Dit document betreft een samenvatting van het boek Klinische Psychologie (4e editie) van Van Der Molen. Alle hoofdstukken die je moet weten voor het tentamen zijn in de samenvatting opgenomen. Sommige stukken zijn uitgebreider omschreven, andere stukken zijn beknopter (omdat ik van die stukken vind...
- Gaat om afwijkingen lastig voor persoon zelf
- Afwijkingen van de norm kunnen betrekking hebben op verschillende aspecten van
menselijk functioneren:
o Aspecten van individu: afwijkend gedrag, gedachten, belevingen
o In relatie met anderen
Aspecten van abnormaal gedrag
- Wanneer men gedraging als abnormaal beschouwt betekent niet meteen dat er
sprake is van psychische stoornis.
Zeven factoren
1. Persoonlijk lijden
2. (Dis)functionaliteit van gedrag
a. Mate waarin gedrag dagelijks functioneren en welbevinden van
individu/anderen ondermijnt. Beroepsmatig en relaties onderhouden.
3. Irrationeel en onbegrijpelijk gedrag
a. In gedrag geen logica/zin kunnen ontdekken.
4. Onvoorspelbaarheid en controleverlies
a. Gevoel van beheersing kan alleen ontstaan als gedrag van anderen enigszins
voorspelbaar is (anderen moeten zich consistent gedragen en zichzelf in hand
hebben).
b. In onvoorspelbare omgeving: kwetsbaarheid en bedreigd.
c. Of mensen gedrag als abnormaal beoordelen hangt af van situatie:
i. Controleverlies. Situaties waarin sociale regels die gewoonlijk gedrag
sturen plotseling niet meer werkzaam zijn. Gedrag is ontremd.
ii. Verlies van zelfbeheersing. Situaties waarin toeschouwer de
oorzaak/aanleiding gedrag niet kent en op dat moment ook niet kan
achterhalen.
5. Opvallend en onconventioneel gedrag
a. Gedrag dat sterk afwijkt van wijze waarop zij zichzelf gedragen. Als gedrag
ook nog eens opvallend is, is oordeel ‘abnormaal’ nog waarschijnlijker. Ook
nog sociaal onwenselijk, oordeel ‘pathologisch’.
6. Gedrag dat een ongemakkelijk gevoel bij anderen teweegbrengt
a. Observer discomfort. Impliciete sociale verwachtingen (‘restregels’). Bijv
naast iemand zitten in lege wachtruimte.
7. Overtreden van morele normen
a. Obv opvattingen over hoe met idealiter in moderne samenleving
functioneren, over hoe mens zich zou moeten gedragen.
Normaal en abnormaal: waar ligt de grens?
,Statistisch model
- Uitgangspunt: dat menselijke eigenschappen normaal verdeeld zijn in algemene
bevolking. Abnormaliteit bij extreem lage/hoge scores op schalen waarmee
eigenschappen betrouwbaar en valide worden gemeten.
Problemen
- Waar ligt precies grens tussen (ab)normaal?
- Model specificeert niet hoe ongewoon gedrag moet zijn om abnormaal te kunnen
noemen: sommige vormen van psychopathologie zijn zeer uitzonderlijk, is er geen
sprake van normaalverdeling, model is dan niet toereikend.
- Model maakt geen onderscheid tussen statistische afwijkingen die gepaard gaan met
individueel lijden en afwijkingen waarvoor dat niet geldt.
Medisch- of ziektemodel
- Psychische stoornissen zijn vergelijkbaar met somatische ziekten en dus beste te
verhelpen door onderliggende mechanismen te bestrijden.
- Mechanismen zijn somatogeen: lichamelijke aandoening ligt aan psych stoornis ten
grondslag.
- Mechanismen ook psychogeen: aan stoornis ligt psychologisch mechanisme ten
grondslag.
- Verhouding hulpverlener en patiënt meer autoritair.
Kritiek
- Dat er bij vele psych stoornissen niet een eenduidig onderliggend mechanisme is
aangetoond, zodat twijfelachtig is of wel sprake is van ziekte. Daardoor ook vraag of
term ‘genezing’ wel op zijn plaats is.
