Psychosociale hulpverlening Sjef de Vries (1)
PSH Boeksamenvatting Hoofdstuk 1 week 2
Het boek is een methodiekboek: het beschrijft de basisingrediënten voor een effectieve begeleiding
van cliënten bij de veranderingen die zij wensen.
PSH word beinvloed door maatschappelijke ontwikkelingen die nieuwe problemen, hulpvragen en
doelgroepen creeëren.
Het boek is een tegenbeweging tegen medisch model. Veel woorden voor wat niet ingewikkeld is.
Het is een visie hoe je naar het werk zou kunnen kijken.
Vanuit een aanbodgerichte praktijk naar vraaggericht: client heeft vragen en komt naar jou.
Psychiatrie: medisch model: een systematische werkwijze
PSH: empowerment model: eigen kracht van de cliënt, wat kan de client zelf.
Intake: voornamelijk medisch model: volgens een systematische werkwijze. Er zitten stappen in.
Project: onderzoeksvaardigheden. Je past bij een client je onderzoeksvaardigheden toe: je wilt iets
weten van iemand, hierbij pas je dat doe.
Inleiding
Empowermentmodel (Sjef de Vries): verzamelnaam van verschillende methodieken:
- Oplossingsgericht: Het moet bij de client passen. De client moet zelf bedenken wat de oplossing
zou kunnen zijn. Bestel maar wat je wil? Client is de expert - hulpverlener is bescheiden gids.
(zie pp sheet PSH)
- Ervaringsgericht: Kijken naar de eigen ervaring uit het werkveld.
- Samenwerking met de cliënt.
- Emoties zijn belangrijk, centrale rol
- Client en hulpverlener zijn evenwaardige partners in de ontmoeting en dialoog.
- Onwrikbaar geloof in krachten en groeimogelijkheden van mensen. Je moet hoop hebben in kleine
stappen. Soms zijn de stapjes heel klein. De client moet ook tevreden worden met de stapjes.
Mensen hebben altijd de mogelijkheid om te ontwikkelen.
Mensen hebben altijd goeie redenen voor een probleem.
,- Systeemgericht: Kijken naar de systeem: klas, vrienden, familie, je pakt de context erbij.
- Aandacht voor interacties en relaties
- Het geheel is meer en anders dan de som der delen.
- Een deel kan alleen begrepen worden in samenhang met de omgeving (context)
- Een verandering in een deel beïnvloedt delen en geheel: alles hangt altijd samen.
Micro niveau:
Meso niveau:
Marconiveau:
Eigen kracht: zelf laten doen, want dan kunnen ze het later ook. Je moet de client helpen om zelf na
te denken.
Hulpverlener neemt vaak cliënt mee uit eten en hulpverlener bepaalt het menu.
Oplossingsgerichte hulpverlener een cliënt uit en zegt: ‘bestel wat je wilt.’
WO II: uitbouwing verzrogingstaat . grote behoefte Professionalisering Maatschappelijk werk
Marie Kamphuis: hulpverlening gericht op hulpbronnen inzetten rondom cliënt en zelfredzaamheid
vergroten (nu empowerment).
Belangrijk om terug te koppelen uit het verleden op het nu. Je kan conclusies trekken uit de
geschiedenis.
Verandering: omdat mensen het niet meer eens waren met het huidige probleem ---> moet anders,
dus behoefte aan verandering.
Solidariteit: Saamhorigheid is minder geworden door de jaren heen.
WO II: dak boven je hoofd en brood op de plank --> Basisbehoeftes moesten worden vervuld na de
WO II --> wederopbouw.
Mensen zijn emancipeerde geworden: mensen nemen het leven in eigen hand.
1.1 Maatschappelijke ontwikkelingen
Het maatschappelijke werk houdt zich met de individuele cliënt bezig maar ook met de context. Het
volgt de problemen die in de maatschappij naar voren komen.
,Huidige maatschappij: individualisering, digitalisering, globalisering, interculturalisatie en
terugtreden overheid.
- Individualisering
Traditionele leef- en werkverbanden waaraan mensen hun identiteit en sociale steun ontlenen
vallen uiteen. De indivudele verantwoordelijkheid voor het creëren van de eigen sociale netwerken
is daarvoor in de plaats gekomen. Dat maakt ruimte voor een individuele invulling van het leven.
Ouderen met hun verminderende vermogens op allerlei tereinnen zijn minder in staat om hun
netwerk, nodig voor hun zorg, in stand te houden.
Het aantal mensen dat alleen leeft lijkt toe te nemen en vergroot de kans op een sociaal isolement.
Sociale steun uit leefverbanden is minder vanzelfsprekend. Door de wens naar zelfontplooiing komt
het eigen belang voorop te staan. ‘’ assertieve samenleving’’. Autonomie is beter dan
verbondenheid. Door de individualisering worden de sociale netwerken kleiner en komen er meer
buitenstaanders.
