de relatie tussen burger en overheid. In het staatsrecht gaat het
bijvoorbeeld over de regering en de Tweede Kamer, over hun onderlinge
verhoudingen, over de positie van het staatshoofd, van de gemeenteraad en van de
burgermeester, over de verhoudingen tussen landelijke overheid en gemeentelijke
overheid en over de rechten van burgers in de Staat organisatieplaatje van de
overheid. Het schetst de overheid ‘in ruste’.
- Bestuursrecht: het bestuursrecht houdt zich bezig met de overheid in actie. Het geeft
regels over de bestuurstaak van de overheid. Met bestuurstaak bedoelen we de
ordenende taak van de overheid. Denk aan zaken als de zorg voor het milieu, het
onderwijs, het welzijn etc. Het bestuursrecht geeft regels voor de uitoefening van
deze veelzijdige bestuurstaak. Bij het uitoefenen van deze taak komt de overheid
veelvuldig met burgers in aanraking: burgers die vergunningen vragen om een boom
te kappen etc. Wat de overheid in dit soort contracten wel en niet mag doen, hoe ze
zich ten opzichte van burgers dient te gedragen, wordt beschreven in het
bestuursrecht. Daarnaast biedt het bestuursrecht burgers recht op bezwaar en
beroep als ze zich tegen handelingen of besluiten van de besturende overheid willen
verzetten.
- Strafrecht: wat is kenmerkend aan het strafrecht? Typerend is dat het verboden
gedragingen beschrijft waarop straf staat. Wie zich toch schuldig maakt aan zo’n
gedraging, kan door de rechter gestraft worden. De wetgever neemt een bepaalde
gedraging op in het strafrecht als hij vindt dat deze gedraging de rechtsorde zozeer
, schendt, dat een bestraffende reactie van de overheid moet volgen. In het strafrecht
spelen politie, OM en de rechter een belangrijke rol. De politie spoort strafbare feiten
op en de personen die van deze feiten verdacht worden. Het Openbaar Ministerie
beslist op basis van het opsporingsonderzoek of de verdachten zullen worden
vervolg. Dit wil zeggen dat de zaak aan de rechter wordt voorgelegd. Het is de taak
van de rechter om het bewijs te beoordelen dat het OM voor de verdenking
aanlevert. Meent de rechter dat er voldoende bewijs is geleverd dat de verdachte het
strafbaar feit heeft begaan, dan is het ook de taak van de rechter om te beslissen of
en zo ja welke straf hij de veroordeelde oplegt. Het OM is er daarna verantwoordelijk
voor dat de veroordeelde de straf of feitelijk ondergaat.
- Burgerlijk recht: het burgerlijk recht regelt de rechtsverhouding tussen burgers
onderling. Deze rechtsrelatie kunnen heel verschillend zijn van aard. Zo zijn er
rechtsrelaties die op geld waardeerbaar zijn, en familierechtelijke relaties die niet op
geld waardeerbaar zijn. In het onderdeel personen-en familierecht gaat het vooral
over familierechtelijke verhoudingen in en buiten het gezin. Beschreven worden
onder andere: de aangifte van geboorte en overlijden, het naamrecht de afstamming
enzovoort.
In het vermogensrecht worden de rechtsbetrekkingen geregeld die op geld
waardeerbaar zijn. Anders gezegd, in het vermogensrecht worden alle bestanddelen
beschreven waaruit iemand vermogen kan zijn opgebouwd. Zo kan iemand vermogen
op een willekeurig moment bestaan uit: het recht van eigendom op zijn huis, de
schuld die de huiseigenaar heeft in verband met de geldlening bij de bank, het recht
op levering van een auto enzovoort. Het vermogensrecht beschrijft alle rechten
waaruit vermogen is opgebouwd, en beschrijft de rechten en de plichten die uit die
vermogensrechten voortvloeien.
Binnen het vermogensrecht heeft het erfrecht een specifieke plaats. Dit deel van het
vermogensrecht beschrijft wat er gebeurt met het vermogen van een overledene.
Het erfrecht wijst de zogeheten wettelijke erfgenamen aan als de overledene geen
testament nalaat, en geeft regels over het opmaken van een testament.
Tot slotte behoort ook het rechtspersonenrecht tot het burgerlijk recht.
Rechtspersonen zijn organisaties en bedrijven die zelfstandig aan het rechtsverkeer
deelnemen. Het vermogen van de rechtspersonen staat los van het vermogen van de
bestuurders van deze rechtspersonen. Een rechtspersoon heeft dus een eigen
vermogen, kan zelf schulden maken of winst boeken. In het rechtspersonenrecht
worden twee ondernemingsvormen en twee samenwerkingsvormen beschreven die
rechtspersoonlijkheid bezitten.
Burgerlijk recht wordt ook wel het civiel recht of privaatrecht genoemd.
1.4 publiekrecht en privaatrecht
Een andere indeling van het recht is gebaseerd op de specifieke rol van de overheid in het
rechtsgebied. We spreken van publiekrecht als de overheid een geheel eigen taak of positie
in een bepaald rechtsgebied heeft. Het straatrecht, het bestuursrecht en het strafrecht
behoren tot het publiekrecht.
In het burgerlijk recht heeft de overheid geen specifieke taak, want daarin gaat het om
rechtsverhoudingen tussen burgers onderling. Het burgerlijk recht behoort tot het
privaatrecht.
,Binnen het publiekrecht heeft de overheid, zoals gezegd, een specifieke rol. Ze is daar, al
klinkt het zwaar, hoedster van het algemeen belang. Om het algemeen belang,
gemeenschappelijk belang van alle burgers, goed te kunnen behartigen, beschikken organen
van de overheid binnen het publiekrecht over specifieke bevoegdheden waarmee ze de
medewerking van burgers en organisaties zo nodig kunnen afdwingen.
