Creative Business
SAMENVATTING
TENTAMENSTOF M209
MEDIAPSYCHOLOGIE
RIK EIJBERGEN
CREATIVE BUSINESS
LEERJAAR 2019-2020
,SAMENVATTING MEDIAPSYCHOLOGIE
WERKCOLLEGE 1 MEDIAPSYCHOLOGIE, EEN SOCIALE WETENSCHAP
H1 WAT IS MEDIAPSYCHOLOGIE
H2 DE PSYCHOLOGISCHE BENADERING VAN MEDIA-EFFECTEN
- Wat is mediapsychologie en wat is het raakvlak met psychologie en
sociale psychologie?
- Mensen zijn beïnvloedbaar (enkele fundamentele voorbeelden uit de
sociale psychologie)
- Wanneer spreekt men vanuit de wetenschap over beïnvloeding?
(oorzaak en gevolg)
H1 Wat is mediapyschologie
Definitie van mediapsychologie:
“De studie van de cognitieve (kennis) en affectieve (gevoelens) verwerking van media-
informatie (zowel bewust als automatisch), en van de mediaconsumptie, dat wil zeggen hoe
mensen met traditionele en nieuwe media omgaan.”
Kort gezegd: de wetenschap die zich bezighoudt met de invloed van media op mensen.
1. Psychologie
- Bestudeert op wetenschappelijke wijze het menselijk gedrag dat vertoond wordt in een
bepaalde sociale omgeving en in een bepaalde context
Waarneembaar (lopen, fietsen, huilen, lachen)
Niet direct waarneembaar (denken, leren, stemmingen, gevoelens)
In de psychologie wordt er onderscheid gemaakt tussen:
- Basisvakken
- Toepassingsvlakken
Basisvakken
Functieleer Onderzoekt de ‘menselijk mogelijkheden’
(waarnemen, leren, geheugen en
gevoelens)
Ontwikkelingsleer Beschrijft de levensloop van mensen in
fasen van jonggeborene tot oudere
Persoonlijkheidsleer Onderzoekt verschillen in kenmerken
tussen mensen
Sociale psychologie Onderzoekt de invloed van de sociale
context op individuen (invloed van groepen
als familie en vrienden)
Toepassingsgebieden
Klinische psychologie Studie naar het gedrag dat als ‘ongewenst’
wordt beschouwd. (Behandeling van
mensen met psychische problemen door
therapie)
Onderwijspsychologie Onderzoek naar mensen in leersituaties
Arbeids- en organisatiepsychologie Onderzoek naar de relaties tussen mensen
in een werkverband
Consumentenpsychologie Onderzoek naar de relaties tussen mensen
en producten/diensten
Mediapsychologie De studie van cognitieve, affectieve en
automatische verwerking van media-
informatie en van de mediaconsumptie.
2
, Rudolf Arnheim bestudeerde als een van de eersten de mediapsychologie in de eerste helft
van de vorige eeuw.
De chronologie van de belangstelling van de mediapsychologie voor de media
Sinds (jaar) Topic
1950 Films en televisie in het onderwijs
1957 Reclame
1960 Geweld op televisie, later ook in video- en
computergames
1970 Televisienieuws
1980 Entertainment: soaps later ook reality-tv,
emotie-tv en pornografie
1990 Nieuwe media: relaties en interactie tussen
de ontvanger en de media
Figuur 1.4 Topics in mediapsychologisch onderzoek, uit Mediapsychologie (P. 19), A. Heuvelman, B. Fennis, O. peters, 2016.
Verschil tussen mediapsychologie en de communicatiewetenschap
Mediapsychologie Communicatiewetenschap
Richt zich op effecten op individuen, media Sociologische oriëntatie, richt zich op
worden onderzocht vanuit het effecten met betrekking tot het publiek of de
gebruikersperspectief samenleving in het algemeen.
Het effect van bepaalde media-inhouden Gericht op de rol van de media bij de
op de totstandkoming van individuele vorming van de publieke opinie in de
opvattingen en attitudes openbare sfeer
(Shrum, Wyer & O’Guinn, 1998) (Hunziker, 1988)
H2 De psychologische benadering van media-effecten
Bij mediapsychologie richten ze erop om systematisch te meten van de effecten van media
op hoe mensen:
- Denken (cognitief)
- Voelen (affectief)
- Doen (gedrag)
Wetenschappelijk perspectief: het beschrijven, voorspellen en verklaren van het omgaan
van mensen met media.
Correlatie: (verband)
- “Als men zegt dat twee variabelen gecorreleerd zijn, dan betekent dit dat een verandering
in de ene variabele gepaard gaat met een verandering in de andere variabele.”
(Mediapsychologie, 2016)
- VB: geweld in muziekteksten en agressieve gedachten bij de luisteraar
(Anderson, Carnagey & Eubanks et al., 2003)
- De sterkte van correlatie kan in een getal worden uitgedrukt (tussen de -1 en +1), hoe
verder van de 0, hoe groter de correlatie.
- Correlaties zijn belangrijk als we een verschijnsel willen voorspellen op basis van andere
verschijnselen.
- Confounding variable: een derde, verstorende variabele dat verantwoordelijk kan zijn
voor de correlatie
3