Tentamen samenvatting Veiligheidskunde 1
TIJD:
Veiligheidsketen: gericht op voortdurende risicoreductie
- Proactie: het wegnemen van structurele oorzaken van onveiligheid (geen gevaarlijke stoffen)
- Preventie: het nemen van maatregelen om onveiligheid te voorkomen, en het vroegtijdig
stoppen van onveilige situaties (brandmelders, fouilleren in risicogebieden)
- Preparatie: voorbereiden om effectief op te treden wanneer er ondanks proactie en
preventie toch een incident plaatsvindt (hulpdiensten zijn opgeleid, materieel is goed
onderhouden)
- Repressie: bestrijden van het incident, optreden om de onveilige situatie te beëindigen en de
schade te beperken (blussen van een brand)
- Nazorg: zorgen voor terugkeer naar een normale situatie, leren van het incident’
Nazorg omvat 4 elementen:
- Menselijk element: opvang van slachtoffers en hulpverleners (beperken van psychische
schade, slachtofferhulp), resocialisatiecursus voor daders
- Economisch element: schadereductie of afhandeling, uitkeringen, huizen herbouwen
- Juridisch element: verantwoordingstraject, schadeclaims. Tijdens repressie al in het
achterhoofd door bijv. sporen veilig te stellen (wie is schuldig?)
- Leerelement: evalueren van de gebeurtenissen, verbeteren, betere preparatie voor de
volgende keer
Risico = blootstelling x kans/waarschijnlijkheid x gevolg
Fysieke veiligheid (safety): de mate waarin mensen beschermd zijn en zich beschermd voelen tegen
persoonlijk leed door ongevallen en onheil zonder menselijke intentie (brand, overstroming,
aardbeving, ongevallen)
Sociale veiligheid (security): de mate waarin mensen beschermd zijn en zich beschermd voelen tegen
persoonlijk leed door misdrijven, overtredingen en overlast die meestal intentioneel door anderen
worden begaan (terrorisme, georganiseerde misdaad, geweld)
Twee dimensies van veiligheid:
- Objectieve veiligheid: de mate van veiligheid vastgesteld op basis van feitelijk waargenomen
(on)veilige situaties. Aan te tonen in aantallen. (bijv. analyse van inbraken, intensivering van
politiesurveillance)
- Subjectieve veiligheid: de mate waarin mensen zich veilig voelen (bijv. slachtofferhulp,
onderzoek naar veiligheidsbeleving)
Veiligheid draait dus zowel om feiten als beleving. Een combinatie van maatregelen is wenselijk.
Interne veiligheid: de effectieve bescherming van personen die gebruikmaken van (klanten,
bezoekers) of zich bevinden in (medewerkers) het systeem van een bedrijf, tegen persoonlijk leed
door een ongewoon voorval binnen dat systeem (ARBO), of tegen gevaren van buitenaf
Externe veiligheid: bescherming voor personen/omgeving buiten bedrijf door ongeval/uitstoot
(gevaarlijke stoffen, pijpleidingen, transport) binnen bedrijf
Arbeidshygiënische strategie:
1. Bronmaatregelen: oorzaak (bron) van het probleem weghalen (schadelijke stoffen vervangen,
stillere machines)
2. Collectieve maatregelen: algemene maatregelen (plaatselijke afzuiging, harde geluiden in een
aparte ruimte, schermen/sensoren bij machines)
3. Individuele maatregelen: organisatorische maatregelen (belastende werkzaamheden
verdelen over meerdere personen)