100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Biologie vakinhoud II.1: Afweer €8,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Biologie vakinhoud II.1: Afweer

 9 keer bekeken  0 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Samenvatting biologie vakinhoud II.1: Afweer

Voorbeeld 3 van de 19  pagina's

  • 10 september 2024
  • 19
  • 2021/2022
  • Samenvatting
avatar-seller
Biologie vakinhoud II.1: Afweer
1. Immunologie
- Ziek door soort ziekteverwekker  niet nog eens ziek = immuun (Latijn: 'vrij van')

- Processen die leiden tot immuniteit = in 19de + 20ste eeuw opgehelderd
 Bepaalde typen witte bloedcellen = bij immuniteit betrokken
 Herkennen ziekteverwekkers

- Het vakgebied dat de menselijke afweersystemen bestudeert = immunologie
 Meer kennis over ziekteverwekkers + werking van afweersysteem heeft bijgedragen dat veel
minder mensen aan infectieziekten sterven dan vroeger

- Immunologen onderzoeken ook andere verschijnselen die te maken hebben met afweersysteem

2. Afweerlinies
- Ziekteverwekkende bacteriën + virussen, schimmels, ééncellige parasieten en parasitaire
wormen = schadelijk als ze in je lichaam ongehinderd kunnen vermenigvuldigen
 Maken je ziek + kunnen dood veroorzaken

- Lichaam heeft afweersysteem dat je beschermt tegen ziekteverwekkers (pathogenen)
 Ziekteverwekker die lichaam wil binnendringen, krijgt te maken met 3 afweerlinies




1) Eerste afweerlinie
- Ziekteverwekker moet lichaamsoppervlak passeren
 Dekweefsel dat buitenkant van lichaam + lichaamsholten bekleedt

- Dekweefsel vormt barrière door zekere ondoordringbaarheid
 Vloeistofstroom die naar externe milieu is gericht/ stoffen die bacteriegroei tegenhouden
 Veel ongewenste ziekteverwekkers worden erdoor tegengehouden

- 1ste afweerlinie aan buitenkant van lichaam = externe aspecifieke afweer genoemd
 Aangeboren (= vanaf geboorte aanwezig)

2) Tweede afweerlinie

,- 2de afweerlinie bestaat uit acties van bepaalde witte bloedcellen
o Macrofagen, granulocyten, dendritische cellen en 'natural killer'-cellen
 Fagocyten die ziekteverwekkers/ aangetaste lichaamscellen opruimen door eten
(fagocyteren)

o Eiwitten in bloedplasma + weefselvocht betrokken (complementeiwitten + interferonen)

- Ontstekingsreacties + koorts helpen bij bestrijden van ziekteverwekkers

- 2de afweer = niet-specifiek  interne aspecifieke afweer
 Aangeboren

3) Derde afweerlinie, het immuunsysteem
- 2de afweerlinie is soms niet sterk genoeg om ziekteverwekkers uit lichaam te krijgen
 Hulptroepen van 3de afweerlinie ingeschakeld = specifieke afweer
 3de afweerlinie = verworven (= wordt tijdens leven opgebouwd)

- Antigeen dat in contact komt met 3 de afweerlinie = door lymfocyten uitgeschakeld
 3de linie reageert met activering + vermeerdering van antigeenspecifieke T- en B-lymfocyten
 T-cellen  in thymus gevormd
 B-cellen  in beenmerg gevormd

- B-cellen zorgen voor directe uitschakeling van T-cellen + vorming van antistoffen
 Antistoffen = gericht tegen specifieke antigeen
 Weerstand tegen verwekker neemt toe bij herhaalde infectie  geheugencellen gevormd
 Opnieuw belaagd door ziekteverwekker = afweersysteem in staat heel snel uit te schakelen


Aspecifieke afweer Specifieke afweer
ste de de
1 en 2 afweerlinie 3 afweerlinie, immuunsysteem
Valt meerdere typen ziekteverwekkers aan Valt één type ziekteverwekker aan
Weerstand blijft gelijk na herhaalde infectie Weerstand neemt toe na herhaalde infectie
Aangeboren Verworven
Tabel 1. Overzicht van de belangrijkste verschillen tussen aspecifieke en specifieke afweer

3. De eerste afweerlinie
- Diarree = vaak veroorzaakt door ziekteverwekkende bacteriën die via besmet voedsel/drinkwater
in darmkanaal terechtkomen
 Nestelen in weefsel van dikke darm
 Maken toxische eiwitten die wateropname in dikke darm verstoren  waterige ontlasting

- In mond = bacterie aangevallen door enzym lysozym dat in speeksel zit
 Enzym dat celwand van bacterie afbreekt

- Bacterie overleeft mondholte  komt in keelholte
 In dekweefsel van keelholte = slijmproducerende cellen die slijm afgeven met lysozym
 Bacterie doorstaat dit + wordt doorgeslikt  via slokdarm in maag terecht

- In maag heerst extreem ongunstig milieu voor bacteriën
 Lage pH, tussen 1,5 en 2,5
 Eiwitverterende enzymen aanwezig die celmembraan van bacteriën beschadigen
- Als bacterie maag doorstaat  reist naar twaalfvingerige darm, dunne darm + dikke darm
 In dikke darm komt bacterie allerlei autochtone bacteriën van darmflora tegen

, o Leven in dikke darm + helpen o.a. met vertering van cellulose
o Scheiden stoffen uit om vreemde bacterie te bestrijden

 Als vreemde bacterie terechtkomt in dikke darmweefsel  'supersterk' geweest
 Sommige bacteriën kunnen inkapselen tot spore  overleven ongunstige milieus

- Huid bestaat uit aaneengesloten laag van dode, verhoornde cellen
 Laag = ondoordringbaar voor meeste micro-organismen  fysische barrière
o Zweetklieren + talgklieren scheiden melkzuren en vetzuren af
o Verlaagde pH (zuurder) remt bacteriegroei

 Onschadelijke bacteriën die normaal op huid voorkomen (commensalen) scheiden stoffen af
die groei van schadelijke bacteriën remmen

- Ziekteverwekkers die via neus inademt = door neusharen tegengehouden
 Meeste = weggevangen door slijm van neusslijmvlies
 Trilhaarepitheel verplaatst slijm met ziekteverwekkers in richting van keelholte  ingeslikt
 In luchtpijp = slijmvlies met trilhaarcellen

- Ogen = schoongehouden met traanvocht, dat lysozym bevat
- Urinewegen = gespoeld met urine
- Natuurlijke bacterieflora in vagina zorgt voor biochemische barrière ( in vagina = zuur milieu)




Externe niet-
specifieke afweer
door de 1ste
afweerlinie




4. De tweede afweerlinie
- Zodra ziekteverwekkend micro-organisme in lichaam is gedrongen = besmetting
 Ziekteverwekker krijgt kans krijgt om te vermenigvuldigen in lichaam = infectie (ontsteking)
 Tijd vanaf besmetting tot optreden van 1ste ziekteverschijnselen = incubatietijd

- Bij besmetting zorgen witte bloedcellen (leukocyten) voor verdediging
 ± 5000 - 10.000 leukocyten per mm3 bloed

- Er zijn verschillende typen leukocyten die door vorm + functie van elkaar verschillen:
o Lymfocyten (27%)

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper MH2003. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 64438 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,49
  • (0)
  Kopen