Samenvatting Introduction to Information & Information Systems
Week 1
Operating systems:
- Windows by Microsoft
- Mac OS/iOS by Apple
- Linux Debian GNU/Ubuntu
- Android by Google
Command line (opdrachtprompt)
Gegevens:
- Permanent (non-volatile)
- Tijdelijk (volatile) RAM (werkgeheugen)
Beiden worden opgeslagen op de harde schijf
Extentie (.docx, .exe. .txt) is belangrijk om documenten te kunnen openen. Extenties worden geopend
door apps, welke app dit doet kun je wijzigen in instellingen.
.exe is uitvoerbaar, het installeert software
Logische schijfindeling: C:\, D:\, USB-sticks, OneDrive
Fysieke harde schijf: alles bij elkaar
Partitioning: computer deelt schijf op in logische stukken
File directories: soort van boom, hoogste niveau is C:\
Zoekbalk: *txt, computer zoekt dan alle tekstbestanden
Week 2
Computer: hardware/software
Hardware: alle elektronische apparatuur, bijv. toetsenbord, alles ‘’onder de motorkap’’
Software vertelt hardware wat te doen
Karakteristieke computer:
- Snel (input output)
- Betrouwbaar (computer doet niet vaak iets fout)
- Accuraat (geeft het juiste antwoord)
- Diligence (gaat door, ook als het saai wordt)
- Versatile (veelzijdig, rekenen/taal/opslag)
- Kracht van onthouden
Computer: inhoudsopgave met verwijzingen naar waar de data staat
Bij verwijderen: computer verwijdert alleen de verwijzing. Zolang er geen nieuwe data
overgeschreven wordt, blijft de data bestaan.
Wipen: data overschrijven met random data, zodat het niet meer te herleiden is, met bijv. een app
zoals ‘’Eraser’’
- Computer heeft geen gevoelens en oordeelt niet
- Mens is de laatste factor voor beslissingen, computer baseert alles op eentjes en nulletjes
- Opslag Primair
Secundair
, Beperkingen:
- Beperkt redeneren (doet alleen wat je vraagt)
- Garbage in, garbage out
- Beperkte dataopslag
Soorten computers:
- Mini-computers
- Supercomputers
- Mainframes
- Micro-computers
- Ook: telefoons, smartwatches, tablets
Hardware:
- Processing devices
CPU:
- Control unit (verwerkt instructies, aangeduid in Megahertz)
- Arithmethic + logic unit (vergelijkingen, AND/OR)
- Register (opgeslagen, veelgebruikte instructies)
Data staat tijdelijk op RAM memory
RAM: Random Access Memory, gaat leeg als de stroom uitgaar
ROM: Read Only Memory, computer voor het eerst opstarten, boot
Moederbord: alles is hierop aangesloten, verschillende poorten.
Snelheid van een computer wordt bepaald door CPU + RAM.
Cache geheugen in CPU:
- Tijdelijke opslag
- Legen zodat computer sneller wordt
Input/output devices: beeldscherm, speakers, printer
Storage: USB, micro-SD, harde schijf, SSD
Opslag = cloud = groot datacenter waar ik data opsla
Omdat:
- Veel meer ruimte eigen computer
- Laptop kapot Gegevens gered
- Inloggen op andere apparaten
- Veiliger (hackers)
Nadeel:
- Kost veel stroom
- Veel milieuvervuiling (water nodig om te koelen)
BYOD (Bring Your Own Device): eigen laptop/telefoon gebruiken voor werk.
Voordeel: persoonlijke voorkeur voor Apple of andere merken
Nadeel: bedrijf heeft geen controle op de beveiliging
CYOD (Choose Your Own Device): kiezen welk apparaat je wilt
Voordeel: voorgeinstalleerd, controle op beveiliging, gegevens kunnen gewist worden op afstand
Nadeel: beperkte keuze voor medewerkers
COBO: kiezen, geen privéactiviteiten op laptop
IOT: slimme deurbel, lamp, thermostaat, stofzuiger