LEREN COMMUNICEREN
1.1 Vier aspecten van een uiting
- Het referentiële aspect – het feitelijke onderwerp van de uiting en wat daarover
wordt gezegd
- Het appellerende aspect – het doel van de uiting: datgene wat de zender wil
bereiken
- Het expressieve aspect – het beeld dat de uiting geeft van de zender, zijn persoon,
zijn normen en waarden
- Het relationele aspect – de manier waarop de zender gezien wordt door de
ontvanger en wat de onderlinge relatie is
1. Je bent niet gekomen op het afgesproken tijdstip (referentieël)
2. Ik wil dat je op tijd komt (appellerend)
3. Je wijst met je hand, grote ogen, wenkbrauwen omhoog (expressie)
4. Ik ben kwaad op je, je komt vaker te laat, je begint me te irriteren (relatie)
1.2 Het appellerende aspect: communicatiedoelen
Er is een verschil tussen directe communicatiedoelen en achterliggende doelen.
1.2.1 Communicatiedoelen van zenders
- Informatief – de zender wil kennis overdragen
- Instructief – de zender wil de ontvanger ondersteunen bij een bepaalde taak
- Persuasief – de zender wil de opvatting of de houding van de ontvanger beïnvloeden
- Motiverend – de zender wil de ontvanger niet alleen overtuigen van een standpunt,
maar hij wil ook bereiken dat deze bereid is (de intentie heeft) om iets te doen of te
laten.
- Affectief – de zender wil bij de ontvanger bepaalde emoties opwekken.
Er wordt vaak gecombineerd tussen de communicatiedoelen. De combinatie is een uiting
die niet willekeurig is en er is bijna altijd een bepaalde rangorde. Meestal is er één
hoofddoel en dienen de andere doelen om dat te ondersteunen.
1.2.2 Achterliggende doelen
Eerder ging het vooral om communicatiedoelen van uitingen, datgene wat de zender wil
bereiken ‘in het hoofd van de ontvanger’. Maar communicatie in een professionele context
dient altijd achterliggende doelen van een organisatie of individu of taak; die bepalen voor
een groot deel welke inhoud en vorm de uiting precies hebben.
Bijvoorbeeld ,iemand die solliciteert naar een baan wil niet alleen de commissie overtuigen
dat hij de beste kandidaat is. Hij wil uiteindelijk de baan krijgen, een goed inkomen krijgen
en bestaanszekerheid krijgen. Zo zie je een duidelijk algemeen doel met daarbij een
specifieker doel, het achterliggende doel.
, 1.2.3 Doelen van ontvangers
Net als bij de zenderdoelen zijn er vijf ontvangerdoelen die we kunnen onderscheiden:
- Kennis verwerven – een van de belangrijkste redenen voor ontvangers om aandacht
te besteden aan een uiting is dat ze ergens meer van willen weten, willen begrijpen
hoe iets in elkaar zit, willen weten wat er aan de hand is etc.
- Vaardigheden verwerven – Veel teksten die mensen voor hun werk moeten lezen,
zijn bedoeld zodat zij bepaalde taken kunnen uitvoeren. Telkens gaat het om de
varag ‘Wat moet ik doen?’ en ‘Hoe moet ik dat doen?’.
- Standpunt bepalen – De vraag ‘Wat vind ik van…?’ kan ook een belangrijk motief zijn
om teksten te lezen, om deel te nemen aan gesprekken of om te luisteren naar een
presentatie.
- Beslissingen nemen – Een stap verder dan meningsvorming gaat het nemen van een
beslissing: wat ga ik doen, wat moet er gebeuren?
- Genieten, ontroerd raken – Een uiting kan de ontvanger raken.
Als doelen van ontvangers naadloos aansluiten bij die van de zender, spreken we van
symmetrische doelen. De tabel hieronder laat zien wanneer er sprake is van die symmetrie.
Soort doel De zender wil… De ontvanger wil…
Informatief Kennis overdragen, Kennis verwerven, iets
informatie verstrekken weten
Instructief Aanwijzingen geven Vaardigheid verwerven, iets
kunnen
Persuasief De ontvanger ergens van Standpunt bepalen, iets
overtuigen vinden
Motiverend De ontvanger aanzetten om Beslissingen nemen, iets
iets te doen doen
Affectief Gevoelens opwekken Genieten, geraakt worden
Symmetrische doelen hoeven niet te betekenen dat de zender en de ontvanger ook allebei
hun doel bereiken. Hier kan nog redelijk wat mis gaan. Bijvoorbeeld wanneer een ontvanger
een mening wil vormen, maar dat niet de mening is waartoe de zender hem wil aanzetten.
1.2.4 Onduidelijke doelen
Bij wat ingewikkeldere communicatieve situaties is het belangrijk tevoren te bedenken wat
we willen bereiken.
Wanneer we vanuit het perspectief kijken van de ontvanger, merken we dat lang niet altijd
uit de uiting valt op te maken wat de zender precies wil bereiken. Dat is mate name moeilijk
als de zender de houding van de ontvanger wil beïnvloeden.
- Soms denkt de zender dat hij duidelijk genoeg is, maar dat is niet zo voor de
ontvanger.
- Soms verkeert de zender niet in de positie om invloed uit te kunnen oefenen op het
gedrag van de ontvanger.