Examenvragen:
1. De materialen (bouwsteen van een architect)
2. Theoretische vraag over de cursus
bv. 3 vormen van warmtetransport, ... karakteristieken van beglazing (akoestisch en thermisch)
3. Meerkeuzevragen (5-6) met ja of nee antwoorden (fout: gebeurd er niks)
4. Laatste 2 vragen: berekening van
o De u-waarde (warmtedoorgangscoëfficiënt (let op de eenheden: omzetten, ...!!!))
o Het temperatuursverloop tekenen doorheen de gevel en berekenen
Tip: als je de u-waarde berekend: je komt een waarde uit die hoger is dan 2 is het altijd fout! -> u-
waarde moet altijd kleiner zijn dan 2!
, 1 Inleiding
1.1 Kwalitatieve eisen voor een gebouw
De gebruiker staat centraal
1. Gezondheidsnoden van de gebruiker
2. Comfort van de gebruiker
2 soorten comfort:
1) Thermisch comfort: dat je ten alle tijden kan zeggen dat de living 20° is, ook in de winter.
-> als je dat niet kan garanderen heeft dat gevolgen voor de gezondheid van de gebruiker
2) Akoestisch comfort: akoestische isolatie tussen het ene appartement en het andere moet een
bepaalde waarde behalen
-> als dat niet is heeft dat een mentale gevolgen voor de gebruiker
Thermisch- en akoestisch comfort zijn 2 aspecten die met elkaar gelinkt zijn.
3) Voldoende ventilatie: in een woning kan een pollutie zitten (toxische stoffen: lijmen van de
meubels, ...) om die voldoende weg te diffusiëren moet je voldoende ventileren
-> verse lucht van buiten naar binnen, maar die verse lucht kan kouder zijn (bv kouder buiten
dan binnen, maar het moet)
-> ventilatie zorgt voor 20% van het volledige energetische verlies
Die comfort analyse komt vanuit een analyse dat gebeurd is bij de mensen (van 70% van de
mensen): statistisch gaan kijken
3. Duurzaamheid van de bouwconstructies (economisch / ecologisch / sociologisch)
o Economisch:
Het kan niet duurzaam zijn als het gebouw te duur is. Het moet zo optimaal nodig zijn. Men
moet een economisch plan maken op een midden- en lange termijn kijken hoeveel het
gebouw zal kosten.
bv. budget om het gebouw te onderhouden (veel beglazing -> kuisen)
o Ecologisch:
Materialen gebruiken die geen slechte impact hebben op het milieu (heel relatief: een
ranglijst en het varieert met de tijd en ook van regio/land)
o Sociologisch:
Wat is de functie van het gebouw? Heeft het gebouw een impact op de omgeving?
Bv. een rivier en je bouwt een gebouw met een brug -> sociologische impact op de omgeving
of bv. je hebt 5 mensen te werk gesteld vanuit de omgeving -> sociologische impact -> slecht
of goed? negatieve impact: slecht gebouwd dus trekt verkeerde mensen aan.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jayneosaer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,96. Je zit daarna nergens aan vast.