Begrippen Talent en Motivatie
HC 1
Positieve subjectieve states Subjectieve belevingen die mensen in het moment ervaringen. Ze kunnen dus weer snel
verdwijnen. Bijvoorbeeld positieve emoties en liefde.
Positieve individuele traits Deze karaktertrekken zijn meer stabiel over de tijd heen. Ze kunnen wel veranderen maar
zijn stabieler dan subjectieve staten. Bijvoorbeeld creativiteit en deugden.
Positieve instituties Bijvoorbeeld gezin, familie, werkvloer.
Floreren Het beter doen dan gemiddeld, zich goed ontwikkelen, bloeien
Flourishing Hoge welzijn, lage mentale ziekte
Struggling Hoge welzijn, hoge mentale ziekte
Floundering Lage welzijn, lage mentale ziekte
Languishing Lage welzijn, lage mentale ziekte
Hedonisme Mensen ontlenen plezier uit zintuiglijke, kortstondige ervaringen, zoals lekker eten, seks,
lekker drinken etc. Het vermijden van pijn en lijden. Dit werkt dus alleen op korte termijn.
Ontstaan bij de Grieken.
Golden mean (Aristoteles) Het vermijden van emotionele extremen. Je moet overal niet te veel van hebben maar
ook niet te weinig. Dan ervaar je eudaimonia.
Eudaimonia Het ervaren van een betekenisvol leven. Dit gaat dus niet perse over het ervaren van
positieve emoties.
Het contemplatieve leven Zelf het leven onderzoeken, erover nadenken en de rede gebruiken.
Het actieve leven Zelf actief aan de slag zijn om het leven beter te maken. Plichtsbesef, sociale
verantwoordelijkheid en betrokkenheid in de wereld zijn belangrijk.
Het fatalistische leven Het kunnen erkennen dat negatieve ervaringen onderdeel zijn van het leven en het
kunnen accepteren en je er niet tegen verzetten.
Kardinale deugden Deugden van het Christendom. Standvastigheid, rechtvaardigheid, voorzichtigheid en
matigheid.
Theologische deugden Deugden van het Christendom. Geloof, hoop en liefde.
Empirisme Waarnemingen doen, zelf observeren en ervaringen opdoen
Utilitarianisme Hoe kunnen we het geluk van zoveel mogelijk mensen bevorderen.
Hedonic calculus (Jeremy Je kan een soort optelsom maken van ervaringen die bepalen hoe gelukkig iemand is.
Bentham) Geluk is een optelsom van positieve levensgebeurtenissen. Dit ligt vast en is niet
veranderlijk.
Paradigma Geheel van theorieën, uitgangspunten en waarden
P-hacking Data zolang aanpassen totdat je er een significant resultaat uit krijgt. Dit kan een bewust
en onbewust proces zijn.
Publicatie bias Vaak worden alleen de significante resultaten gepubliceerd.
Pre-registratie Voor de data-analyses bedenken wat de hypotheses precies zijn.
Registered reports Pre-registratie wordt ingediend bij een journal. Zij bepalen of het gepubliceerd wordt,
ondanks dat het misschien geen significant resultaat is.
HC 2
Affect Overkoepelende term voor een interne staat zonder de inhoud of het tijdframe te
specificeren
, Stemming Te vergelijken met het klimaat, dus iets op langer termijn en is minder specifiek.
Emotie Te vergelijken met het weer op dit moment. Gevoel van korte duur.
Psychologische toestand gedefinieerd door subjectieve gevoelens maar ook
karakteristieke patronen van fysiologische opwinding, gedachte en gedrag.
Circumplex model van emoties Deelt emoties in op basis van activatie/ deactivatie en plezierig/onplezierig
Dynamic model of affect Pos en neg emoties kunnen naast elkaar plaatsvinden, maar in situaties met hoge stress
worden emoties wel afhankelijk. Neg emoties kunnen dan niet tegelijk plaatsvinden met
pos emoties.
Actie-neigingen Gedragingen die gepaard gaan met een bepaalde emotie
De broaden-and-build theorie Positieve emoties zorgen dat je meer opties hebt voor gedrag om uit te kiezen. Bij
negatieve emoties zijn er juist minder opties om uit te kiezen. Als je opties verbreed
worden, kun je meer support krijgen uit je omgeving, kun je meer groei ervaren. Dit zorgt
voor een opwaartse spiraal.
Positiviteitsratio Een optimale balans tussen pos en neg emoties die je ervaart. De optimale ratio ligt rond
de 2.9. Je moet gemiddeld dus 3x zoveel pos emoties dan neg emoties ervaren om goed te
kunnen functioneren.
Happiness set point Iedere persoon heeft op basis van zijn aanleg een setpoint van welbevinden waar hij altijd
naar terugkeert. Het maakt niet uit of je iets pos of neg meemaakt, je gaat altijd terug
naar dat punt. Levensgebeurtenissen kunnen wel een blijvend effect hebben op het
setpoint. Het welbevinden is dus niet zo stabiel. Interventies kunnen wel effect hebben.
Attributie stijl Mensen hebben een bepaalde perceptie van een gebeurtenis. Hier trek je een conclusie
over. Dit kan leiden tot emoties.
Toekomst-oriëntatie Zimbardo dacht dat het tijdsperspectief dat mensen hebben mede bepaalt hoe we ons
voelen en hoe gelukkig we zijn.
Toekomst tijdsperspectief (TP) Je stelt lange termijndoelen en je past huidige ervaringen daarop aan om die doelen te
kunnen behalen.
Huidig hedonistisch TP Je focust je met name op posd dingen die in je omgeving gebeuren.
Huidig fatalistisch TP Je focust je met name op neg dingen die in je omgeving gebeuren. Je hebt het gevoel dat
je geen controle hebt over wat er gebeurt.
Verleden pos TP Je kan pos terugdenken aan wat er in het leven is gebeurd.
Verleden neg TP Focus op het slechte wat in het verleden is gebeurd.
Karakter strengths Positieve kanten van het karakter die je kunt ontwikkelen.
Values in Action Character Meet karakter strenghts en deugden
Strengths and Virtues (VIA)
Signatuur strenghts Die positieve trekken die een persoon bezit, waardeert en frequent beoefent. Verschilt
per persoon.
Zest Vitaliteit, enthousiasme voor het leven, kracht, energie, dingen niet weifelend doen
Motivatie Dingen die je bewegen om iets te gaan doen, drijfveren. Psychologische processen die
zorgen voor arousal, richting en volharding van vrijwillige acties gericht op een doel.
Intrinsieke motivatie Dit zorgt ervoor dat je dingen doet omdat je die leuk vind. Het komt dus uit jezelf.
Extrinsieke motivatie Motivatie komt dan niet uit jezelf, maar door een factor uit je omgeving die jou ertoe zet
het gedrag te laten zien. Dit kent 4 vormen:
Externe regulatie Je doet iets eigenlijk voor iemand anders
Geïntrojecteerde regulatie Je doet iets omdat je je niet schuldig wilt voelen of iemand wilt teleurstellen
Geïdentificeerde regulatie Je hebt het doel van iemand anders overgenomen die zei dat het belangrijk was