Samenvatting van tijdvak 8, Burgers en Stoommachines, in een tijdvakkendossier van Feniks geschiedenis voor VWO. Handig alle kenmerkende aspecten van dit tijdvak in een schematisch overzicht verwerkt. Met begrippen en definities, jaartallen, uitgelichte personen/gebeurtenissen en een aantal oefenvr...
* Van 1800-1900
* De Moderne tijd
* Van 1800-2000
* Op de achtergrond zie je een grand café waar deftige burgers
elkaar ontmoeten en op de voorgrond een fabriek. De rook uit de
fabrieksschoorsteen komt van de machines.
Dit tijdvak heeft zes kenmerkende aspecten:
1 De Industriële Revolutie die in de westerse wereld de basis legt voor een
industriële samenleving.
Aan het einde van de 15e eeuw werkten de meeste mensen in Europa in de landbouw. Het
werk van de ambachtsman moest voldoen aan de regels van zijn gilde, en die bepaalde
alles. Om aan de regels van de stedelijke gildes te ontkomen, ontwikkelde zich op het
platteland de huisnijverheid. De thuiswerkers waren afhankelijk van de ondernemer, maar hij
bemoeide zich verder niet met de productie.
In 1733 werd de eerste belangrijke uitvinding gedaan: de schietspoel. Hierdoor kwam de
productie erg hoog te liggen. Niet veel later kwam de spinning Jenny. Beide uitvindingen
werden gebruikt in de huisnijverheid. Daarentegen kon het ‘waterframe’ niet thuis worden
bediend, aangezien er waterkracht nodig was. Hierdoor ging men in de katoennijverheid over
van de productie in de huisnijverheid naar productie in de fabriek. De machines moesten
zoveel mogelijk draaien. Hiervoor werden hele families van het platteland naar de fabriek
gehaald. De ‘mill’ moest wel aan een rivier staan met snelstromend water. Maar
ondernemers wilden niet meer afhankelijk zijn van waterkracht, en zochten daarom naar
andere manieren om de machines aan te drijven. Die werd gevonden in de stoommachine.
James Watt verbeterde de eerste stoommachine en zo kon die voor allerlei doeleinden
worden gebruikt, en ook kon die de functie van het waterrad overnemen. Voor de nieuwe
fabrieken gold dat elke plek kon worden gebruikt. De voorkeur lag midden in de stad: zo ging
er geen tijd verloren van de arbeiders. De fabrieken kwamen razendsnel opzetten.
De industrie die in Engeland opkwam veranderde de economie enorm. De agrarisch-urbane
samenleving veranderde in een industriële samenleving. Allereerst verdween huisnijverheid
en veel mensen werkten nu in de industrie. Ten tweede kwam een snelle bevolkingsgroei en
urbanisatie opzetten. En tot slot was er een enorme uitbreiding van de mogelijkheden voor
vervoer, zoals de stoomlocomotief.
Er was sprake van een Eerste en Tweede Industriële Revolutie. Bij de Eerste was steenkool
voor stoommachines de belangrijkste energiebron. Maar in de tweede helft van de 19e eeuw
werden aardolie en elektriciteit de nieuwe energiebronnen. De overgang van de Eerste naar
de Tweede Industriële Revolutie betekende ook een overgang van een economie gebaseerd
op de productie van kapitaalgoederen naar een economie die gebaseerd was op de
productie van consumptiegoederen.
Industriële revolutie: Overgang van een economie van vooral landbouw en (huis)nijverheid
naar een economie waarin goederen vooral machinaal en in fabrieken worden
geproduceerd.
Industriële samenleving: Samenleving waarin de meeste mensen in fabrieken werken en in
steden wonen.
Huisnijverheid: Het aan huis maken van producten. Een ondernemer levert hiervoor de
grondstoffen en hulpmiddelen, en neemt de eindproducten af.
Urbanisatie: Het verschijnsel dat mensen in de steden gaan wonen. In de negentiende
eeuw gebeurde dat massaal.
Titel: Uitvindingen en ontwikkelingen met betrekking tot de Industriële Revolutie
, Na1850: er wordt
1764: 1769: uitgevonden hoe
Hargreaves Arkwright elektrische verlichting
vindt de bouwt het zelfregelend kan
spinning waterframe worden gemaakt
Jenny uit
1700 1750 1800 1850 1900 1950
1733: 1750: Start 1778: Vanaf 1850:
John Kay Eerste James Watt Start Tweede
vindt de Industriële verbetert de Industriële
schietspoel Revolutie stoommachine Revolutie
uit in GB
Oefenopgave
Lange tijd was er een soort wedloop tussen wevers en spinners: een
uitvinding/verbetering voor het ene ambacht maakte een verbetering voor het andere
noodzakelijk. Leg dit uit.
Spinners konden met hun spinnenwiel onvoldoende garen spinnen om alle wevers aan het
werk te houden: voor het werk van één wever waren zeven of acht spinners nodig. Na de
uitvinding van de schietspoel werd dit probleem nog groter: er waren toen zo’n zestien
spinners nodig voor één wever. Hierdoor ging men bewust zoeken naar verbeteringen van
de spinmethoden. Na de uitvinding de spinning Jenny en het waterframe produceerden
spinners juist weer meer garen dan de wevers konden verwerken. Daardoor ging men
bewust op zoek naar manieren om het weefproces op een snellere manier te laten verlopen.
Er was dus sprake van een soort wedloop tussen de wevers en de spinners.
Op de afbeelding zie je James Watt (1736-
1819), een Schotse ingenieur en uitvinder, bij
een schaalmodel van zijn verbeterde
stoommachine. Hij wordt beschouwd als de
uitvinder van de moderne stoommachine, maar
ook heeft hij het kopieerapparaat uitgevonden.
Vanaf 1775 werkte Watt doelbewust aan het
ontwikkelen van een betere stoommachine. Tien
jaar later was hij daarmee klaar. Tot aan het
begin van de 20e eeuw zou het basisprincipe van
de stoommachine niet meer veranderen.
2 De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de
industrialisatie
Het aantal geproduceerde goederen nam enorm toe tijdens de Industriële Revolutie. Er was
veel vraag naar grondstoffen daardoor, maar de meeste industrielanden hadden zelf niet
voldoende. De Europeanen richten zich daarom op het veroveren van delen van Afrika en
Azië. Engeland was hierin leidend. Tegelijkertijd werd het vinden van afzetmarkten als
motief voor kolonisatie ook steeds belangrijker toen bij andere Europese landen de
Industriële Revolutie doorzette. Engeland had namelijk niet meer haar Europese landen als
afzetmarkt. Het was daarom handig om de gebieden waar de grondstoffen vandaan
kwamen, ook te gebruiken als nieuwe afzetmarkten voor de industriële producten. Andere
landen volgden het Britse voorbeeld. Men wilde daarbij ook macht en aanzien voor de eigen
natie verwerven. De gedachte was namelijk dat een land alleen meetelde als het veel
koloniën had. Maar naast de politieke en economische motieven, was er ook een
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rosaliedje. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.