Een samenvatting maakt het leren zoveel makkelijker. Het boek pedagogiek is van begin tot eind samengevat met onder andere plaatjes, tabellen en cirkeldiagram etc. Zelf vind ik het belangrijk dat er niks wordt overgeslagen, daarom bestaat deze samenvatting uit maar liefst 22 pagina's.
Hoofdstuk 1
Wat is pedagogiek: opvoeden, omgang tussen ouder en kind. Op weg naar volwassenheid van een
kind. Meer loslaten.
In pedagogiek zijn twee belangrijke begrippen:
1. Opvoeding
2. Ontwikkeling
Vier basisdoelen:
- Zorgen voor emotionele veiligheid. Veiligheid is een belangrijke voorwaarden voor de
ontwikkeling van kinderen.
- Het bijdragen en versterken van persoonlijke competentie. Hierbij gaat het om het
ontwikkelen van persoonlijke vaardigheden, zoals zelfstandigheid of zelfvertrouwen.
- Het stimuleren van sociale competentie. Sociale competentie verwijst naar alle vaardigheden
en kennis op het gebied van het aangaan en onderhouden van sociale relaties met zowel
volwassenen als met leeftijdsgenoten.
- Socialisatie. Kinderen maken deel uit van de samenleving. Waar de gebruiken, gewoonten,
regels en waarden in eerste instantie nog onbekend zijn.
Zes interactieve vaardigheden:
- Sensitieve responsiviteit
- Respect voor autonomie
- Structureren en grenzen stellen
- Praten en uitleggen
- Ontwikkeling stimuleren
- Begeleiden van onderlinge interacties
Opvoeden: een proces waarbij ouders/ verzorgers het kin begeleiden in de ontwikkeling tot dat het
zelfstandig kan deelnemen in het proces.
Ontwikkeling: kan gezien worden met als allemaal veranderingen in menselijk gedrag die samenhang
met leeftijd hebben.
Pedagogisch curriculum: he de pedagogische doelen het beste in de praktijk kunnen uitgevoerd
worden en de pedagogische opdrachten ingevuld. Uitgangspunt: de bevordering en het welzijn van
de kinderen en het versterken van de ontwikkeling. Dit wordt ook wel basisdoelen genoemd.
Condities pedagogische curriculum die invloed hebben op het behalen van pedagogische doelen:
- Structuur aanbrengen in de speelleeromgeving
- Verschillende typen activiteiten aanbieden in het dagprogramma.
- Het monitoren van de ontwikkeling van de kinderen
- Interactie hebben met de kinderen
- Relaties opbouwen met ouders/ verzorgers
Orthopedagoog: begeleid kinderen met ontwikkelingsproblemen, gedrag en of leerproblemen.
,Ontwikkelingspsychologie: zij kijken naar de periodes waarin de meeste veranderingen plaatsvinden,
dus vanaf de geboorte tot de vroege volwassenheid.
Hechting: verstaan we de emotionele, affectieve, duurzame band tussen ouder en kind. Voor een
kind betekent dit dat hij troost en nabijheid vindt bij zijn ouders, vooral als hij bang, gespannen of
verdrietig is.
Veilig hechting: sensitief en adequaat reageren, continutiet in aanwezigheid, in kunnen leven.
Opvoeders en verzorgers dienen:
- Sensitief te zijn voor de behoeften van het kind en adequaat te reageren
- Continutiet te geven in aanwezigheid
- Zich in te kunnen leven in het kind
Onveilige hechting: verwijst naar de situatie waarbij hechting problematisch verloop. Kind voelt zich
niet gezien of gehoord.
John Bowlby- gehechtigheid en Kinderen zijn genetisch geprogrammeerd om verzorg te worden. Kinderen
hechtingstheorie ( 1907- 1990) hebben behoefte aan veiligheid en zekerheid.
Mary Answorth (1913- 1999) Veilig hechten – vermijdende hechting – ambivalente hechting –
gedesorganiseerde hechting.