Binnen het publiekrecht kunnen burgers en organisaties te maken krijgen met
overheidsoptreden dat hun privébelangen schaadt. Typerend voor het publiekrecht is dat
een overheidsorgaan op basis van publiekrechtelijke bevoegdheden zijn wil toch kan
doorzetten, ondanks verzet van burgers. De wetgever heeft die bevoegdheid verleend
omdat alleen zo het belang van de samenleving als geheel kan worden gediend.
Vanzelfsprekend hoeft een burger zich niet zomaar neer te leggen bij het publiekrechtelijk
optreden van een overheidsorgaan. Hij kan dit optreden voorleggen aan een onafhankelijke
rechter aan wiens oordeel ook een overheidsorgaan gebonden is.
Het publiekrecht, waartoe straatrecht, het bestuursrecht en het strafrecht behoren, bevat
wetten die overheidsorganen in staat stellen de samenleving te ordenen. De bevoegdheden
uit die wetten kunnen soms diep ingrijpen in het even van burgers en organisaties. Bij iedere
bevoegdheid die de overheid heeft, hoort een mogelijkheid voor de betrokken burgers en
bedrijven om zich bij een rechter te verzetten tegen de uitoefening van deze bevoegdheden.
1.5 materieel recht en formeel recht
Een derde indeling van het recht is het onderscheid tussen materieel en formeel recht.
Het materieel recht beschrijft rechten en plichten van mensen en instellingen. Het formeel
recht wordt pas van belang als materiële rechten geschonden worden. Het formeel recht
geeft namelijk antwoord op de vraag wat er kan worden gedaan tegen schendig van een
recht of een plicht uit het materieel recht. Of juridisch geformuleerd: het formeel recht
beschrijft hoe het materieel recht wordt gehandhaafd.
Samengevat kan worden gezegd dat het materieel recht, of het nu gaat om strafrecht,
burgerlijk recht of om bestuursrecht, de inhoud van het recht beschrijft, rechten en plichten,
en dat het formeel recht vooral procesrecht bevat.
In het staatsrecht wordt geen onderscheid gemaakt tussen materieel en formeel recht, want
het staatsrecht kent maar weinig handhavingsregels. In de meeste gevallen gaat de
wetgever er kennelijk van uit dat overheidsorganen geen dwang nodig hebben om zich aan
de regels uit het staatsrecht te houden.
1.6 overige indeling van het recht
- Nationaal en internationaal recht: ieder land is vrij om zijn eigen rechtsregels te
maken. Deze regels gelden alleen op het grondgebied van dat land. We noemen dit
het nationaal recht. Daarnaast is het internationaal recht, dat de rechtsrelaties
tussen verschillende staten regelt. Dit soort rechtsrelaties wordt vooral vastgelegd in
verdragen. Deze internationale verdragen bevatten soms regels waarmee de burgers
van de aangesloten lidstaten rechtstreeks te maken hebben. Te denken valt dat
, vooral aan de wetgeving van de EU. Deze Europese wetgeving heeft steeds meer
invloed op onze nationale wetgeving
- Objectieve en subjectieve recht: deze rechtsregels zoals we die onder andere in
wetten en verdragen vinden, vormen samen het objectieve recht. De rechten en
bevoegdheden die mensen aan dit objectieve recht ontlenen, worden subjectieve
rechten genoemd.
1.7 samenvatting
Het recht is het geheel van regels die de samenleving ordent. Het doel van het recht is het
ordenen van de samenleving, het voorkomen van conflicten en het geven van regels als er
toch conflicten ontstaan.
Het recht kan op een aantal manieren worden ingedeeld.
Om te beginnen is er de indeling naar rechtsgebied: staatsrecht, bestuursrecht, strafrecht en
burgerlijk recht.
Ook kan het recht worden ingedeeld op grond van de rol van de overheid. We spreken van
publiekrecht als de overheid een specifieke rol, een geheel eigen taak, in het rechtsgebied
heeft; in andere gevallen is er sprake van privaatrecht. Typerend voor het publiekrecht is dat
de overheid daarin, als bewaker van het algemeen belang, bevoegdheden heeft om haar
taken uit te oefenen. Het strafrecht, het staatsrecht en het bestuursrecht behoren tot het
publiekrecht. Het burgerlijk recht valt onder het privaatrecht.
Een volgende indeling maakt een onderscheid tussen de beschrijving van rechten en plichten
en de manier waarop deze rechten en plichten gehandhaafd worden. De rechten en plichten
vormen het materieel recht, de handhaving van het materieel recht noemen we het formeel
recht.
Een vierde indeling betreft de reikwijdte van het recht. De rechtsregels van een bepaald land
vormen het nationaal recht. Het internationaal recht beschrijft de rechtsrelaties tussen
staten onderling.
Ten slotte noemen we nog de indeling naar objectief en subjectief recht. Het objectief recht
is het recht zoals dit bijvoorbeeld in wetboeken en verdragen te vinden is. De rechten en
bevoegdheden die mensen aan dit objectieve recht ontlenen, wordt subjectieve rechten
genoemd.
H.2 Rechtsbronnen
Vier rechtsbronnen
1. Het internationaal verdrag: verdrag dat door ons land is ondertekend en is
goedgekeurd door de volksvertegenwoordiging wordt na bekendmaking in het
Tractenblad verbindend. Dit wil zeggen dat de tekst van het verdrag deel is gaan
uitmaken van onze nationale wetgeving.
2. De wet: er zijn zeer veel wetten in ons land, omdat de overheid zich door regelgeving
bemoeit met bijna ieder aspect van onze samenleving. Al deze zaken zijn diir middel