1. De maatschappij en de politiek
Politiek: het maken van regels en het nemen van besluiten die te maken hebben met het
besturen op 3 niveaus:
een land, nationaal bestuur
provincie
gemeente, lokaal bestuur
Politici/
bestuurders: Volksvertegenwoordigers , nemen de politieke besluiten, de manier waarop zij dit
doen heet: politieke besluitvorming. Zij worden geholpen door ambtenaren
Overheidsbeleid: Het geheel van regels en afspraken
Overheid: Politici en ambtenaren samen. Houden zich bezig met zaken van algemeen
belang.
Politieke
agenda : een onderwerp waarover politici voortdurend met elkaar praten
Verzorgingsstaat: Een land waar de overheid de burgers helpt wanneer nodig.
Maatschappelijk probleem:
sociaal probleem, veel mensen hebben er last van
verschillende meningen
aandacht in de media
de overheid bemoeit zich er mee
Hoe je maatschappelijke problemen oplost hangt af van je:
Waarden, principes/uitgangspunten die men belangrijk vindt in het leven
Normen, gedragsregels
Belangen, het voor- of nadeel dat je ergens van hebt
(Belangenstegenstelling: het belang van de een botst met het belang v.e. ander)
Macht; de mogelijkheid om het gedrag van anderen te beïnvloeden, dit kan door:
Machtsmiddelen:
Geld
Functie / beroep
Kennis/ vaardigheden
Aanzien/ geld
Charisma,(uitstraling), overtuigingskracht
Macht van het getal (grootte van een groep)
Contact met media, invloedrijke personen
Deel uitmaken van een adviesorgaan
, 2. Rechtsstaat, democratie en dictatuur
Rechtsstaat, een land waar de rechten en plichten van alle burgers en van de overheid zijn
vastgelegd. Kenmerken zijn:
Grondwet, belangrijkste rechten (wat mag) en plichten (wat moet) van burgers precies
omschreven
Grondrechten, de belangrijkste rechten die in onze samenleving gelden
Rechtsbescherming, burgers beschermen tegen te grote macht of willekeur van overheid
Onafhankelijke rechterlijke macht
Democratie, burgers hebben invloed op besluiten van politici
Parlementaire democratie, gekozen volksvertegenwoordigers, het parlement, neemt belangrijkste
beslissingen. Kenmerken zijn:
Vrije verkiezingen, je mag zelf kiezen op wie je stemt
Geheime verkiezingen, anoniem stemmen
Algemeen kiesrecht,
Parlement, de 1e en 2e kamer, heeft de politieke macht
Besluiten op basis van meerderheid van stemmen
Grondwet, daarin ook de macht en bevoegdheden van de overheid
Trias politica, het scheiden van machten: wetgevend, uitvoerend en rechterlijk
Dictatuur, wanneer in een land de macht in handen is van 1 persoon, partij of kleine groep.
Kenmerken:
1 persoon, de dictator, of 1 partij alle macht
Geen democratie, geen rechtsstaat
Geen grondrechten
Geen persvrijheid
Sterk leger
Verschillende vormen van dictatuur:
Ontstaan na vrijheidsoorlogen, veel in Afrika
Communistisch, communistische partij heeft de macht, Cuba, Noord-Korea
Islamitisch, politieke en religieuze leiders volgens regels Islam, Iran.