Jean Paiget- cognitieve Cognitief denken (taal, aandacht en geheugen) Paiget gaat er vanuit dat
ontwikkeling (1896- 1980) een kind kennis opdoet door nieuwe kennis te verbinden met bestaande
kennis.
1. De senomotorische fase ( 0-2 jaar)
2. De preoperationele fase (2-7 jaar)
3. De concreet- operationele fase (7-11 jaar)
4. De formeel- operationele fase (vanaf 11 jaar)
Objectpermanentie: dat het kind het besef heeft dat iets wel blijft bestaan,
ook al kan het dit niet zien (beeld vast houd)
Sigmend Freud – Psychoanalayse Id – onbewust/ superego- beeld wat je van jezelf hebt / ego- juiste wijze
en psychoseksuele ontwikkeling omgaan met id en superego.
(1865- 1939) De theorie van Freud:
- De orale fase
- De anale fase
- De fallische fase
- De latente fase
- De puberteit fase
Erik Erikson- sociale ontwikkeling Iedere fase een bepaald conflict of probleem voorkomt dat past bij
(1902- 1994) leeftijdsfase. Als dit proces goed wordt doorlopen gaat het door naar de
volgende fase.
De 5 fases adolecentietijd:
Fase 1: basisvertrouwen en tegenover basiswantrouwen
Fase 2: zelfstandigheid
Fase 3: initiatief tegenover schuldgevoel
Fase 4: vlijt tegenover minderwaardigheid
Fase 5: identiteit tegenover rolverwarring
Volwassenheidsfase:
Fase 6: intimiteit tegenover isolement
, Fase 7: openstaan voor verandering tegenover stagnatie
Fase 8: ego- integriteit
Margarat Mahler- separatie Zei stelt dat een baby totaal afhankelijk is van zijn primaire verzorgers. Aan
individuatie (1897- 1985) het einde van zijn seperatie individuatie maakt het kind zich los van zijn
ouders en wordt hij meer zelfstandig.
Lawrence Kolhberg- morele Morele ontwikkeling heeft alles te maken met normen en waarden. Het
ontwikkeling (1927- 1987) gaat over besef van goed en kwaad en hoe iemand hierop handelt.
Lev Vygotsky- zone van naaste Zone van actuele ontwikkeling: dat wat een kind al kan of weet, zonder
ontwikkeling (1896- 1934) hulp
Zone van naaste ontwikkeling: dat wat het kind kan met hulp van een
ander
Paniek zone: het kind moet iets doen wat hij ook met hulp van een
opvoeder niet kan en wat paniek of stress oplevert
Mary Answorth:
Veilige hechting: het kind voelt zich beschermd en geliefd. Bij afwezigheid vertrouwen dat de ouder
terug komt. Ouders zijn sensitief, warm, makkelijk te benaderen en coöperatief
Vermijdende hechting: minimaal contact tussen ouder en kind. Kind heeft neiging contact met ouder
te vermijden. Ouders reageren niet of nauwelijks op signalen van het kind. Kind zelfstandig, ouders
vaak zakelijk, afwijzend en weinig sensitief.
Ambivalente hechting: kind blijft dicht bij zijn ouders, ouder vaak onvoorspelbaar. Behoefte van
ouder gaat voor het kind. Kind leert wantrouwen en leert niet om hulp te vragen. Op belangrijke
momenten is ouder afwezig.
Hoofdstuk 2
Pedagogische beleidsplan
In het pedagogisch beleidsplan beschrijft de organisatie op welke manier zij kinderen opvangen,
verzorgen, begeleiden en ondersteunen in hun ontwikkeling.
- Ontwikkeling van kind staat centraal
- Ieder kind krijgt een mentor
- Groepsgrootte
- Beheersing Nederlandse taal
- Vaste medewerkers nuljarige
- Gezondheidsbeleid
- Veiligheid
Sociale veiligheid verwijst naar een leeromgeving waarbij leerlingen zowel psychisch, fysiek als sociaal
zich veilig voelen, omdat deze niet door het toedoen van anderen wordt aangetast.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper mahendrikx. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,76. Je zit daarna nergens aan vast.