Alle behandelde oefeningen van tijdens de les worden in mijn document volledig uitgewerkt
26 juni 2019
33
2018/2019
Samenvatting
Onderwerpen
macro
macro economie
economie
Gekoppeld boek
Titel boek:
Auteur(s):
Uitgave:
ISBN:
Druk:
Meer samenvattingen voor studieboek
Summary Intermediate Macroeconomics - Ba2 VUB
Macroeconomics 2 Midterm Summary
Macro-Economie
Alles voor dit studieboek
(4)
Geschreven voor
Vrije Universiteit Brussel (VUB)
Bedrijfskunde
Inleiding tot de macro-economie (1008987ANW)
Alle documenten voor dit vak (12)
Verkoper
Volgen
paulinelaevens
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
Oefeningen Hoofdstuk 20
What components of GDP (if any) would each of the following transactions affect? Explain.
1
1. A family buys a new refrigerator: Consumptie (↑ y = C ↑)
2. Aunt Jane buys a new hause: Investering (↑ y = I ↑)
3. Aston Martin sells a BB7 from its inventory: Daling van de investeringen en ↑ consumptie > netto
constant (geen invloed op bbp)
4. You buy a pizza: Consumptie (↑ y = C ↑)
5. The government builds a new motorway: Investering (↑ y = I ↑ )
6. You buy a bottle of Californian wine: Geen effect
7. Honda expands its factory in England: Investeringen
Overheidsuitgaven hebben GEEN lange termijn karakter
Investeringen wel, deze hebben een duurzaam karakter
In 2017 is de welvaart gestegen (dubbel zo veel melk en honing) > in 2017 zijn we dus rijker geworden (reële
bbp) terwijl in 2018 de prijzen gestegen zijn en niet de welvaart
1
, Oefeningen Hoofdstuk 21
Poll vragen
1. Een 10% toename van de prijs van kippen heeft een kleiner effect op de CPI dan een 10% toename van de
prijs van kaviaar
• Kip weegt zwaarder op budget van de modale consument dan kaviaar, Onjuist
2. Wanneer de prijs van Belgische straaljagers toeneemt, neemt de bbp deflator toe maar de CPI niet -> juist
3. Om te weten of je rijker zal worden als je nu spaart, moet je kijken naar het nominaal rendement in plaats
van het reël rendement op het einde van een spaartermijn
• Onjuist
1 Tennis Balls Tennis Rackets Cola
2016 price (€) 2 40 1
2016 quantity 100 10 200
2017 price (€) 2 60 2
2017 quantity 100 10 200
a What is the % change in the price of each of the three goods?
% 𝞓 CPI 2017 = (150 -100) / 100 x 100 % = 50 %
Do tennis rackets become more or less expensive relative to Cola? Doe the wellbeing of some people change
relative to that of others? Explain.
In 2016:
PTR / PCo = (€40/1 TR) / (€Co) = 40 Co / 1 TR = met de prijs van één TR koop je 40 Cola’s
In 2017:
PTR / PCo = (€60/1 TR) / (€Co) = 30 Co / 1 TR = met de prijs van één TR koop je 30 Cola’s
• Cola is relatief duurder geworden
2
, 2 Stap 1:
Korf goederen = 100 st. Bloemkool + 50 st. Broccoli + 500st. Wortelen
Stap 2:
Jaar Bloemkolen Broccoli Wortelen
2017 Eenheidsprijs € 2/st. € 1,5/st. € 0,1/st.
Hoeveelheid 100 st. 50 st. 500 st.
Kost € 200 € 75 € 50
2018 Eenheidsprijs € 3/st. € 1,5/st. € 0,2/st.
Hoeveelheid 75 st. 80 st. 500 st.
Kost € 225 € 120 € 100
Stap 3:
Mand 2017: (€ 2/st x 100st.) + (€1,5 /st. X 50 st.) + (€ 0,1/st. X 500st.) = 325 €
Mand 2018: (€ 3/st x 100st.) + (€1,5 /st. X 50 st.) + (€ 0,2/st. X 500st.) = 475 €
Stap 4: CPI berekenen
CPI 2017 = (€325 / €325) x 100 = 100
CPI 2018 = (€475 / €325) x 100 = 146
Stap 4: inflatie %
4
(146-100) /100 x 100 % = 46%
Which of the problems in the construction of the CPI might be illustrated by each of the following situations?
Explain.
a) The increase of streaming films (legal Netflix): nieuwe goederen en diensten > substitutie effect
b) The introduction of air bags in cars: kwaliteitsverbetering
c) Increased personal computer purchases in response to a decline in their price: substitutie ipv internetcafés
d) Increased use of digital cameras in smartphones: kwaliteitsverbetering telefoons & substitutie
e) Reduced use of fuel efficient cars after petrol prices fall: substitutie
Examenvraag
Onderstaande tabel geeft de index der consumptieprijzen weer:
In 1980 kostte ene pakje sigaretten (omgerekend) ongeveer 1,5 euro. Hoeveel is dat in geld van 2015? Toon je
berekeningen en leg uit.
Bedrag 2015 = Bedrag 1980 x CPI 2015 / CPI 1980
= 1,5 euro x (101/40)
= 3,7875 euro
= 3,8 euro
Inflatie ↑ -> reële rentevoet ↓
3
, Praktische
oefening
In some years in some countries, income tax brackets are not increased in line with inflation. Why do you think
the government might do this? (Hint: this phenomenon is known as ‘bracket creep’)
Leila verdiende € 12 720 in 2018. Hoeveel belastingen moet ze betalen voor 2018?
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper paulinelaevens. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.