- Gebruik van begrippen zoals ziekte en therapie werkt stigmatisering in de hand.
Labeling-theorie → bestempeling als psychiatrisch patiënt werkt als selffulfilling
prophecy. Angst om gestigmatiseerd te worden bestaat nog steeds en zorgt ervoor
dat sommigen geen hulp zoeken.
Leer- of onderwijsmodel
- Er zijn geen duidelijke organische oorzaken. Stoornissen zijn ontstaan door verkeerd
verlopen leerprocessen.
- Psychische problematiek beschreven als persoonlijk probleem, niet als
ziekte/abnormaliteit. Bepalen van leerdoel, ipv ‘diagnose’.
, - Hulpverlener en patiënt meer gelijkwaardig. Samenwerkingsmodel, gedeelde
besluitvorming.
++
- Kans op stigmatisering is kleiner.
- Onderwijsmodel doet meer recht aan eigen verantwoordelijkheid van mensen met
persoonlijk probleem. Kennis en vaardigheden komen ter beschikking van leerling,
kan er gebruik van maken.
Kritiek
- Criterium voor bepaling grens tussen ziekte en gezondheid: verantwoordelijkheid.
Pas als mensen niet meer zelf verantwoordelijkheid kunnen dragen voor eigen
gedrag, en dus niet meer aanspreekbaar zijn op doen en laten, kunnen ze als ‘ziek’
worden beschouwd. Onderwijsmodel is dan niet goed bruikbaar. (Demarcatie
criterium van onderwijsmodel.)
Tot slot
- Ernst van klacht voor individu/omgeving, in combi met duur van klacht geeft aan of
sprake is van behoefte aan hulp/zorg.
, H2 – Theoretische benaderingen in de KP
Historische schets
- Hersenen zijn in hoge mate betrokken bij totstandkoming van psychopathologisch
gedrag.
- Beschadiging linkerfrontaalkwab leidt tot taalstoornis, Broca’s afasie.
- Griesinger: ‘geestesziekten zijn hersenziekten’.
- Ontwikkeling van neurowetenschappen leidde tot nieuwe toepassingen tav
psychopathologie, waaronder dubieuze behandelingen, zoals frontale lobotomie.
- Na intro van neuroleptica als chloorpromazine en haloperidol verbeterden
vooruitzichten van patiënten aanzienlijk.
- Later tweede generatie antipsychotica= atypische antipsychotica; minder
bijwerkingen en gewenning.
- Tegenwoordig: ‘samenhang tussen psychische processen, neurobio mechanismen en
omgeving’.
Genen
- Familiestudies
o Probleem: families delen niet alleen genen, ook omgeving.
- Tweelingstudies
o De mate waarin een eigenschap zoals een psychische stoornis bij beide leden
van tweelingen voorkomt= concordantie. Deze maat wordt uitgedrukt in een
coëfficiënt die varieert tussen 0 en 1: hoe hoger de concordantiecoëfficiënt,
hoe meer van de variantie van het kenmerk wordt verklaard door genetische
factoren.
o Als de concordantie bij eeneiige tweelingen aanmerkelijk hoger is dan bij
twee-eiige tweelingen, dan suggereert dat een genetische invloed. Ligt de
concordantie bij beide typen tweelingen in dezelfde orde van grootte, dan
pleit dat tegen een genetische bijdrage.
o ‘2 × (concordantie eeneiig – concordantie twee-eiig)’
o Invloed omgeving kan nooit geheel uitgesloten worden.
- Adoptiestudies
Hersenen
- Limbisch systeem, mn amygdala (emotie en motivatie). Amygdala is tevens belangrijk
onderdeel van saillantie-netwerk: neuraal netwerk dat signalen van beloning, gevaar,
pijn en bedreiging opmerkt en verwerkt. Amygdala werkt nauw samen met PFC.
- PFC → cognitieve processen en bij doelgericht gedrag. Door samenwerking kan PFC
regulatieve werking hebben op verwerking van expressie van emoties en
herinneringen.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper maxmax11. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.