- Digitalisering
ICT sector ontwikkelingen zoals internet creeëren toegang tot ongekende bronen van kennis en
informatie.
Internet en e-mail geven mogelijkheden tot contact, maar wie geen geld of geen vaardigheden heeft
is uitgesloten aan deze moderne manier van sociale interactie. (onder de armoede grens).
Deze technologische vernieuwingen leiden de komende jaren tot snellere veranderingen, met name
voor ouderen en nieuwkomers moeilijk bij te houden.
- Globalisering
De doorliberalisering en globalisering veranderende economische werkelijkheid doet een beroep
op de flexibiliteit van de werknemers, en brengt veel wisseling van banen en vooral van
competenties met zich mee.
Goede scholing, ambitie en sociale mobiliteit geven de kansen om van de situatie te profiteren.
Maar mensen die minder goed geschoold, gebonden aan een gezin, minder flexibel of ouder zijn
brengt onzeerheden met zich mee als het gaat om inkomen en werk.
Laaggeschoolden krijgen de eerste klap bij een ecoomische recessie.
Er is een risico op tweedeling in de maatschappij: aan de ene kant wie mee kunnen met het tempo
en veranderingen met eisen, en aan de andere kant degenenen die niet mee kunnen doen omdat ze
beperkt zijn, fysiek, psychisch, sociaal of financieel.
- Interculturalisatie
Mondialisering van de economie en poltiek --> migratiestromen. Oorlogen en economische redenen
zorgen voor vluchtelingenstromen op zoek naar werk in het rijke westen.
Waarde en normen botsen soms, omgangsvormen zijn niet meer vanzelfspreked, dsicrimiatie, sociale
uitsluiting, margnialisatie.
Er is sprake van verharding: minder tolerantie voor nieuwe, minder tolerantie voor andere eloven.
Er is een plicht om in te burgeren.
, Verharding vooral vanaf 2001 --> autochtonen zijn sindsdien de lat hoger aan leggen in de
beoordeling van het integratieniveau.
Terugtrekkende overheid en optredende overheid
De politiek is minder bereid om op te komen voor de zwakkere in de samenleving. Ziekte en
beperking worden gezien als eigen lot en verantwoordelijkheid dan als een verantwoordelijkheid
van de overheid. Mensen moeten hun zorg in eigen hand nemen. De WMO heeft als uitgangspunt
dat mensen zo veel mogelijk hun eigen problemen oplossen of eigen hulp organiseren.
Sociale uitsluiting gaatgepaard met geringe vaardigheden, gering sociaal netwerk, vonvoldoende
daadkracht en geen mogelijkeheden om eigen vernatwoordelijkheid te nemen.
Mensen worden meer veantwoordelijk gesteld voor hun welzijn, gezondheid en welslagen.
Een optredende overheid: de overheid grijpt vaak in in sociale problemen, in plaats van
terugtrekken.
De overheid laat optreden over aan het maatschappelijke middenveld, (leraren, agenten, zorg en
welzijnswerkers) dit Outreached werken vraagt tijd en professionele ruimte.
Deze en andere veranderingen hebben tot gevolg gehad dat bepaalde psychosociale problemen
momenteel prominenter aanwezig zijn en lange tijd zullen blijven.
Welke 'tegenstrijdigheid in de rol van de overheid' (25) beschrijft de schrijver? .Aan de ene kant wil
de overheid zich terugtrekken en burgers meer overlaten op hun eigen verantwoordelijkheid, aan de
andere kant zie je een optredende overheid en wil ingrijpen als het gaat om het
beschavingsoffensief.
Wat wordt bedoeld met de scheiding van de AWBZ en de WMO?
Daarnaast wordt de verzorgingsstaat ingrijpend hervormd om de zorg betaalbaar te houden en
burgers meer aan te spreken op een eigen verantwoordelijkheid.
Een van de wetten die een belangrijk onderdeel van uitmaakt is de Wet maatschappelijke
ondersteuning oftewel de WMO. Het uitgangspunt van de WMO is dat niet de overheid maar de
burger en zijn directe sociale omgeving verantwoordelijk is voor het eigen Welzijn.
AWBZ (algemene wet bijzondere ziektekosten) was een volksverzekering voor ziektekostenrisoco’s
waar je je niet individueel voor kon verzekeren. Het ging om kosten die door vrijwel niemand op te
brengen waren en die niet door de zorgverzkering werden vergoed.
1.2 Marktwerking en verzakelijking
Direct te maken heeft met de hulpverlening en veel inlvoed uitoefenen in het werk zelf:
marktwerking en verzakelijking van de zorg.