Samenvatting Recht
Hoofdstuk 1 AANSPRAKELIJKHEID ALGEMEEN
BW = Burgerlijke Wetboek
Onrechtmatige daad
De hoofdregel is: Ieder draagt zijn eigen schade, maar soms kun je de schade bij iemand
anders claimen, als er sprake is van een onrechtmatige daad.
4 eisen voor onrechtmatige daad:
1. Onrechtmatigheid
2. Toerekenbaarheid
3. Schade
4. Causaal verband
1 Onrechtmatigheid (onrechtmatige daad)
Er kan sprake zijn van onrechtmatige daad als:
1. Inbreuk op het recht van een ander
(Vernielen van eigendom, inbreuk merkenrecht, recht van privacy)
2. Doen of nalaten wettelijke plicht
(Geen voorrang verlenen, raakt iemand gewond en je doet niks, afval dumpen)
3. Doen of nalaten in strijd met hetgeen in het maatschappelijk verkeer
betaamt
(Geluidsoverlast, hinder, onrechtmatige publicatie, beledigende publicaties)
Rechtvaardigingsgronden:
Soms zijn er rechtvaardigingsgronden, waardoor het onrechtmatige karakter wordt
opgeheven:
1. Noodweer (iemand met een mes op je afkomt, mag je voor jezelf opkomen)
2. Noodtoestand (als iemand in een huis ligt halfdood en je gaat hem redden en
sloopt hier iets bij)
3. Toestemming benadeeld (als iemand je toestemming hebt gegeven om iets te
doen)
4. Bevoegd gegeven bevel (politie zegt dat je iets moet doen)
5. Wettelijk voorschrift (de wet zegt, dat je iets zo moet doen)
,2 Toerekenbaarheid
2 vormen:
1. Schuldaansprakelijkheid: De dader heeft zelf schuld, verwijtbaar handelen
(Vandalisme, per ongeluk omgooien van een vaas)
2. Risicoaansprakelijkheid: Is vanuit een bepaalde rol
(Werkgever, ouder, eigenaar dier)
3 Schade
Aantoonbare schade vormen:
In geld
- Materiële schade (verlies/gederfde winst)
- Immateriële schade (smartengeld, denk aan letsel/ belediging)
In natura
- Afgifte zaak
- Herstel in oude staat: rectificatie (onjuiste/onjuiste publicatie)
- Rechterlijk verbod (straatverbod, gebruik handelsnaam etc.)
4 Causaal verband
Rechtstreeks verband tussen onrechtmatige handeling en de schade.
- “Zou deze schade ook zijn opgetreden als deze schadeveroorzakende gebeurtenis er
niet zou zijn geweest?”
Aansprakelijkheid ouders/voogden voor kinderen (art. 6:169 BW)
- JONGER: Kinderen jonger tot 14 jaar niet aansprakelijk voor hun onrechtmatige
daden.
De ouders zijn risicoaansprakelijk!
- OUDER TOT 15: Kinderen van 14 en 15 jaar zijn zelf (schuld) aansprakelijk, maar
ook de ouders zijn (risico) aansprakelijk. Tenzij disculpatie -> aantonen dat hen
niet kan worden verweten omdat, zij onrechtmatige daad niet konden
tegenhouden.
- VANAF16 jaar: Kinderen zelf aansprakelijk.
Overigens zal in het algemeen de schade door de (WA-)verzekeraar van de ouders
worden vergoed.
, Aansprakelijkheid werkgevers voor werknemers (art. 6:170 BW)
Een werkgever is (risico)aansprakelijk voor schade, die personeel toebrengt aan
anderen Tenzij ->
er sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid, dan is de werknemer zelf aansprakelijk.
Eisen:
1. Ondergeschiktheidsrelatie: Kan werkgever werknemer instructies geven?
2. Functioneel verband fout-taak:
Kans op fout vergroot door opgedragen taak
Werkgever had zeggenschap over gedraging
Aansprakelijkheid hulppersonen (art. 6:171 BW)
- Functioneel verband
- Opdrachtgever is aansprakelijk voor niet- ondergeschikten
(Onderaannemer, vervoerder DHL, PostNL)
Aansprakelijkheid voor zaken
Bezitter is aansprakelijk
Het gaat om 3 groepen:
A. Gebrekkige roerende zaken, die een gevaar opleveren
(Gasflessen, machines, gereedschap, kledingrekken)
B. Opstallen, die een gevaar opleveren
(Gebouwen, bomen, riool, schuttingen)
C. Dieren