,Week 1: introductie
• Geen verplichte literatuur, alleen aanbevolen literatuur
Hoorcollege 1
Voor het eerste college is alleen aanbevolen literatuur voorgeschreven. Dit college dient dan ook
als een inleidend college en de voorgeschreven literatuur zal niet als zodanig getoetst worden.
Wel is het aan te raden deze stof te lezen, omdat kennis van het procesrecht in de
beroepspraktijk onwijs belangrijk is.
Corporate litigation: alles wat ziet op conflicten rondom een rechtspersoon;
ondernemingsprocesrecht. Maar let op: het is niet alleen procesrecht. Het is dan ook niet echt
een duidelijk afgebakend rechtsgebied.
Formeel procesrecht
Er zijn dagvaardingsprocedures en verzoekschriftprocedures.
• Dagvaardingsprocedure: te herkennen aan het woord ‘vordering’. Uitspraken in 1e
aanleg zijn vonnissen, in hoger beroep en cassatie zijn het arresten.
• Verzoekschriftprocedure: te herkennen vaan het woord ‘verzoek’. Uitspraken zijn
beschikkingen.
Met name in het bewijsrecht is het formeel procesrecht van belang.
In een verzoekschriftprocedure gelden de regels omtrent de bewijslast niet, althans in mindere
mate. De Ok oordeelt aan de hand van aannemelijkheden en de ‘gewone’ rechtbank oordeelt op
feiten die door middel van het bewijsrecht als vaststaand kunnen worden beschouwd.
Een rechter leest een dagvaarding als volgt. Hij begint bij het petitum: waar wil de advocaat met
zijn of haar verhaal naartoe? Daarna kijkt hij: op welke grondslag wordt dit gebaseerd?
Vervolgens zal de rechter kijken naar de gestelde feiten en de betwisting hiervan. Pas daarna zal
hij toekomen aan bewijsregels.
Als het aankomt op regels over stellen, betwisten en bewijzen dan zijn art. 149 en 150 Rv
relevant.
• Art. 150 Rv: als de partij zich beroept op door haar gestelde feiten, dan moet zij deze ook
bewijzen.
• Art. 149 Rv: feiten of rechten die door de ene partij zijn gesteld en door de wederpartij
niet of niet voldoende zijn betwist, moet de rechter als vaststaand beschouwen.
Je begint dus met de stelfase. In deze fase is een drietal situaties denkbaar:
Stellen betwisten → feit wordt als vaststaand beschouwd
Stellen betwisten → feit wordt als niet-vaststaand beschouwd
Stellen betwisten → er is bewijslevering nodig om dit te bepalen
In beginsel is het aan de eiser om te stellen waarom er een bepaald rechtsgevolg zou moeten
intreden. Daarmee is dus ook het bewijsrisico voor rekening van de eiser. Er zijn echter ook
situaties denkbaar waarin de gedaagde moet stellen/bewijzen. Dit doet zich bijvoorbeeld voor
als er een ‘tenzij’ is opgenomen in een bepaling. Het is dan aan de gedaagde om te stellend dat
aan deze ‘tenzij’ is voldaan. Doet hij dit niet, wordt ervan uitgegaan dat deze ‘tenzij’ dus niet
opgaat.
3
, Schema rechter
De rechter gebruikt een bepaald schema bij de (mondeling) behandeling van een zaak. Dit
schema is uitgereikt tijdens het college. Ter illustratie omtrent het stellen en bewijzen is dit
schema tijdens het college ingevuld aan de hand van art. 2:248 lid 1-4 BW: als de vennootschap
failliet is, is de bestuurder hoofdelijk aansprakelijk als de bestuurder zijn taak onbehoorlijk heeft
vervuld (…).
Eiser: curator Gedaagde:
bestuurder
Vordering Betaling te kort
faillissement
Feitelijke grondslag Er is een Zal dit niet kunnen
faillissement, wordt betwisten
aangetoond d.m.v.
verklaring
Gedaagde is Zal ook dit niet
bestuurder, wordt kunnen betwisten
aangetoond a.d.h.v.
uittreksel
handelsreg.
Er is een tekort in de
boedel
Er is onbehoorlijke
taakvervulling, bv.
spullen verkocht voor
een te lage prijs
Het is aannemelijk
dat dit handelen een
belangrijke oorzaak is
van faillissement
Feitelijke grondslag Lid 2: een
onbelangrijk verzuim
Lid 3: onbehoorlijke
taakvervulling is niet
aan hem te wijten,
maar bv. aan een
medebestuurder
Lid 4: matiging. Er is
wel onbehoorlijk
bestuur, maar …
Verjaring
Art. 2:248 lid 2 BW bevat een bepaald bewijsvermoeden. Het gaat om de verplichting van het
voeren van een deugdelijke administratie en het tijdig deponeren van de jaarrekening. Bij een
overtreding hiervan wordt geacht dat dit een belangrijke reden van het faillissement is. Dit maakt
het voor de eiser dus gemakkelijker. Er zal op een dergelijk punt meer verweer nodig zijn van de
gedaagde.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper merithvanlent. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €16,66. Je zit daarna nergens aan vast.