Dit zijn mijn aantekeningen van de jurisprudentiecollege's van het vak Internationaal Publiekrecht. Hierin heb ik netjes en overzichtelijk alle informatie over de arresten die je moet kennen weergegeven, met de essentiële rechtsoverwegingen uitgelicht!
North Sea Continental Shelf:
ICJ 20/2/1969
p. 368
Essentie: par. 71-74, 77-78
Achtergrond:
- Duitsland maakt bezwaar tegen gebruik van het
‘equidistantiebeginsel’.
- E-beginsel was neergelegd in VN-verdrag uit 1958, door Duitsland
ondertekend, maar nooit geratificeerd.
- Denemarken en Nederland claimden dat het tot gewoonterecht was
geworden.
Vraagstukken:
- Aan welke eisen moet statenpraktijk voldoen om relevant te zijn
voor de vorming van internationaal gewoonterecht?
Par. 72: De regel moet geschikt zijn om algemene gelding te hebben.
Par. 73: Als iedereen mee doet dan is het geschikt voor
gewoonterechtsvorming, het maakt niet uit hoeveel tijd eroverheen is
gegaan.
Gewoonterechtsvorming wordt speciaal aangestuurd door de praktijk van
Staten die ook een belang hebben.
Par. 74: (blz. 370): ‘extensive and virtually uniform’
Alle staten moeten hetzelfde doen en het moet heel wijd
verspreid zijn.
Hier wordt het belang van tijd verstrijken gerelativeerd door het Hof,
voor de eerste keer.
Par. 77: ‘ two conditions must be fulfilled..’
De twee-elementen doctrine van het gewoonterecht uiteengezet.
Duitsland heeft gelijk gekregen.
Military and Paramilitary Activities in and
Against Nicaragua
,OCJ 27/6/1986
p. 421
Essentie: par. 178, 183-186, 188-190, 207,
208)
Achtergrond:
- Midden in de Koude Oorlog
- De VS leveren steun aan ‘Contra Rebellen’ in Nicaragua.
- Nicaragua betoogt voor IGH een schending van o.a. het
volkenrechtelijk verbod op interstatelijk geweld (art. 2(4) VN-
Handvest)
- Vanwege voorbehoud VS inzake aanvaarding rechtsmacht moet het
Hof zich baseren op de gewoonterechtelijke (i.p.v.
verdragsrechtelijke) regel.
Vraagstukken:
- Verhouding verdragenrecht en internationaal gewoonterecht.
Hof heel stellig over dat dit twee verschillende bronnen zijn. (zie par.
178, blz. 426)
- Nadere invulling vereisten ‘statenpraktijk’.
Par. 186: het hoeft niet helemaal consistent te zijn. Het moet over
het algemeen consistent zijn.
- Vaststellen van ‘rechtsovertuiging’ (ipinio juris)
Par. 188 – 190: het Hof legt heel veel nadruk op algemene
vergadering resoluties stemgedrag van Staten.
‘Friendly relations declaration’ waarnaar Hof verwijst, heeft VS
ondertekend.
- Wijziging van gewoonterecht.
Legality of the Use or Threat of Nuclear
Weapons
ICJ 8/6/1996
P. 470
Essentie: par. 25, 29, 64-73)
Achtergrond:
- Verzoek om advise door AVVN aan het IGH inzake de vraag: Is the
threat or use of nuclear weapons in any circumstances permitted
under international law?
Vraagstukken:
- Vaststellen van ‘rechtsovertuiging’ (opinio juris)
- Spanning tussen ‘praktijk’ en opinio juris bij de eventuele vorming
van een gewoonterechtelijke regel.
, Par. 64: Hof gaat kijken of er zo’n soort regel is, een verbod op het gebruik
van dit soort wapens.
Par. 67: De internationale samenleving is totaal verdeeld, er is niet 1
opvatting.
Er is geen praktijk. Men is het er niet over eens of dit betekent dat men
ervoor is omdat er geen praktijk is of dat er gewoon geen praktijk is.
Wat doe je met praktijk die er niet is? Beschouw je dat ook als praktijk
of niet?
Par. 70: Kijken naar stemgedrag, kijken naar resoluties (zelfde als
Nicaragua).
Par. 71: Nader kijken naar de inhoud van de resolutie. Hof is van
mening dat het wel laat zien dat er ongerustheid bestaat, maar het zegt
niet dat het illegaal/onrechtmatig is.
Par. 73: Verwijzing naar spanning met opinio juris.
’Strong adherence to the practice of de deterrence’
Par. 97: Het Hof kan niet vaststellen dat er een verbod bestaat.
Zelfs niet in de meest extreme situatie.
Er is geen specifieke toestemming maar ook geen specifiek verbod.
Over doorwerking:
Danikovic e.a. tegen Staat der Nederlanden
(NAVO aanvallen op Kosovo)
HR 29/11/2002
P. 924
Essentie: r.o. 3.3 en p. 956 Conclusie A-G
Achtergrond:
- Nederland neemt in NAVO verband deel aan militaire luchtacties
tegen Servië in 1999.
- Danikovic e.a. vorderde dat NL zich onthoudt van (deelname aan)
‘verder oorlogsgeweld’ tegen de Federale Republiek Joegoslavië.
Vraagstukken:
- Vaststelling van gerichtheid op bescherming belang van individuele
burgers als facet van ‘eenieder verbindendheid’ ofwel ‘rechtstreekse
werking’ mhoo inroepen bepaling voor de Nederlandse rechter.
- De normadressant van art. 2(4) zijn Staten dus Danikovic kon zich
er niet op beroepen, dus geen art. 93 GW- situatie.
- ‘Political questions doctrine.’
- Zie R.O. 3.3 einde
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Studentrechten123. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.