Een samenvatting van de leerdoelen van het vak biochemie van module c/circulatie blok voor de opleiding tot anesthesiemedewerker (2e leerjaar, eerste helft).
Dichtheid vloeistof: water P= 1,0 kg/L
Vaste stof heeft een hoge dichtheid= moleculen dicht op elkaar
P= m m = massa V = volume in cm3
V
Een stof met een lagere dichtheid dan water zal er altijd op blijven drijven, dezelfde
dichtheid zweeft in water en een hogere dichtheid zinkt in water. Water vormt
waterstofbruggen. Een H2O molecuul gaat een binding aan met een ander H2O
molecuul. Dit gebeurt met een H van de een naar de O van een ander. Dit zorgt ook
voor een grotere dichtheid dan andere vloeistoffen.
Kwik is het enige metaal dat bij kamertemp vloeibaar is.
Viscositeit noemen we ook wel stroperigheid. Hoe stroperiger hoe minder makkelijk
het uitschenkt. Hoe warmer de stroop hoe minder visceus de stroop wordt, de
temperatuur is dus ook van belang.
Van links naar rechts neemt de viscositeit toe:
Cohesie: is de aantrekking tussen moleculen van dezelfde soort
Adhesie: is de aantrekking voor een wand van glas of hout
,Druk van een vloeistofkolom:
Hoe hoger de kolom vloeistof hoe hoger de druk. Dat is te zien als je een gat maakt
in het vat en kijkt met welke kracht het er uit spuit. De vloeistofdruk is afhankelijk van
de hoogte en de dichtheid van de vloeistof.
Wet van Pascal:
De wet van Pascal zegt dat als je een druk uitoefent op een vloeistof die druk in de
vloeistof overal hetzelfde is.
Wet van Archimedes:
De wet van Archimedes is een klassieke wet in de natuurkunde en luidt: De
opwaartse kracht die een lichaam in een vloeistof of gas ondervindt, is even groot als
het gewicht van het verplaatste volume aan vloeistof of gas.
Communicerende vaten:
Als de buisjes niet al te dun zijn, staat het vloeistofniveau overal even hoog. De druk
op de vloeistof is overal gelijk en de vorm van het buisje doet er niet toe.
, Hydrostatica:
De druk is overal gelijk:
Kracht = druk x opp.
Dus bij een groter oppervlak heb je meer kracht dan bij een klein oppervlak.
Aan de linkerkant kun je een kleine kracht uit oefenen om aan de rechterkant een
zware last omhoog te krijgen:
Vergelijk het hefboomprincipe uit de mechanica.
Capillaire werking: Capillariteit is het verschijnsel in de natuurkunde dat een
vloeistof, bijvoorbeeld water, in een zeer fijn buisje stijgt, tegen de werking van de
zwaartekracht in, terwijl de vloeistofspiegel een concaaf (hol) oppervlak vormt.
Bij kwik is dat juist andersom.
Laminaire en turbulente stroming:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Rioch. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.