Samenvatting kindermishandeling: signaleren en handelen
Boek: Kindermishandeling signaleren en handelen 7e druk
H1 t/m 5 + bijlagen 2 t/m 4 (signalenlijsten)
Hoofdstuk 1: Van agressie tot vernedering: Definitie en vormen van kindermishandeling
De definitie van kindermishandeling die de Nederlandse overheid heeft opgenomen in de Wet op de
jeugdzorg is: ‘Kindermishandeling is elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of
gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere
personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid
staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden
berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel’.
Het draait bij kindermishandeling om de manier waarop ouders of anderen een kind opvoeden.
Bovenstaande volzin omvat een aantal criteria die aangeven wanneer aan de opvoeding zoveel
schort dat er sprake is van kindermishandeling.
In de definitie duidt de term ‘ouders’ op de biologische ouders, stiefouders, adoptiefouders
en de pleegouders.
Door de toevoeging ‘andere personen tot wie de minderjarige in een relatie van
afhankelijkheid of van onvrijheid staat’ zijn ook anderen dan ouders in beeld van wie het
kind afhankelijk is voor aandacht, bescherming en verzorging. Voorbeelden zijn
leerkrachten of sporttrainers.
De term onvrijheid geeft aan dat het ook kan gaan om andere bekenden van het kind,
zoals familie of buren.
Dat ook verwaarlozing tot kindermishandeling gerekend wordt, blijkt uit het woord passief.
Deze term benadrukt tevens dat het niet noodzakelijk is dat ouders hun kind bewúst slecht
behandelen. Veelal hebben zij geen erg in de schadelijke gevolgen van hun gedrag voor het
kind.
Uiteindelijk is de definitie niet van het allergrootste belang. Het zijn de zorgen om de kind die
moeten oproepen tot actie. Ook als er geen sprake is van kindermishandeling, maar bijvoorbeeld
wel van ernstige opvoedproblemen, verdienen het kind en de ouders steun en hulp. Bovendien is er
een andere invalshoek die alertheid rond het welzijn van het kind rechtvaardigt: het Verdrag
inzake de rechten van het kind van de Verenigde Naties. Dit verdrag – bekrachtigd door de
Nederlandse overheid – bevat meerdere artikelen die het kind het recht toekennen om op een
gezonde en veilige manier op te groeien. Daarin hebben ouders een belangrijke taak. Als zij die
taak niet aankunnen, is het aan de mensen in de omgeving om het voor het kind op te nemen.
Diverse vormen van kindermishandeling
Lichamelijke mishandeling
Er is sprake van lichamelijke mishandeling als de ouder lichamelijk geweld tegen het kind gebruikt
in de vorm van slaan, schoppen, bijten, knijpen, krabben, het toebrengen van brandwonden, laten
vallen etc. Bij ‘lichte’ voorvallen geldt een extra voorwaarde wil er daadwerkelijk sprake zijn van
kindermishandeling: het lichamelijke geweld doet zich regelmatig voor.
Sommigen verdedigen het nut van de zogenoemde pedagogische tik. De effectiviteit is echter nooit
aangetoond. Bovendien geeft het een verkeerd voorbeeld: geweld als middel om ongewenste
situaties op te lossen.
De volgende twee ‘syndromen’ zijn ook voorbeelden van lichamelijke mishandeling:
Shaken-baby-syndroom: Het flink heen en weer schudden van een baby. Dit is zeer
riskant. Het lichaam van de baby is zeer kwetsbaar en er kan hersenschade ontstaan die
leidt tot verlammingsverschijnselen of andere ernstige gevolgen.
Münchausen-by-proxy-syndroom: De ouder houdt artsen voor dat het kind klachten heeft
die nodig medische behandeling behoeven, terwijl er niets te vinden is. De ouder misbruikt
hierbij het kind om zelf aandacht te krijgen.
1
, Foetale mishandeling: Bijvoorbeeld een zwangere moeder die overmatig alcohol of drugs
gebruikt of een vader die de zwangere moeder mishandelt.
