Rolltrepe abwars
hoofdstuk 1 (blz. 5 t/m 15).
Jochen komt nieuw in het tehuis. Hij word rondgeleid, er blijkt dat alle jongens een honden bijnaam hebben, en hij
moet bij herr Hammel komen. (soort leider van het hele gebeuren) Herr Hammel stelt allerlei vragen, en ook met
behulp van een boek van eerdere jongens die daar zaten, en probeert er zo achter te komen hoe Jochen in elkaar zit.
Wanneer herr Hammel vraagt waarom Jochen hier terecht is gekomen, zegt Jochen dat zijn moeder hem niet meer
moest, dat het daar door kwam. Maar herr Hammel blijft aandringen, hij gelooft dat niet. Hij geeft Jochen de
opdracht een opstel te schrijven met als titel: waarom in hier ben. Vervolgens als Jochen naar bed gaat begint hij zelf
te twijfelen… waarom was hij hier?
Hoofdstuk 2 (blz. 16 t/m 26).
Hier ga je terug in de tijd voordat Jochen in het tehuis komt. Hij heeft zijn sleutel verloren en kan dus niet in huis tot
zijn moeder thuis is. Je leest dat hij uiteindelijk naar het winkelcentrum gaat, omdat het daar lekker warm is, maar hij
heeft zo’n honger dat hij een paar bonbons steelt. Een Jongen genaamd Axel spreekt hem daarop aan, hij zei dat hij
het had gezien, en als hij één bonbon aan hem geeft dat hij niets zal zeggen. Uiteindelijk komen ze aan de praat,
roken ze een sigaret en ze mogen elkaar wel. Ook betaalt hij o.a. bier en curryworst voor Jochen. Ze spreken af dat ze
de volgende dag weer onderaan de roltrap bij het winkelcentrum afspreken. Verder lees je over zijn moeder en vader.
Hij denkt eraan terug dat zijn ouders zijn gescheiden. Het eerste jaar was het alleen beter, want zijn vader was toch
nooit thuis geweest dus hij miste hem niet, en ook de onaangename sfeer als zijn vader we een thuis kwam, was er
niet meer. Maar je leest dat na een tijdje Jochens moeder toch meer afstand wil en ook dat er een man in het spel
komt genaamd Albert. Die beschrijft Jochen niet heel positief. Als Axel en Jochen een paar dagen optrekken heeft
Axel een keer geen geld, hij vraagt of Jochen trakteert maar Jochen heeft zelf ook geen geld. Dus haalt Axel hem
uiteindelijk overgehaald voor hem een pakje sigaretten te stelen. Verder had Jochen een nare droom, over dat hij
met de roltrap naar beneden gaat maar beneden staan allemaal mensen die schreeuwen dat ze hem wel krijgen etc.
omdat hij dus heeft gestolen. Hij kan de roltrap ook niet meer opklimmen omdat daar allerlei mensen de weg
versperren etc.
Hoofdstuk 3 (blz. 27 t/m 47).
Jochen word weer wakker in het tehuis, je bent dus weer in de tegenwoordige tijd. Ene Fred winkelmann (een andere
begeleider die meestal roodbaard word genoemd) maakt hem wakker en verteld dat ze zich moeten aankleden etc.
De andere jongens gaan naar school, maar Jochen begint pas op maandag (het is zaterdag) dus gaat hij naar binnen.
Daar heeft hij een gesprek met roodbaard, die hem aan het opstel herinnerd. Hij zegt dat hij het niet wil maken, maar
doet het uiteindelijk toch. Hij schrijft op dat zijn moeder hem kwijt wilde, en dat ze liever herr Möller (Albert) bij zich
had. Roodbaard vraagt of dat alles is. Hij zegt dat hij in zijn dossier wel meer heeft gelezen, en dat er misschien ook
wel wat van de schuld bij hem ligt. Jochen zegt dan dat Axel er altijd bij was als hij iets verkeerd deed, en waarom
Axel hier dan niet zat. Maar roodbaard kent Axel niet. En zegt dat of Axel er bij was of niet, Jochen hier nu zit als
gevolg van zijn daden. Jochen geeft toe dat hij heeft gestolen, en roodbaard vraagt naar die Axel. Maar Jochen wil
niets zeggen, dat deed die immers ook niet tegen de politie. Dan blikt die terug op de week nadat hij voor Axel de
sigaretten had gestolen. En dat ze Elvira hadden ontmoet. Ze stond voor hun, Jochen en Axel (vooral Axel) vonden
haar wel knap en flirtten een beetje. Uiteindelijk bij de platen bar begonnen ze een gesprek en later dronken ze met
z’n drieën een cola. Maar Axel wilde alleen met Elvira zijn dus vroeg die Jochen weg te gaan zodat hij haar beter kon
leren kennen. Jochen was teleurgesteld, hij mocht Elvira ook wel. Hij nam zich voor zich niet weer zomaar weg te
laten sturen. De volgende dag toen ze met z’n drieën waren stal hij een ketting voor Elvira die ze graag wilde, en ze
vond het geweldig. Ze legde zelfs haar hand op de zijne. Axel gaf later lachend toe aan Jochen dat ze hem misschien
minder mocht als Jochen. Maar van de eerdere nijd was niets meer te zien. Vanaf het moment dat hij ’s middags
eindelijk vrienden had, ging het op school wat slechter. Maar hij voelde zich niet meer zo alleen. Een paar dagen erna
laat Elvira weten dat ze graag muziek wilde luisteren, een ipod of iets zou leuk zijn. Jochen besluit een plan te maken
er een te stelen, vlak voordat hij dat wil doen duikt Axel op en laat hem schrikken, vervolgens helpt hij Jochen met
zijn plan, maar ze worden gepakt en moeten naar het kantoor van de man die hun betrapt heeft komen. Jochen zegt
dat Axel er niets mee te maken heeft, en hij mag inderdaad weg, Jochen moet zijn gegevens opschrijven en de man
wil zijn moeder bellen, wanneer hij de man smeekt dat alsjeblieft niet te doen. Maar de man doet het toch, zijn
moeder haalt hem op, (omdat hij 13 is komt er geen politie aan te pas) en ze is heel teleurgesteld. Maar ze praatte
zeer koel, meer zakelijk. En zei dat ze terug moest naar werk en ze Jochen thuis zou zien. Dan denkt Jochen eraan dat
zijn moeder en hij de laatste tijd wel meer onenigheid hadden. Sinds Albert bij hun thuis kwam. Jochen vind het
onredelijk dat ze boos word om kleine dingen maar nu ze een rede heeft om boos te worden juist kalm doet. Hij is
bang voor een uitbarsting als ze thuis komt. Hij schrijft een briefje, dat hij weg is en niet meer thuis komt, legt die op