Lichamelijke verwaarlozing
De ouder verwaarloost de verzorging van het kind op het gebied van voeding, hygiëne en kleding.
Ook de ouder die geen enkele aandacht heeft voor de veiligheid van de leefomgeving van het kind,
of het kind regelmatig onbeheerd alleen laat, verwaarloost de verzorging van het kind.
Psychische mishandeling
Bij psychische mishandeling houdt de ouder er een houding tegenover het kind op na die het kind
in angst en onzekerheid doet leven. Die houding uit zich bijv. in verbaal geweld: het wordt
uitgescholden, krijgt te horen dat het niet gewenst is, er wordt tegen anderen negatief gepraat
over het kind waar het kind zelf bij is. Een andere uiting van psychische mishandeling: vader of
moeder heeft onredelijke verwachtingen van het kind op school. De ouder zet het kind onder druk
om beter presteren dan het kind aankan. Dit wordt ook wel cognitieve mishandeling genoemd. Ook
het kind constant negeren is een vorm van psychische mishandeling.
Psychische verwaarlozing
Bij psychische mishandeling is veelal sprake van een bewuste handeling van de ouder. Bij
psychische verwaarlozing is de ouder zich veel minder bewust van zijn handelen. In het geval van
psychische verwaarlozing schiet de ouder doorlopend tekort in het geven van enige vorm van
aandacht. Het kind mist de broodnodige liefde, warmte en bescherming.
Seksueel misbruik
Het gaat bij seksueel misbruik om alle seksuele aanrakingen van een volwassene bij een kind.
Hieronder vallen: het kussen met seksuele bedoelingen, het aanraken van borsten en
geslachtsorganen en het met de penis binnendringen van de mond, vagina of anus. Ook het
binnendringen van vagina of anus met voorwerpen valt onder de noemer seksueel contact. In
ruimere zin valt ook het gedwongen toekijken bij masturbatie van een volwassene of seks tussen
volwassenen onder de definitie. Bij seksueel misbruik binnen het gezin, zijn ook andere personen in
beeld: familieleden of vrienden van de familie die vaak over de vloer komen behoren daar ook toe.
Combinatie van vormen
In de praktijk spelen in een gezin waarin een of meer kinderen mishandeld worden, veelal
meerdere vormen van mishandeling door elkaar heen. Seksueel misbruik gaat bijvoorbeeld altijd
gepaard met bedreiging (psychische mishandeling) of geweld (lichamelijke mishandeling) om het
kind zo ver te krijgen en geheimhouding af te dwingen.
Tot slot nog twee voorbeelden die zich moeilijk laten indelen in de besproken vormen:
Kinderen die getuige zijn van geweld tussen hun ouders leven in angst. Dat een kind
daardoor psychische schade oploopt, is in menig onderzoek bewezen.
Het gedwongen overnemen van de oudertaak (ook wel parentificatie genoemd) zet de
ontwikkeling van het kind onder druk. Het kind leert vooral aandacht te geven aan anderen
en cijfert zichzelf weg.
Hoofdstuk 2: Problemen achter de voordeur: het gezin waar mishandeld wordt
Draagkracht versus draaglast
Vanaf het moment dat een kind op komst is, staan de ouders voor een verantwoordelijke taak. De
komende jaren moeten in het teken staan van toewijding aan het kind om te zorgen dat het veilig,
gezond en liefdevol opgroeit. Vader en moeder moeten een groot deel van hun tijd investeren in de
aandacht voor hun kind. Opvoeden vraagt elke dag om een afweging tussen de belangen van de
ouder en de belangen van het kind. Ouders die geneigd zijn vooral voor hun eigen belang te
kiezen, verwaarlozen hun aandeel in het stimuleren van een gezonde ontwikkeling van hun kind.
Alle factoren die een gezin onder druk zetten vormen tezamen de zogenoemde draaglast. De
veerkracht van de gezinsleden en de hulp en andere positieve invloeden van buitenaf vormen de
draagkracht. Zijn de draaglast en draagkracht in balans, dan is er niets aan de hand. Schiet de
2